Woordenschat H1

Woordenschat: stijlfiguren
H3D, 23 september 2024
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Woordenschat: stijlfiguren
H3D, 23 september 2024

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les...
  • weet je wat een stijlfiguur is
  • ken en begrijp je stijlfiguren herhaling, tegenstelling en (verschillende soorten) opsomming

Slide 2 - Tekstslide

Stijlfiguren
Maken een tekst aantrekkelijk en benadrukken een element uit de tekst
  1.  herhaling: iets wordt twee keer gezegd --> Plus geeft meer, veel meer
  2. tegenstelling: tegengestelde dingen staan naast elkaar
    --> Vierkant in de fles, rond op de tong 
  3. opsomming: dingen worden opgesomd --> zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder

Slide 3 - Tekstslide

Bijzondere opsommingen
  • drieslag = opsomming van drie woorden, zinnen of zinsdelen
    Bloed, zweet en tranen
  • climax = steeds sterker wordende reeks
    Je hebt goed, je hebt beter, je hebt het beste
  • omgekeerde climax = steeds zwakker wordende reeks 
    Die film was fantastisch, nou ja, hij was mooi, ach, best wel goed eigenlijk. 

Slide 4 - Tekstslide

Welke stijlfiguur herken je?
Apple iPhoto. Shoot it. Save it. Share it.
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Climax
D
Herhaling

Slide 5 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
De trainer werd eerst boos, toen kwaad, daarna woedend op Diederik
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Climax
D
Omgekeerde climax

Slide 6 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
Drommels, drommels en nog een drommels.
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Herhaling
D
Omgekeerde climax

Slide 7 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
In de aanloop naar de verkiezingen bleek maar weer eens: veel geschreeuw, maar weinig wol.
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Herhaling
D
Omgekeerde climax

Slide 8 - Quizvraag

Zelf aan de slag
Maak opdracht 2 (blz 25)
Lees Tekst 1 (blz 2526) en maak opdracht 3 en 4 (blz 25)
We werken de eerste 15 minuten alleen en in stilte
Je mag dan geen vragen stellen
Daarna mag je zachtjes overleggen met je buur

timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Lesafsluiting
Huiswerk = opdr 2 t/m 4 vanaf blz 25

Slide 10 - Tekstslide