P3 - week 3 - rechten en vrijheid

Aan de slag
5) ik kan het verschil tussen positief recht en natuurrecht uitleggen.
6) ik kan het verschil tussen positieve en negatieve vrijheid uitleggen en toepassen.



Leerdoelen vandaag
Begrippen:
  • legitimiteit
  • positief recht
  • natuurrecht
  •  positieve vrijheid
  • negatieve vrijheid
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Aan de slag
5) ik kan het verschil tussen positief recht en natuurrecht uitleggen.
6) ik kan het verschil tussen positieve en negatieve vrijheid uitleggen en toepassen.



Leerdoelen vandaag
Begrippen:
  • legitimiteit
  • positief recht
  • natuurrecht
  •  positieve vrijheid
  • negatieve vrijheid

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • terugblik
  • Uitleg legitimiteit
  • Uitleg natuurrecht en positief recht
  • uitleg positieve en negatieve vrijheid
  • toepassingsopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Legitimiteit
Legitieme macht = 
macht die gerechtvaardigd/terecht is.


Slide 3 - Tekstslide

Legitiem of niet?
Ja legitiem
nee niet legitiem

Slide 4 - Poll

Legitiem of niet?
Ja legitiem
nee niet legitiem

Slide 5 - Poll

Legitiem of niet?
Ja legitiem
nee niet legitiem

Slide 6 - Poll

Macht is legitiem als...

Slide 7 - Open vraag

Recht
Positief recht: recht dat op een bepaald moment op een bepaalde plek geldt.

Natuurrecht: van nature gegeven. Niet tijd- of plaatsgebonden. 

Slide 8 - Tekstslide

Je bent echt vrij als niemand zich met jou bemoeit.
Eens
Oneens

Slide 9 - Poll

Je bent alleen echt vrij als je een diploma kunt halen.
eens
oneens

Slide 10 - Poll

Je bent alleen echt vrij als je voldoende geld hebt om te kunnen wonen en eten.
Eens
Oneens

Slide 11 - Poll

Positieve & negatieve vrijheid
Negatieve vrijheid = geen beperkingen, geen regels. Bijv. vrijheid van meningsuiting.

Positieve vrijheid = vrijheid tot ontplooiing en ontwikkeling. Bijv. recht op onderwijs.  

Slide 12 - Tekstslide

Positieve & negatieve vrijheid
Negatieve vrijheid = Bijv. vrijheid van religie.

Positieve vrijheid =  Bijv. recht op onderwijs, subsidie om een kerk/moskee/synagoge te bouwen.  

Slide 13 - Tekstslide

Positieve & negatieve vrijheid
Negatieve vrijheid
zo min mogelijk overheid > liberalisme

Positieve vrijheid
veel overheid > socialisme

Slide 14 - Tekstslide

Positieve & negatieve vrijheid
Gevaren:
  • Te veel negatieve vrijheid: iedereen gaat eigen gang. Geen sociale cohesie.
  • Te veel positieve vrijheid: overheid bepaalt te veel (dictatuur)

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
Lees reader hfst 3 + kader 
Maak de Lessonup > P3 - week 2 - opdracht vrijheid en rechten.

Slide 16 - Tekstslide