3. Kunst Drama Theorie: herhalen begrippen

Welkom M4
KUNST DRAMA 2023-2024
Les 3
Herhalen begrippen
Examenvragen

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom M4
KUNST DRAMA 2023-2024
Les 3
Herhalen begrippen
Examenvragen

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma

Maken examenprogramma
Herhalen begrippen: theatervormgevingsmiddelen, theatrale middelen, functies, speltechniek schakelen, hoge en lage status
Afsluiting



Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen

Ik weet hoe je een examenvraag aanpakt
Ik weet wat de theatervormgevingsmiddelen zijn en kunt deze benoemen in een nieuw voorbeeld
Ik weet wat theatrale middelen zijn
Ik weet wat de speltechniek schakelen is

Slide 3 - Tekstslide

Noem begrippen die je nog weet over film

Slide 4 - Woordweb

Examenvragen
Examenvragen over film Buutvrij
De korte film Buut vrij gaat over puber Pien die van haar moeder verstoppertje moet spelen met haar twee veel jongere broertjes. Tijdens het verstoppertje spelen doet Pien een bijzondere ontdekking.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Examenvraag 2
Pien moet van haar moeder verstoppertje spelen met haar twee broertjes. Terwijl Pien telt, zoeken haar broertjes een verstopplek.

De scene is spannend zodra Pien haar broertjes probeert te vinden.

Fragment (t/m 2:35) voor vraag 2 t/m 5


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

(2p) – Noem twee verschillende soorten vormgevingsmiddelen die je vanaf 00:38 in het fragment ziet/hoort en
- Leg voor elk soort vormgevingsmiddel uit hoe het de scene spannend maakt

Slide 9 - Open vraag

ANT examenvraag 2
maximumscore 2
twee antwoorden (bijvoorbeeld):
− geluid: Er zijn plotseling harde voetstappen van het broertje hoorbaar.
− geluid: Er is een hard / laag / krassend geluid / muziek (van een cello)
hoorbaar.
− geluid: Er is een gil hoorbaar.
− licht: De broertjes zitten verstopt in het donker (er is nauwelijks licht). /
Ze verdwijnen in het donker.
− decor: Door de openingen in de muur lijkt het alsof Pien bespioneerd
wordt (door haar broertjes).
per juist soort en verschillend vormgevingsmiddel en juiste uitleg 1

Slide 10 - Tekstslide

Examenvraag 3
Op het moment dat het ene broertje “Buut vrij” zegt, gilt het andere broertje.

Het einde van dit fragment is een cliffhanger.

Slide 11 - Tekstslide

(1p) – Leg uit wat het begrip cliffhanger betekent.
(1p) – Geef aan waarom het einde van dit fragment een clfifhanger is.

Slide 12 - Open vraag

ANT examenvraag 3
maximumscore 2
De antwoorden moeten de volgende strekking hebben:
• (uitleg) een afloop van een scène / voorstelling waarbij het verhaal nog
niet is afgelopen waardoor de spanning groter wordt / iemand die over
een rotswand hangt en dreigt in de zee te vallen 1
• (waarom) De kijker (hoort het broertje gillen, maar) weet/ziet niet wat
er met het broertje gebeurt 1

Slide 13 - Tekstslide

Examenvraag 4
Het broertje gilt, maar we weten nog niet waarom.

Slide 14 - Tekstslide

(1p) Verzin een scene die zich daar nu zou kunnen afspelen.

Doe het als volgt:
Noem alle spelgegevens en
Beschrijf de spelgegevens van jouw scene

Slide 15 - Open vraag

ANT examenvraag 4
spelgegevens beschrijving (bijvoorbeeld)
Wie/rollen/personages Het broertje en de boze wolf
Wat/actie/verhaal De boze wolf wil het broertje opeten
Waar/plaats In een oude fabriek
Wanneer/tijd Overdag
Waarom/motief Omdat de wolf honger heeft
ook goed:
spelgegevens beschrijving (bijvoorbeeld)
Wie/rollen/personages Het broertje en een
vluchtelingengezin
Wat/actie/verhaal Het broertje schrikt van een
vluchtelingengezin.
Waar/plaats In een verlaten fabriek
Wanneer/tijd Overdag
Waarom/motief Omdat het broertje niet wist dat daar
een gezin verstopt zat.

Slide 16 - Tekstslide

Examenvraag 5
Je hebt nu een deel van de cast gezien, namelijk Pien en haar twee broertjes (afbeelding).
In dit fragment kan elk personage de hoofdrol spelen.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

(1p) – Beschrijf waaorm PIEN in dit fragment de hoofdrol speelt
(1p) – Beschrijf waarom BROERTJE 1 in dit fragment de hoofdrol speelt
(1p) – Beschrijf waarom BROERTJE 2 in dit fragment de hoofdrol speelt

Slide 19 - Open vraag

Herhalen begrippen
- theatrale middelen 
- theatervormgevingsmiddelen
- functies
- schakelen
- status
- dialoog
- denktekst en subtekst

Slide 20 - Tekstslide

Theatrale middelen
Spelgegevens



7 vormgevingsmiddelen




Mise-en-scene
- 5 W's

- decor
- attributen
-kostumering
- kap en grime
- licht
- muziek
- audiovisueel
- plaatsing op 
toneel

Slide 21 - Tekstslide

Mise-en-scène
Betekent "Plaatsing op toneel".
Dus: waar staan de acteurs ten opzichte van elkaar en het decor/attributen. 

Slide 22 - Tekstslide

Wat waren de materiële vormgevingsmiddelen ook alweer?

Slide 23 - Open vraag

Waarom theater?
Er zijn 3 functies van theater in de maatschappij:

  1. AMUSEREN: het raken van het publiek, zodat het geamuseerd wordt (bijv. een komisch toneelstuk)
  2. INFORMEREN/LEREN: bijv. educatief kindertheater over klimaatverandering
  3. OVERTUIGEN: bijv. maatschappij- kritisch cabaret

Slide 24 - Tekstslide

Status
Status = machtsverhouding tussen twee of meer spelers.  
  
Innerlijke kenmerken HOGE status:
- Zelfverzekerd
- Ontspannen

 Innerlijke kenmerken LAGE status:  
- Onzeker/ verlegen  
 - Angstig 

Slide 25 - Tekstslide

1

Slide 26 - Video

Beschrijf het verschil in status tussen Juf Ank en de andere moeders.
Benoem hierbij de houdingen en mimiek.

Slide 27 - Open vraag

Check leerdoelen
Wat zijn theatrale middelen?
Wat  zijn theatervormgevingsmiddelen?
Wat zijn drie functies van theater?
Wat betekent speltechniek schakelen?
Wat betekent status?

Slide 28 - Tekstslide

Noem 3 dingen die je vandaag hebt geleerd

Slide 29 - Open vraag

Stel 1 vraag die je nog hebt

Slide 30 - Open vraag

Volgende les
Basisbegrippen herhalen
Oefentoets

Slide 31 - Tekstslide