Bloedsomloop les 4 BK2A

Lesplanning
hw-controle 
1. Terughalen kennis vorige lessen (10 min)
2. (slag)aders benamingen en eigenschappen (30 min)
3. (huis)werk (5 min)
Basis: Opdracht 21 t/m 25 (blz 157) 
Kader: Opdracht 11 & 12 (blz 81)



1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare school

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lesplanning
hw-controle 
1. Terughalen kennis vorige lessen (10 min)
2. (slag)aders benamingen en eigenschappen (30 min)
3. (huis)werk (5 min)
Basis: Opdracht 21 t/m 25 (blz 157) 
Kader: Opdracht 11 & 12 (blz 81)



Slide 1 - Tekstslide

Werking hart hebben ze zelf in een paar zinnen samengevat. eerst terugvragen en daarna met plaatjes erbij
samenstelling bloed

Slide 2 - Tekstslide

Wat deden de 3 vaste bestanddelen ook alweer?
De bloedsomloop

Slide 3 - Tekstslide

Waar gingen de grote en kleine bloedsomloop ook alweer naar toe? en waar is het bloed zuurstofrijk/arm? en waar koolstofdioxiderijk/arm?
Stap 1
Tussen de boezems en de kamers zitten hartkleppen.
1. Boezems trekken samen
2. Hartkleppen gaan open
3. Bloed stroomt van de boezem naar de kamer

open
open

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2

1. Hartkleppen gaan dicht


Er kan geen bloed terugstromen naar de boezems.
De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).
De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.
dicht
dicht

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 3
Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten halvemaanvormige kleppen.
1. De kamers trekken samen
2. Halvemaanvormige kleppen gaan open
3. Er stroomt bloed vanuit de kamers in de slagaders

- de longslagader
- de aorta
De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).
De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.
beide open

Slide 6 - Tekstslide

Welke kant van het hart is dikker/gespierder? hoe komt dat?
Stap 4
1. Halvemaanvormige kleppen gaan dicht

Het bloed kan niet terugstromen naar de kamers
beide dicht

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning
hw-controle 
1. Terughalen kennis vorige lessen (10 min)
2. (slag)aders benamingen en eigenschappen (30 min)
3. (huis)werk (5 min)
Basis: Opdracht 21 t/m 25 (blz 157) 
Kader: Opdracht 11 & 12 (blz 81)



Slide 8 - Tekstslide

Werking hart hebben ze zelf in een paar zinnen samengevat. eerst terugvragen en daarna met plaatjes erbij
Kransslagaders en Kransaders
  • Het hart gebruikt niet het zuurstof of de voedingstoffen uit het bloed dat het pompt
  • Het hart heeft wel veel zuurstof en voedingstoffen nodig.
  • Deze krijgt hij van de kransslagaders.
  • De afvalstoffen en koolstofdioxide worden weggevoerd door de kransaders.
  • Verstoppingen van de kransslagaders veroorzaken hartinfarcten. 

Slide 9 - Tekstslide

Hartinfarct: bloedprop in kransslagader waardoor een deel van de hartspier geen bloedtoevoer meer krijgt. Daardoor kan een deel van de hartspier afsterven, en leiden tot hartritmestoornissen, hartfalen. 

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn algemene benamingen voor de aders in je lichaam. normaal gesproken slagaders zuurstofrijk, aders zuurstofarm. behalve long(slag)aders

Slide 11 - Tekstslide

3 verschillende soorten vaten: slagaders, aders, en haarvaten.
Te zien hoe in het lichaam de (slag)aders ongeveer liggen. Vertakkingen van Aorta naar de organen, haarvaten komen weer samen in aders.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Hoe komt het bloed van de aders terug naar het hart zonder de snelheid?
Een bloedvat loopt vanuit het hart naar de longen toe, dit is een
A
Slagader
B
Ader
C
Haarvat
D
Dit kan alle soorten bloedvaten zijn

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar liggen de kransslagaders?
A
In je hoofd
B
In je longen
C
In je hart
D
In je benen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het hart krijgt ZELF zuurstofrijkbloed dankzij de:
A
Longader
B
Kransslagader
C
Kransader
D
Aorta

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is er bijzonder aan de longader?
A
De bloeddruk is er hoog
B
Hij loopt van het hart af
C
Hij bevat zuurstofrijk bloed
D
Hij heeft een gespierde wand

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij van deze manier van les krijgen?
A
Leuk
B
Ik vond het eerst leuker, nu is er niks aan
C
Beter dan eerst, maar niet echt leuk
D
Verschrikkelijk

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies