Herhaling 3.2+3.3

Wie beslist?
§3.2+§3.3
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wie beslist?
§3.2+§3.3

Slide 1 - Tekstslide

15 januari
2N
DOEL
  • Ik weet hoe Nederland tussen 1815 en 1848 werd bestuurd en waarom dat in 1848 veranderde
  • Ik weet wat er in het bestuur veranderde in 1848
  • Ik weet wat liberalen en socialisten zijn 
  • Ik weet hoe de arme mensen steeds meer invloed op het bestuur kregen.
DOEN
Herhaling
Jouw manier van leren
Herhalingsles
Volgende les

Slide 2 - Tekstslide

Een tijdlijn

Slide 3 - Tekstslide

1795 tot 1813
De Franse tijd
De stadhouder moest vluchten naar Engeland. Tussen 1795 en 1813 waren eerst de Patriotten, daarna koning Lodewijk Napoleon en daarna Napoleon Bonaparte hier de baas

Slide 4 - Tekstslide

In 1813 verloor Napoleon een belangrijke slag en durfden  mensen in Amsterdam weer 'Oranje boven' te roepen. 
Willem Frederik, zoon van de laatste stadhouder, wordt gevraagd of hij koning van Nederland wilde worden.
1795 tot 1813
De Franse tijd
De stadhouder moest vluchten naar Engeland. Tussen 1795 en 1813 waren eerst de Patriotten, daarna koning Lodewijk Napoleon en daarna Napoleon Bonaparte hier de baas
November 1813
Rellen in Amsterdam
Franse troepen slaan op de vlucht

Slide 5 - Tekstslide

In 1813 verloor Napoleon een belangrijke slag en durfden  mensen in Amsterdam weer 'Oranje boven' te roepen. 
Willem Frederik, zoon van de laatste stadhouder, wordt gevraagd of hij koning van Nederland wilde worden.
1795 tot 1813
De Franse tijd
De stadhouder moest vluchten naar Engeland. Tussen 1795 en 1813 waren eerst de Patriotten, daarna koning Lodewijk Napoleon en daarna Napoleon Bonaparte hier de baas
November 1813
Rellen in Amsterdam
30 november 1813
Inhuldiging koning Willem I
Op 30 november 1813 wordt Willem Frederik ingehuldigd als eerste koning van Nederland: koning Willem I. 
Nederland is vanaf nu een monarchie: het oudste kind van de koning erft het koningschap en wordt automatisch koning van Nederland. 
Franse troepen slaan op de vlucht
Koning Willem I wordt ingehuldigd in de Nieuwe Kerk te Amsterdam

Slide 6 - Tekstslide

21 september 1815
Willem wordt koning van België
In 1815 wordt Willem ook koning van België. Nederland en België worden samengevoegd: het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. 
Twee hoofdsteden: Amsterdam en Brussel

Slide 7 - Tekstslide

21 september 1815
Willem wordt koning van België
In 1815 wordt Willem ook koning van België. Nederland en België worden samengevoegd: het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. 
Twee hoofdsteden: Amsterdam en Brussel
1815
Een nieuwe grondwet
In 1815 kwam er een nieuwe grondwet. Vanaf nu heeft het parlement 2 kamers: de Eerste en Tweede Kamer. 

Tweede Kamer: werd gekozen door rijke burgers.
Eerste Kamer: werd gekozen door de koning.
Ministers: werd gekozen en ontslagen door de koning.

Slide 8 - Tekstslide

21 september 1815
Willem wordt koning van België
In 1815 wordt Willem ook koning van België. Nederland en België worden samengevoegd: het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. 
Twee hoofdsteden: Amsterdam en Brussel
1815
Een nieuwe grondwet
In 1815 kwam er een nieuwe grondwet. Vanaf nu heeft het parlement 2 kamers: de Eerste en Tweede Kamer. 

Tweede Kamer: werd gekozen door rijke burgers.
Eerste Kamer: werd gekozen door de koning.
Ministers: werd gekozen en ontslagen door de koning.
1830
België splitst zich af van NL
In 1830 wordt België een onafhankelijk land. Willem I is vanaf dat moment geen koning meer van België en België hoort niet meer bij Nederland. 
De grondwet van 1815

Slide 9 - Tekstslide

7 oktober 1840
Willem II wordt koning 
Koning Willem I doet afstand van de troon. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon, koning Willem II
Koning Willem II, na zijn huldiging in 1840

Slide 10 - Tekstslide

7 oktober 1840
Willem II wordt koning 
Koning Willem I doet afstand van de troon. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon, koning Willem II
1840-1848
Verzet tegen de koning
Steeds meer mensen vonden dat de koning te veel macht had. Vooral de liberalen kwamen in verzet. Ze wilden dat de bevolking meer inspraak kreeg en er een betere bescherming van hun rechten kwam.
Thorbecke was een liberaal. Hij schreef de grondwet van 1848
Koning Willem II, na zijn huldiging in 1840

Slide 11 - Tekstslide

7 oktober 1840
Willem II wordt koning 
Koning Willem I doet afstand van de troon. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon, koning Willem II
1840-1848
Verzet tegen de koning
Steeds meer mensen vonden dat de koning te veel macht had. Vooral de liberalen kwamen in verzet. Ze wilden dat de bevolking meer inspraak kreeg en er een betere bescherming van hun rechten kwam.
1848
Koning Willem II werkt mee
In 1848 is er in veel landen veel onrust. De Franse koning moet zelfs aftreden. Daarom besluit koning Willem II om mee te werken. Er komt een nieuwe grondwet, met meer macht voor het volk.
Thorbecke was een liberaal. Hij schreef de grondwet van 1848
Koning Willem II, na zijn huldiging in 1840

Slide 12 - Tekstslide

  • Alle burgers hebben dezelfde grondrechten
  • Ministers moeten gehoorzamen aan parlement en niet meer de koning
  • De burgers kiezen elke vier jaar het parlement. 

Slide 13 - Tekstslide

De politiek
Liberalen
Socialisten
  • Geen invloed van kerk op het onderwijs en bestuur
  • Regering moet zich weinig bemoeien met economie
  • Geen invloed van kerk op het onderwijs en bestuur
  • Willen sociale wetten om arbeiders te beschermen: minimum loon en gelijkheid
  • Eis: Algemeen kiesrecht
  • Groot voorstander van invloed van kerk op onderwijs en bestuur
Protestanten
Arbeiders organiseren zich in vakbonden en richten politieke partij op

Slide 14 - Tekstslide

De situatie van vrouwen
  • Kregen minder betaald dan mannen
  • Na het werk ook nog huishouden en kinderen
  • Volgens de wet waren mannen en vrouwen ongelijk
  • Vrouwen mochten niet over eigen geld beslissen
  • Vrouwen mochten niet stemmen
  • Mannen waren het hoofd van het gezin

Slide 15 - Tekstslide

Feministen
  • Willen gelijke rechten hebben
  • Kiesrecht voor vrouwen
  • Meisjes moeten door kunnen leren
  • Gelijke lonen
  • Aletta Jacobs
Aletta Jacobs
Eerste vrouwelijke arts
Belangrijke Feminist

Slide 16 - Tekstslide

Democratie
  • Steeds meer mensen mochten stemmen
  • 1848: Alleen rijke mannen mochten stemmen
  • Eind 19e eeuw: steeds meer arme mannen kregen stemrecht
  • Rond 1900: naast Liberalen ook enkele socialisten in de kamer
  • 1917: Alle mannen kiesrecht
  • 1919: Alle mannen en vrouwen kiesrecht

Slide 17 - Tekstslide

Voorbereiden op de toets
Test Je Zelf
- §3.2
- §3.3
Flitskaarten
PowerPoints (LessonUp) leren
Oefentoets (Classroom)

Slide 18 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
Grondwet
Grondrechten
Franse Revolutie
Terreur

Slide 19 - Tekstslide

Personen uit deze les
Lodewijk XVI
Marie Antoinette
Robespierre

Slide 20 - Tekstslide

Jaartallen uit deze les
  • 1788: Misoogsten
  • Mei 1789: Bijeenkomst Staten Generaal
  • Juli 1789: Eed op de Kaatsbaan
  • 14 juli 1789: Bestorming van de Bastille
  • Augustus 1789: Verklaring van de rechten van de mens en de burger
  • Oktober 1789: Koning in Parijs
  • Juni 1791: Koning vlucht,
  • September 1791: Een nieuwe grondwet. 
  • September 1792: Bestorming paleis Tuilerieën
  • Januari 1793: Lodewijk wordt onthoofd

Slide 21 - Tekstslide

Heb je het gesnapt?

Slide 22 - Tekstslide

8 januari
2N
DOEL
  • Ik weet hoe Nederland tussen 1815 en 1848 werd bestuurd;
  • Ik weet waarom er in 1848 een nieuwe grondwet kwam
  • Ik weet wat er in het bestuur veranderde in 1848
DOEN
Uitleg §3.2 
Maken  §3.2
Herhalingsles
Volgende les

Slide 23 - Tekstslide


Schrijf 3 dingen op die je
deze les hebt geleerd

Slide 24 - Open vraag


Stel 1 vraag over iets dat je deze
les nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 25 - Open vraag

Huiswerk
§1.3 Franse Revolutie

Slide 26 - Tekstslide

Opruimen!!
Stop je spullen in je tas.
Als de bel gaat blijf je zitten
De docent zegt als je weg mag gaan. Schuif dan je stoel aan

Slide 27 - Tekstslide