H4 AK 4.2

Steden: vroeger en nu?
Verandering?
Vroeger: productiefactoren grondstoffen, machines en arbeid

Nu: brains!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Steden: vroeger en nu?
Verandering?
Vroeger: productiefactoren grondstoffen, machines en arbeid

Nu: brains!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg over de economie van de stad met vragen in lessonup
  • Opdrachten maken 4.2
  • Nabespreken opdracht 3

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van de les....
  1. de fasen van ontwikkeling beschrijven van de stedelijke economie sinds de middeleeuwen;
  2. verklaren waarom de kenniseconomie en de creatieve economie zich vooral in de stad bevinden;
  3. voorbeelden geven van ontwikkelingen in de stad waaruit blijkt dat de kenniseconomie en de creatieve economie zich vooral in de stad bevinden.
  4. beredeneren waarom er ook verliezers zijn in de kennis- en creatieve economie.



Slide 3 - Tekstslide

Even een stapje terug:

Welke economische sectoren kennen we ook alweer?


Welke sector is belangrijk in de moderne stad?
Economische sectoren
- Primaire sector: landbouw en visserij
- Secundaire sector: industrie
- Tertiaire sector: Dienstverlening

Slide 4 - Tekstslide

Tot welke sector hoort deze zakelijke dienstverlening?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 5 - Quizvraag

Stadseconomie door de geschiedenis
  • Middeleeuwen: handel en ambacht
  • Industriële stad: grondstoffen, machines/fabrieken en (goedkope) arbeid.
  • Stad van nu: kenniseconomie gebaseerd op innovatie en dienstverlening (tertiaire sector).

Slide 6 - Tekstslide

We spreken van een 'kenniseconomie' in Nederland. Wat is hierbij het minst belangrijk?
A
Technologische kennis
B
Kennis over het gedrag van mensen
C
Het delen van informatie
D
Gebouwen en machines

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Welke rol heeft sociale media in de kenniseconomie? Gebruik het begrip 'marketing'

Slide 9 - Open vraag

Belevingseconomie
economie waarbij de uitstraling van een product of dienst meer waard is dan de inhoud

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Strijp-S Eindhoven
Broedplaatsen: Goedkope bedrijfsruimten voor allerlei vernieuwende en artistieke bedrijven.

Slide 12 - Tekstslide

High-tech campus Eindhoven
Sciencepark

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Nabespreking opgave 5
  • Leg uit welke twee ruimtelijke eigenschappen van het NDSM-terrein ervoor zorgden dat het zich heeft kunnen ontwikkelen tot een creatieve broedplaats.

  • Beredeneer waarom steden graag speciaal voor innovatieve en creatieve bedrijven bedrijventerreinen aanleggen.



Locatie dichtbij het centrum.
Ruimte: grote loodsen en fabrieksgebouwen
Dit soort bedrijven stimuleert de economie, omdat er hoogopgeleide mensen werken, zij geven veel geld uit aan stedelijke voorzieningen / dat trekt andere bedrijven aan, dit levert werk op en belastinggeld.

Slide 15 - Tekstslide

Nabespreking opgave 5
  • Uit de tekst blijkt dat er een mix van chic en hip is. Waarom is juist die mix zo belangrijk voor het stadsdeel?



Hierdoor bruist het veel meer, want het trekt publiek dat veel geld kan uitgeven en jonge mensen met vernieuwende ideeën, op verschillende tijdstippen. Dit trekt weer meer bedrijven aan en zorgt voor werk en inkomsten.

Slide 16 - Tekstslide

Aan het einde van de les....
  1. kun je uitleggen waarom de creatieve beroepen in steden de motor zijn van de kenniseconomie en steeds belangrijker worden; 
  2. kun je toelichten op welke manier de creatieve sector steden economisch laat groeien.

Slide 17 - Tekstslide

Leg uit waarom creatieve beroep in steden 'de motor van de kenniseconomie' worden genoemd

Slide 18 - Open vraag

Licht toe op welke manier de creatieve sector steden economisch laat groeien

Slide 19 - Open vraag