4.4 Een nieuw geloof


De Middeleeuwen


4.4 Een nieuw geloof
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


De Middeleeuwen


4.4 Een nieuw geloof

Slide 1 - Tekstslide

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.

Slide 2 - Tekstslide

Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)
622: ontstaan van de islam

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • ken je de begrippen islam, Koran, moslim, tolerant + weet je wie de profeet Mohamed was. (R)

  • kun je herkennen en uitleggen hoe de islam is ontstaan en wat de Europese volken van de Arabieren leerden . (T1)

  • kun je feiten en meningen in bronnen herkennen. (T2)

  • kun je bij verschillende geloven feiten en meningen onderscheiden. (I)

Slide 4 - Tekstslide

Let op!
Deze les gaat over het ontstaan van de islam. Als je islamitisch bent kan het zijn dat je het met sommige dingen niet eens bent.
Bij geschiedenis kijken we vooral naar de dingen die wij zeker weten (feiten) en proberen we dat wat mensen geloven (meningen) te respecteren.

Slide 5 - Tekstslide

Egyptenaren, Grieken, Romeinen, vikingen, Friezen, hindoes, boedisten

Joden, christenen, moslims
Veel goden
Eén god

Slide 6 - Tekstslide

Een visioen  
  • Mohammed was een handelaar uit Mekka. 

  • In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.

  • Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 

  • De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

Slide 7 - Tekstslide

Van Mekka naar Medina

  • Mohammed vlucht in 622 naar Medina

  • Dit is het begin van de islamitsche jaartelling, de hedsjra

  • In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god.

  • Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 

  • Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Slide 8 - Tekstslide

Terug naar Mekka

Met een grote groep moslims ging Mohammed terug naar Mekka (630)

  • Er werd gevochten en Mohammed won. 

  • Veel bewoners van Mekka werden toen alsnog moslim. 

  • Mohammed beval dat mensen bij de Ka’aba alleen nog tot Allah mochten bidden.

Slide 9 - Tekstslide

Wat gebeurt er op de tekening?
A
Een engel vertelt Mohammed dat hij moet vluchten uit Mekka.
B
Een engel vertelt Mohammed dat hij bij de Ka’aba de goden moet gaan aanbidden.
C
Een engel vertelt Mohammed dat hij christen moet worden.
D
Een engel vertelt Mohammed dat er maar één god is, Allah.

Slide 10 - Quizvraag

In welk jaar leven wij volgens de islamitische kalender?
A
2640
B
1398
C
622
D
1441

Slide 11 - Quizvraag

Verspreiding van de islam


  • Na de dood van Mohammed (632) veroveren zijn opvolgers, kaliefen, grote delen van het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

  • De meeste mensen in deze gebieden worden moslim.

  • Toen de Arabieren ook een groot deel van Spanje en Portugal veroverden, grensden het Frankische Rijk en het Arabische Rijk aan elkaar.

  • De Arabieren in Spanje waren de Moren, zij lieten het christendom en jodendom toe (want die geloofden ook in slechts een god).

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide



Noem vijf landen die in de Middeleeuwen door de Arabieren zijn veroverd.

Slide 14 - Open vraag

De islam
  • Islam betekent: 'onderwerping'
  • Het belangrijkste boek is de Koran of Qoer'ān (القرآن)

  • Volgens moslims zijn de woorden in de Arabische taal door Allah via de engel Djibriel aan Mohammed geopenbaard.

  • Daarnaast moet een moslim zich (zoveel mogelijk) houden aan de vijf zuilen, dit zijn godsdienstige verplichtingen.

  • Het vrijdaggebed in een moskee is voor mannen verplicht

Slide 15 - Tekstslide

Vijf zuilen van de islam
geloofsbelijdenis (sjahada)
الشهادة
rituele gebeden (salat)
الصّلاة
geven aan armen (zakat)
زكاة
ramadan
(saum)
رمضان
pelgrimstocht 
(hadj)
الحجّ

Slide 16 - Tekstslide

Video
SchoolTV: De vijf zuilen van de islam

Slide 17 - Tekstslide

0

Slide 18 - Video

Leren van elkaar
  • Door hun veroveringen verzamelden Arabieren veel kennis. Ze waren erg tolerant.

  • Geneeskunde: de Arabieren wisten dat je veel ziektes kunt voorkomen door goede hygiëne.

  • Wiskunde: de Arabieren leerden dat je met de cijfers 0 tot en met 9 veel gemakkelijker kunt rekenen dan met de Romeinse cijfers.

  • Aardrijkskunde: Arabische geleerden verzamelden en combineerden de kennis van de wereld in goede topografische kaarten.

  • Kunst:  de Arabieren bouwden prachtige paleizen en moskeeen.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Wat hoort bij welk geloof?
christendom
islam
beide
Mohammed
Geloof in 1 god
kerk
moskee
Mekka
Bijbel
Jezus
Koran

Slide 21 - Sleepvraag

Maak de juiste combinaties
heilig boek voor moslims
stad waar Mohammed in het jaar 622 uit wegvluchtte
de god van de moslims
 stad waar Mohammed in het jaar 622 naartoe vluchtte
mensen die geloven dat Mohammed de waarheid sprak
Koran
Mekka
moslims
Allah
Medina

Slide 22 - Sleepvraag


Waar is de Islam ontstaan?
A
Arabië
B
China
C
Spanje
D
Turkije

Slide 23 - Quizvraag


Hoe noemen we de
vijf leefregels van de islam?
A
De Vijf Pilaren van de islam
B
De Vijf Zuilen van de islam
C
De Vijf Hoekstenen van de islam
D
De Vijf Regels van de islam

Slide 24 - Quizvraag


Welke godsdienst is ouder?
A
christendom
B
islam

Slide 25 - Quizvraag


Welke uitspraak over de islam is juist?
A
De islam is gesticht door de Turk Mohammed
B
Aanhangers van de islam noem je Turken of Arabieren.
C
Het gebedshuis van de islam noem je een moskee.
D
De verspreiding van de islam begon in de tweede eeuw na Christus.

Slide 26 - Quizvraag


Wie is de profeet van de islam?
A
Mohammed
B
Jezus
C
Allah
D
Er is geen profeet

Slide 27 - Quizvraag


Mohammed is...
A
De stichter en belangrijkste profeet van de islam
B
De stichter van de islam en de zoon van God
C
De belangrijkste profeet van de islam en de zoon van God
D
Hetzelfde als Allah

Slide 28 - Quizvraag


De islam kent...
A
1 god
B
2 goden
C
3 goden
D
4 goden

Slide 29 - Quizvraag


Wat betekent islam?
A
Onderwerping aan Allah
B
Zoeken naar Allah
C
Geloven in Allah
D
Allah is groot

Slide 30 - Quizvraag


De volgelingen van de islam zijn
A
boeddhisten
B
christenen
C
jihadisten
D
moslims

Slide 31 - Quizvraag


Opvolgers van Mohammed heten
A
Kaliefen
B
Poitiers

Slide 32 - Quizvraag


Wat is niet waar over de Arabieren:
A
De Arabieren waren erg tolerant tegenover andere volken en culturen
B
De Arabieren zorgden door veel veroveringen voor de verspreiding van de islam.
C
De Arabieren overwonnen het Frankische Rijk.
D
De Arabieren hadden een hoog ontwikkelde cultuur (kunst, wetenschap, geneeskunde en wiskunde)

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

  • profeet
  • koran
  • moskee
  • vijf zuilen
  • hedsjra
  • hadj
  • ramadan
  • tolerant

Slide 35 - Tekstslide

Personen uit deze les

  • Mohammed

Slide 36 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les


  • 622: Mohammed vlucht van Mekka naar Medina
  • 632: Mohammed sterft en de verspreiding van de islam.

Slide 37 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 38 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 39 - Open vraag

Slag bij Poitiers
732

  • Franken en Arabieren vielen regelmatig elkaars gebied binnen.
  • In 732 vochten hun legers bij de Franse plaats Poitiers. 
  • Karel Martel, de grootvader van Karel de Grote, leidde de Franken. 
  • Zijn leger was groter en zijn soldaten kenden het terrein vochten.
  • De Arabieren werden verslagen en zouden nooit meer zo ver noordelijk komen.

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide


Wat is niet een van de vijf zuilen 
van de islam?
A
Eén keer in je leven naar Mekka gaan
B
Vaak naar de kerk gaan
C
Geld geven aan arme mensen
D
Vijf keer per dag bidden

Slide 42 - Quizvraag


Wat is niet een van de vijf zuilen 
van de islam?
A
Meedoen aan de ramadan (vasten)
B
Bidden
C
Geen varkensvlees eten
D
Allah en Mohammed eren (geloofsbelijdenis)

Slide 43 - Quizvraag

Splitsing in de islam
661

  • Mohammed sterft in 632: wie gaat hem opvolgen?
  • Volgens Soennieten: de meest bekwame volgeling
  • Volgens Sjiieten: directe familie van Mohammed

Slide 44 - Tekstslide

soennitisch
sjiitisch
ibadisch

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide