Nederlands - valse argumenten

de lessonUp gaat over...
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

de lessonUp gaat over...

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

gelijk hebben = gelijk krijgen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe onderbouw je een argument goed?
A.U.B. methode

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling: Het is een goede zaak dat de Lidl sinds oktober 2021  geen sigaretten meer verkoopt.
A      Argument                Vanaf 2024 wordt het  sowieso verboden sigaretten te verkopen in de supermarkt en  dat is goed voor vooral jongeren.
U     Uitleg                          Het kabinet probeert met dat verbod roken zoveel mogelijk te ontmoedigen, vooral door te voorkomen dat mensen ermee beginnen. LIDL wilde daarmee niet wachten tot 2024. 
 B          Bijvoorbeeld     Mijn vader mocht als kind nog sigaretten kopen voor mijn opa. Ik mag dat al niet meer en mijn jongere broer komt zelfs geen sigaretten meer in de supermarkt tegen. Ik ben blij dat de kans daardoor kleiner is dat mijn broertje gaat roken.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Hoe onderbouw je een argument slecht? Of vals?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drogredenen

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis zakelijke argumentatie?
Foutieve argumentatie
Griekse filosoof Aristoteles
Het lijkt een argument, maar het is het niet.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is niet interessant, want er is niets aan.
A
generalisatie
B
autoriteitsargument
C
cirkelredenering
D
aanval op de persoon

Slide 8 - Quizvraag

C
Ik ben het er niet mee eens, want de minister is het er ook niet mee eens.
A
generalisatie
B
autoriteitsargument
C
cirkelredenering
D
aanval op de persoon

Slide 9 - Quizvraag

B
Ik loop weg zonder te betalen, want iedereen doet dat hier.
A
beroep doen op de meerderheid
B
autoriteitsargument
C
cirkelredenering
D
aanval op de persoon

Slide 10 - Quizvraag

A
Ik heb dat zo meegemaakt, dus geldt dat voor iedereen.
A
beroep doen op de meerderheid
B
generalisatie
C
cirkelredenering
D
aanval op de persoon

Slide 11 - Quizvraag

B
Wat weet jij van gezondheid, jij weegt zelf 200 kilo!
A
beroep doen op de meerderheid
B
generalisatie
C
cirkelredenering
D
aanval op de persoon

Slide 12 - Quizvraag

D
Even opsommen: 
cirkelredenering, beroep op de meerderheid, generalisatie, aanval op de persoon, autoriteitsargument

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snapchat is een waardeloze app, want... (geef een drogreden)

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies