Spelling 1

Spelling 1
Hoofdletters
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling 1
Hoofdletters

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdletters
Wanneer gebruik je een hoofdletter?
a. Begin van een zin
b. Naam van een mens, volk, bedrijf, club, plek op aarde of heelal en afgeleiden daarvan.
VB: Janneke van der Meulen
J. van der Meulen
mevrouw J. van der Meulen
mevrouw Van der Meulen
c. Bij feestdagen en belangrijke gebeurtenissen
VB: Kerstmis, Moederdag, Pasen, Valentijnsdag, Franse Revolutie, Tweede Wereldoorlog, Slag bij Waterloo
Dit is niet zo als je het woord met een ander woord verbindt:
Kerstmis - kerstavond
Moederdag - moederdagcadeautje
Pasen - paasontbijt
Valentijnsdag - valentijnskaart

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf met juiste hoofdletter
gelderland

Slide 3 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
noord-holland

Slide 4 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
duitser

Slide 5 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
duitse herder

Slide 6 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
ijsland

Slide 7 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
sahara

Slide 8 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
woestijn

Slide 9 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
alpen

Slide 10 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
mevrouw m. de kolk

Slide 11 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
meneer van straten

Slide 12 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
moederdag

Slide 13 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
moederdagontbijt

Slide 14 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
kerstmis

Slide 15 - Open vraag

Schrijf met juiste hoofdletter
kerstontbijt

Slide 16 - Open vraag

Zelfstandig werken
Maak blz. 41 van je werkboek. D mag je overslaan
Klaar? 18* spellingsmol halen en 27* werkwoordpaard
Klaar? 3* grammaticaklussers erbij
Klaar? TaalBlobs
Klaar? Junior Einstein weektaak (ww = groep8)

Slide 17 - Tekstslide