Op weg naar Pasen- van Pesach naar Pasen

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1-3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Op weg naar Pasen
Over een paar weken is het Pasen!
Om te begrijpen wat Pasen is, is het handig om te weten wat het Joodse Paasfeest, ook wel Pesach, inhoudt.
Deze eerste les gaat daarom over het Pesach feest.
De volgende les gaat over het christelijke paasfeest

Slide 2 - Tekstslide

welk woord komt bij je op als je het woord Pasen hoort?

Slide 3 - Woordweb

Is Pesach hetzelfde als Pascha?
A
JA
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Pesach en Pascha
Ons woord Pasen is, via het Aramese Pascha, afgeleid van het Hebreeuwse woord Pesach. Pesach komt van een Hebreeuwse wortel die ‘voorbijgaan’, ‘overslaan’ betekent: in de nacht van de uittocht ging de doodsengel voorbij aan de huizen waar het bloed van het lam aan de deurpost was gesmeerd. Pascha en Pesach duiden niet alleen het Joodse paasfeest aan, maar worden ook gebruikt voor het paaslam dat tijdens dit feest werd geslacht.

Slide 5 - Tekstslide

Pasen heeft te maken met het feest van het Joodse volk:
Pesach
Het volgende filmpje gaat over het Joodse volk.
Bekijk het filmpje goed zodat je daarna de vragen kan beantwoorden.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Over welke baby ging de video
(even checken of je de video goed bekeken hebt :)
A
baby Jezus
B
baby Mozes
C
baby Adam
D
baby Elia

Slide 8 - Quizvraag

in welk land speelt dit verhaal zich af?
A
Israël
B
Syrië
C
Egypte
D
Irak

Slide 9 - Quizvraag

in welk jaartal speelde dit verhaal zich ongeveer af?
A
100 jaar voor Christus
B
300 jaar voor Christus
C
1450 jaar voor Christus
D
5000 jaar voor Christus

Slide 10 - Quizvraag

wat betekent de naam Mozes?
A
zoon van God
B
uit het water gehaald
C
zoon met gezag
D
gered van het vuur

Slide 11 - Quizvraag

Mozes groeide op en...
bevrijde het volk uit Egypte. Het Joodsche volk werkte als slaven. Mozes was hun leider. Misschien ken je het verhaal wel van de 10 plagen.  De tijd van de 10 plagen was een heftige tjid. . Het volgende filmpje leert je meer over de 10 plagen.  Tijdens het filmpje worden er vragen gesteld.

Slide 12 - Tekstslide

Wat weet je over de 10 plagen

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

Bijbel
Lezen Exodus 12: 1 - 28

Slide 15 - Tekstslide

10e plaag
Op de tiende dag moeten de Israëlieten een gezond schaap of geit, uit de kudde halen. Na vier dagen moet het dier geslacht worden en als het donker is moet er bloed van het dier op de deurposten worden gesmeerd. Alle eerstgeboren zouden die nacht worden gedood, maar niet in de huizen met bloed aan de deurpost, die huizen werden overgeslagen. Het dier moest geroosterd worden en snel opgegeten worden, zodat ze snel konden vertrekken uit Egypte.
 Pesach – voorbijgaan /passeren (Engels Passover)

Slide 16 - Tekstslide

En nu:
Mozes leidt het volk uit Egypte. Zelfs nu nog vieren Joodse mensen dit nog steeds: het joodse Paasfeest.
Ook Jezus vierde ieder jaar het Joodse Paasfeest: Pesach.
Uiteindelijk is hij tijdens dit Joodse feest gekruisigd.
Daarover in de volgende les meer....

Slide 17 - Tekstslide

Bijbellezen
Mattheüs 26: 17-30
Markus 14: 12-21
Lucas 22: 7 – 23

alle drie hetzelfde verhaal!
Johannes beschrijft dit niet, maar beschrijft wel de voetwassing tijdens laatste avondmaal

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Pesachmaaltijd = Sedermaaltijd
Vanaf de 15e tot de 21ste dag na het slachten van het jonge lam (14e Nissan)
Seder-maaltijd  (Seder = ordelijk)
Zes ingrediënten  Exodus 12:8

1. Zróa: een geroosterd botje met een beetje vlees eraan. Symbool voor het paaslam.
2. Beetsa: een geroosterd ei. Symbool voor de maaltijd bij het paaslam.
3. Maróór: bittere kruiden, mierikswortel of radijs. Symbool voor de bitterheid van het leven in Egypte.
4. Charósèt: de zoeten vruchtenmoes. De kleur lijkt op die van klei. Symbool voor de stenen die de Israëlieten moesten bakken in Egypte.
5. Karpas: radijs of peterselie in zout water. Radijs of peterselie staat symbool voor hoop in de toekomst. Het zoute water staat symbool voor de tranen van de Israël.
6. Chazèrèt: een bitter kruid wat eerst zoet is en later hard en bitter wordt. Symbool voor de houding van de Egyptenaren.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Het feest van de ongezuurde broden
God heeft geboden om al het gezuurde voor een week weg te doen (Exodus 12:15-20). Tijdens de uittocht was er immers geen tijd om het brood te laten rijzen.
Vanaf het een maand eerder gevierde Poerim zijn Joden bezig met de vraag hoeveel er nog aan gezuurde, gegiste voeding in huis is. Dat moet op tijd weg zijn. Alle voorbereidingen zijn pas klaar op de centrale gezinsmaaltijd: de sederavond.
Niet alleen het huis wordt grondig van het gezuurde bevrijd. Het servies, het bestek, de potten en pannen moeten gereinigd worden van de zuurdesem. Alle resten gist, brood, cake, graan, pizza, pasta, bier en koekjes moeten weg!   1 Korinthe 5:6-8
Na de eerste avond is er een hele week geen ander brood dan matzes.

Slide 22 - Tekstslide

Wat weet je nu over Pesach?

Slide 23 - Woordweb

                                                  Op weg naar Pasen

Goede Vrijdag

Slide 24 - Tekstslide

                                                  Op weg naar Pasen


De vorige les hebben we geleerd over Pesach, het feest wat ook door Jezus en zijn volgers werd gevierd en waarom Jezus ook in Jeruzalem was

Slide 25 - Tekstslide


Wat vieren Joodse mensen (nog steeds) met Pesach?
A
De verjaardag van Koning David
B
de bevrijding uit Egypte
C
De heldendaad van Koningin Esther
D
Het loofhuttenfeest

Slide 26 - Quizvraag

                                                  Op weg naar Pasen
Leerdoel: in deze les leer je wat Goede Vrijdag is. Waarom heet het eigenlijk Goede Vrijdag?

Slide 27 - Tekstslide

                                                  Op weg naar Pasen
Mozes was de bevrijder van de Israëlieten uit Egypte. Eeuwen later werd Jezus geboren. Opnieuw waren de Israëlieten geen vrij volk. Ze waren een bezet land.

Slide 28 - Tekstslide


Wie waren de bezetters van Israël toen Jezus geboren werd?
A
De Egyptenaren
B
De Samaritanen
C
De Grieken
D
De Romeinen

Slide 29 - Quizvraag


De Romeinen waren aan de macht....

en toen werd Jezus geboren:

Slide 30 - Tekstslide

Jezus werd geboren maar...
hij was niet de bevrijder waar de mensen naar verlangden, iemand die hen zou bevrijden van de Romeinen, net als destijds Mozes de Israëlieten bevrijdde uit Egypte...
De Israëlieten hoopten op een Messias, Messias betekent eigenlijk hetzelfde als iemand die tot Koning is gezalfd/ gekroond en komt redden.  Waarom wordt Jezus Messias genoemd. We gaan naar het begin van de Bijbel.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Met Goede vrijdag herdenken christenen overal ter wereld dat Jezus geexecuteerd is dmv kruisiging.

Slide 34 - Tekstslide


we weten nu:

dat er gewacht werd op een bevrijder die de mensen zou bevrijden van het kwaad.  Jezus kreeg veel volgelingen en zij hoopten dat Hij hen zou bevrijden. Bevrijden van de Romeinen. 
Jezus kwam hen niet redden van de Romeinen.
Hij wordt zelfs door de Romeinen ter dood gebracht:

Slide 35 - Tekstslide

3

Slide 36 - Video

00:44
Door wie werd Jezus uiteindelijk aan het kruis gehangen?
A
Romeinse soldaten
B
Joodse soldaten
C
Zijn volgelingen
D
Zijn tegenstanders

Slide 37 - Quizvraag

02:34

Wat bedoelt ze hiermee?
A
Jezus weigert zich te laten kruisigen
B
Jezus verslaat de Romeinen aan het kruis
C
Net als mensen ervaart Jezus ook hoe het is om te sterven
D
Jezus voelt geen pijn aan het kruis

Slide 38 - Quizvraag

05:01
waarom dragen mensen een kruisje?
A
het kruis betekent overwinning op de dood en verdriet
B
omdat dit moet als je naar de kerk gaat
C
omdat ze dit stoer vinden

Slide 39 - Quizvraag


Goede Vrijdag...


is dus Goede Vrijdag omdat christenen geloven dat Jezus een einde heeft gemaakt aan de Dood en verdriet

Slide 40 - Tekstslide


De dood heeft niet het laatste woord:

we gaan op weg naar Pasen!

Slide 41 - Tekstslide

Wat heb je van deze les geleerd?
Minimaal één zin:

Slide 42 - Open vraag