Les 3; Risicofactoren en vroegtijdige onderkenning

Pedagogiek 5: Kinderen met opvallend gedrag 1
Les 3; Risicofactoren en vroegtijdige onderkenning
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Pedagogiek 5: Kinderen met opvallend gedrag 1
Les 3; Risicofactoren en vroegtijdige onderkenning

Slide 1 - Tekstslide

Theorieboek
Zorg dat je bij elke les altijd je theorieboek en je werkboek erbij hebt. Het groene boek: Ontwikkeling en activiteiten PW. 

Wij werken nu uit hoofdstuk 16

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Hoe gaat het?
Periode planning doornemen met elkaar
Doelen van de les 
Terugblik
De nieuwe theorie testen
Les evalueren




Slide 3 - Tekstslide

Hoe gaat het? Fijne vakantie gehad?

Slide 4 - Open vraag

Kan ik beginnen met de les?
A
Ja! ik ben er klaar voor
B
Nee, ik heb nog een dringende vraag of ik wil nog even iets kwijt!
C
Iets anders....

Slide 5 - Quizvraag

Doelen van de les
Terugblikken op de theorie vóór de vakantie

De student - kan risicofactoren benoemen die de kans op problemen in de ontwikkeling vergroten.
De student - kan voorbeelden geven van kindgebonden risicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van ouder- en/of gezinsrisicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van omgevings-risicofactoren.

De student - kan het belang van vroegtijdige onderkenning toelichten. 

Slide 6 - Tekstslide

Periode planning doornemen met elkaar

Individuele opdracht 1 moet deze week worden ingeleverd in teams! Ik stel de deadline uit tot zondag 7 maart 23.59 uur. 

> Het verschil tussen een ontwikkelingsachterstand en een ontwikkelingsstoornis
> De verschillende alarmsignalen die kunnen wijzen op een ontwikkelingsachterstand of op een ontwikkelingsstoornis
> Risicofactoren op drie gebieden + voorbeelden

Slide 7 - Tekstslide

Terugblikken 
Ik daag je uit!

Probeer antwoord te geven op de vragen, zonder het boek te gebruiken. Beheers jij de theorie al voldoende?

Slide 8 - Tekstslide

De doelen van voor de vakantie
’De student - kan uitleggen waarom de scheiding tussen de normale en niet-normale ontwikkeling lastig is’’
De student - weet het verschil tussen een ontwikkelingsachterstand en een ontwikkelingsstoornis 
De student - kan alarmsignalen ontwikkeling kind signaleren 

Slide 9 - Tekstslide

Leg uit waarom de scheiding tussen de normale en niet-normale ontwikkeling lastig is

Slide 10 - Open vraag

Wat is een ontwikkelingsachterstand?

Slide 11 - Open vraag

Wat is een ontwikkelingsstoornis?

Slide 12 - Open vraag

Of en hoe de ontwikkeling is verstoord, is uiteindelijk de zaak van deskundigen. Jij als OA kan natuurlijk wel alarmsignalen signaleren die wijzen op een ontwikkelingsachterstand of op een ontwikkelingsstoornis. Noem een voorbeeld wat jij zou zien bij een kind als een alarmsignaal.

Slide 13 - Open vraag

Even op een rijtje.. Wat hebben we nu allemaal geleerd? 
Onderscheid normale en niet-normale ontwikkeling:
- De marge wat onder een normale ontwikkeling valt, is groot. -Kinderen verschillen van elkaar in hun ontwikkeling en dit is meestal geen probleem.
- Het begrip normaal en niet-normaal zijn nogal lastig, want wat is normaal? 
- Ieder mens, elk kind ontwikkelt zich anders, in een eigen tempo en op een eigen manier
- Kijk naar de totale ontwikkeling.
- Gedrag wat we normaal of niet-normaal vinden hangt ook af van onszelf.     
Bij een ontwikkelingsachterstand wijkt de ontwikkeling van het kind maar weinig af van het gemiddelde en is de achterstand nog in te halen.
Bij een ontwikkelingsstoornis is bij een kind of jongere sprake van een duidelijke afwijking van de gemiddelde ontwikkeling. Er is sprake van een grote, negatieve invloed op de ontwikkeling. Meestal is die invloed blijvend.
Alarmsignalen dit zijn signalen die kunnen wijzen op een ontwikkelingsachterstand of op een ontwikkelingsstoornis. Of en hoe de ontwikkeling is verstoord, is uiteindelijk de zaak van deskundigen. Jij als OA kan wel alarmsignalen tijdig signaleren en doorgeven aan de juf/meester (vb: geen imitatie, isolement, geen inzicht; ziet geen gevaar, houterige motoriek, zichzelf niet kunnen verzorgen). 


Slide 14 - Tekstslide


Zijn de doelen van vóór de vakantie behaald?

De student - kan uitleggen waarom de scheiding tussen de normale en niet-normale ontwikkeling lastig is
De student - weet het verschil tussen een ontwikkelingsachterstand en een ontwikkelingsstoornis

De student - kan alarmsignalen ontwikkeling kind signaleren
A
Ja, ik kan verder met de volgende doelen van dit vak
B
Nee, er is mij nog iets onduidelijk en aan het eind van de les wil ik hier extra uitleg over krijgen.
C
Nee, maar ik ga liever zelf werken om deze doelen te behalen voor mezelf

Slide 15 - Quizvraag

De nieuwe theorie; doelen van de les
De student - kan risicofactoren benoemen die de kans op problemen in de ontwikkeling vergroten.
De student - kan voorbeelden geven van kindgebonden risicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van ouder- en/of gezinsrisicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van omgevings-risicofactoren.

De student - kan het belang van vroegtijdige onderkenning toelichten. 

Slide 16 - Tekstslide

De nieuwe theorie 

Slide 17 - Tekstslide

3

Slide 18 - Video

00:30
Blz 268. Pak deze bladzijde erbij als je wilt!
A
Ik heb mijn boek gepakt
B
Ik kan zonder mijn boek verder

Slide 19 - Quizvraag

01:28
Als er sprake is van twee risicofactoren, dan is de kans op ontwikkelingsproblemen al ...... keer zo groot
A
twee
B
drie

Slide 20 - Quizvraag

01:37
Als er sprake is van vier of meer risicofactoren, dan is de kans op ontwikkelingsproblemen zelfs ...... keer zo groot
A
tien
B
twaalf

Slide 21 - Quizvraag

Risicofactoren zijn zaken die de kans op problemen vergroten
Risicofactoren voor de ontwikkeling van het kind kan liggen op drie gebieden:
1. het kind
2. de ouders en/of het gezin
3. de omgeving 

Het kind: laag geboorte gewicht, vroeggeboorte, een beperking hebben, veelvuldig ziek zijn, moeilijk temperament. 

De ouders en/of het gezin: Negatieve jeugdervaringen, moeizame start in de rol van ouder, gebrek aan kennis of vaardigheden, jonge of oude moeder, psychische problemen bij ouders, verslavingsproblemen, huwelijksproblemen, echtscheiding, verwaarlozing of mishandeling, ingrijpende levensgebeurtenissen. 

De omgeving: Werkloosheid, armoede, weinig opleiding, slechte huisvesting, ontbreken van informele of formele steun. 

Slide 22 - Tekstslide

Waarom is vroegtijdige onderkenning (besef, begrip, inzicht) van belang? (blz 269)

Slide 23 - Open vraag

Blz 269. Vroegtijdige onderkenning: 
Synoniem van onderkenning: besef, begrip, inzicht

Dit is eigenlijk het vroegtijdig signaleren van zaken die de ontwikkeling van het kind bedreigen of verstoren. 'Vroegtijdig' betekent niet altijd op een heel jonge leeftijd. Hoe jonger het kind, hoe lastiger het is om met zekerheid te zeggen of er sprake is van een serieus probleem. Bepaalde ontwikkelingsstoornissen worden pas duidelijk op de basisschool. Denk aan licht verstandelijke beperkingen en leerstoornissen als dyslexie. 

Vroegtijdige onderkenning is in het belang van kind en ouders.
- Er is goede hulp en behandeling mogelijk voor het kind
- Een optimale ontwikkeling en ontplooiing wordt mogelijk
- Het houdt de ontwikkelingsachterstand zo klein mogelijk
- het beperkt emotionele schade
- Ouders komen eerder tot verwerking
- ouders beschikken over belangrijke informatie voor gezinsplanning

Slide 24 - Tekstslide

'Vroegtijdige' onderkenning betekent altijd op heel jonge leeftijd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Wanneer de ontwikkeling van een kind achterblijft of anders verloopt dan verwacht, kan de oorzaak binnen en buiten het kind liggen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Wat is een riscofactor?
A
Zaken die de kans op problemen vergroten
B
Zaken die de kans op problemen verkleinen

Slide 27 - Quizvraag

Risicofactoren voor de ontwikkeling van het kind kunnen liggen op drie gebieden. Welke is juist?
A
Het kind, de familie, de omgeving
B
Het kind, ouder- en/of het gezin, de familie
C
Het kind, ouder- en/of het gezin, de omgeving

Slide 28 - Quizvraag

Laaggeboorte gewicht. Dit is een risicofactor vanuit?
A
Het kind
B
De omgeving
C
De ouders

Slide 29 - Quizvraag

Verslavingsproblemen is een risicofactor vanuit?
A
Het kind
B
De ouders
C
De omgeving

Slide 30 - Quizvraag

Werkloosheid is een risicofactor vanuit?
A
Het kind
B
De ouders
C
De omgeving

Slide 31 - Quizvraag

Weinig opleiding is een risicofactor vanuit?
A
Het kind
B
De ouders
C
De omgeving

Slide 32 - Quizvraag

Een verstandelijke beperking is een voorbeeld van een oorzaak in de ontwikkeling van buitenaf.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quizvraag

Doelen van de les
De student - kan risicofactoren benoemen die de kans op problemen in de ontwikkeling vergroten.
De student - kan voorbeelden geven van kindgebonden risicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van ouder- en/of gezinsrisicofactoren.
De student - kan voorbeelden geven van omgevings-risicofactoren.

De student - kan het belang van vroegtijdige onderkenning toelichten. 

Slide 34 - Tekstslide

Hoe heb ik de les ervaren?

Slide 35 - Open vraag