Literatuurgeschiedenis

Literatuurgeschiedenis
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Literatuurgeschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de oudste versregel uit de Oudnederlandse literatuur
A
Hebban olla mogola nestas hagunnan, kinase ick anda thui, what unbidden we nu?
B
Willem wie vele boeken makte, daar hi diaken omme waste
C
Si was Seven Baer metten man, die ij kinderen an hare wan
D
gelobistu in got alamehtigan fadaer

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent de oudste zin:
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic enda thu wat unbidan we nu'

Slide 3 - Open vraag


Memento mori =
A
Gedenk te sterven
B
Australische bevolkingsgroep
C
Pluk de dag
D
Netflix-serie

Slide 4 - Quizvraag

Waarom was de uitvinding van de boekdrukkunst zo belangrijk?
A
De invloed van de kloosters nam af.
B
Is niet belangrijk, want de kunst bestond al lang.
C
het analfabetisme nam toe
D
Ideeën werden snel verspreid

Slide 5 - Quizvraag

Waarom was er in de middeleeuwen sprake van een orale cultuur?
A
De mensen praatten gewoon graag
B
Niet iedereen kon lezen en schrijven
C
De handschriften van mensen waren slordig
D
Eigenlijk konden alleen geestelijken lezen en schrijven

Slide 6 - Quizvraag

Wat voor soort tekst is Karel ende Elegast?
A
Een fabel
B
Een mirakelspel
C
Een ridderroman
D
Een Marialegende

Slide 7 - Quizvraag

Een duidelijk thema van 'Karel ende Elegast' is...
A
geweld
B
trouw
C
liefde
D
corruptie

Slide 8 - Quizvraag

500-1500
1500-1600
1700-1800
1800-1850
Middeleeuwen
Romantiek
Renaissance
Verlichting

Slide 9 - Sleepvraag

Erasmus was een ...
A
renaissance kunstenaar
B
humanist
C
ontdekkingsreiziger
D
wetenschapper

Slide 10 - Quizvraag

Welk(e) ding(en) horen niet bij emblematiek
A
motto
B
subscriptio
C
petrarkisme
D
pictura

Slide 11 - Quizvraag

Wat deed men in de Rederijkerskamers?

A
Leerlingen leerden daar schilderen van de meester
B
Muziek maken, toneelstukken schrijven, discussiëren, enz.
C
Dat was een soort Tweede Kamer van de Gouden Eeuw
D
Daar maakten ze één van de eerste kranten uit die tijd

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel coupletten heeft het Wilhelmus?

Slide 13 - Open vraag

tragedie
14 regels
Douwes Dekker
renaissance
briefroman
hooggeplaatste personages
Multatuli
Gouden Eeuw
sonnet
kennis en opvoeding

Slide 14 - Sleepvraag

Wat vond Max Havelaar van de kolonisatie?
A
Slecht, Hij vond dat de Nederlanders slecht behandelt werden.
B
Prima, hij vond het de schuld van de Indische bevolking zelf.
C
Prima, hij bemoeide zich er niet echt mee.
D
Slecht, hij vond dat de Nederlanders de Indische bevolking onderdrukte.

Slide 15 - Quizvraag

Acrostichon?
A
Een acrobatische act tijdens een toneelstuk
B
Een gedicht waarbij de eerste letters van de regels een woord vormen
C
Een decorwissel tijdens een toneelstuk
D
Een verhaal waarin de Griekse oudheid centraal staat

Slide 16 - Quizvraag

Ridderroman
Renaissance
Verlichting
Romantiek
Realisme
Karelepiek
Tragedie
Arturroman
Klucht
Classisistische komedie
Kinderliteratuur
Imaginair reisverhaal
Kolonialisme
Tachtigers
Naturalisme

Slide 17 - Sleepvraag

Wat is geen kenmerk van een sonnet?
A
Een sonnet is verdeeld over vier strofen.
B
Het heeft geen strak rijmschema.
C
Een sonnet bestaat uit veertien regels.
D
De eerste twee strofen bestaan elk uit vier regels.

Slide 18 - Quizvraag

Welke drie elementen komen er voor in de emblematiek

Slide 19 - Open vraag

Welke genres werden onder invloed van de renaissance razend populair in de literatuur tijdens de gouden eeuw? Noem er 3!

Slide 20 - Open vraag