comer / beber = eten / drinken (als werkwoord)
la comida / la bebida = het eten / het drinken (als zelfstandig naamwoord)
woorden op -ión en -ad zijn altijd vrouwelijk
la ciudad / la edad / la estación
porque = omdat / ¿Por qué ....? = waarom / Por eso = daarom
Op woensdag (= alle woensdagen, altijd op woensdag) = los miércoles