Rekendidactiek les 2 22OAB
1 / 12
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel rekendrempels zijn er?
A
3
B
5
C
8
D
7
Slide 2 - Quizvraag
Uit welke onderdelen bestaan
fase 3 en 4 vooral?
fase 3 en 4 vooral?
A
Rekenen met grote getallen, moeilijke tafels, deelsommen
B
+, - en x
C
Verhoudingen, delen door en grafieken
Slide 3 - Quizvraag
Rekenen is als het metselen van een muur. Waarom is dat?
A
Slim zijn
B
Moet stevig zijn
Slide 4 - Quizvraag
Waar wordt naar gekeken bij de profieltoets voor rekenen?
A
Procenten
B
Speed
C
Speed en procenten
D
Speed en power
Slide 5 - Quizvraag
Wat gebeurd er als je laag 1 en 2 niet goed beheerst?
A
Je gaat verder met laag 3
B
Je gaat het niet halen bij laag 3
Slide 6 - Quizvraag
Wat wordt er gevraagd bij de automatiseringstoetsen?
A
Vlotte beschikbaarheid van de basiskennis
B
Begripsvorming
C
Procedureontwikkeling
Slide 7 - Quizvraag
Wat wordt er geleerd in Fase 4 ( nu laag 5) van het rekenmuurtje?
A
Optellen, vermenigvuldigen
B
Lengtematen, inhoud, gewicht, breuken, procenten.
C
Getalbegrip tot 100
Slide 8 - Quizvraag
Wat zijn basale rekenvaardigheden?
A
de standaardbewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen,
B
lengte, oppervlakte, inhoud
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen automatiseren en memoriseren?
A
Bij automatiseren kunnen kinderen som sneller uitrekenen dan bij memoriseren. Bij memoriseren gebruiken kinderen nog een tussenstap. Bij automatiseren niet meer,
B
De uitrekentijd bij memoriseren is sneller omdat je het zonder nadenken kan. Bij automatiseren gebruiken kinderen nog een tussenstap om een som snel uit te kunnen rekenen.
Slide 10 - Quizvraag
Waarvoor gebruik je het Bareka muurtje?
A
Voor de begripsvorming
B
Om rekenstrategieën aan te leren.
C
Als rekenmethode
D
Voor een goeie fundering van de rekenontwikkeling. Om vlot te leren rekenen.
Slide 11 - Quizvraag
Wat houdt een drempeltoets in?
A
Toetsen op kennis (power)
B
Toetsen op tempo (speed)
