Lijdend voorwerp

Het lijdend voorwerp
Wat bedoelen ze nou hiermee?
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het lijdend voorwerp
Wat bedoelen ze nou hiermee?

Slide 1 - Tekstslide

Het lijden voorwerp
Het lijdend voorwerp is het antwoord op de vraag:
Wie of wat + persoonsvorm + onderwerp (+andere werkwoorden)?


Voorbeeld: Juf Mireille koopt een zak snoep.
Persoonsvorm: koopt
onderwerp: Juf mireille 
lijdend voorwerp: een zak snoep 

Slide 2 - Tekstslide

De opdrachten....
sleep in de volgende dia het woord naar het goede antwoord 

Is het een onderwerp? --> Slepen naar onderwerp
Is het een gezegde? --> Slepen naar het gezegde
Is het het lijdend voorwerp? --> Slepen naar het lijdend voorwerp

Slide 3 - Tekstslide

Jim gaat brood kopen
Het onderwerp (wie of wat)
Gezegde (werkwoord)
Lijdend voorwerp
Jim
gaat kopen
Brood

Slide 4 - Sleepvraag

De juf gaf Naomi een high five.
Het onderwerp (wie of wat)
Gezegde (werkwoord)
Lijdend voorwerp
gaf
De juf
een high five

Slide 5 - Sleepvraag

Jara heeft een mooie tekening gemaakt.
Het onderwerp (wie of wat)
Gezegde (werkwoord)
Lijdend voorwerp
Jara
heeft gemaakt
een mooie tekening

Slide 6 - Sleepvraag

in de volgende dia mag je jouw antwoord intypen 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het lijdend voorwerp?

Sofia maakt een grote toren.

Slide 8 - Open vraag

Wat is het lijdend voorwerp?

Andreas leest een boek.

Slide 9 - Open vraag

Wat is het lijdend voorwerp?

Damian speelt voetbal.

Slide 10 - Open vraag

Hoe vond je het gaan? Snap je het lijdend voorwerp? Wat vind je moeilijk?

Slide 11 - Open vraag