2G1 : oefentoets chapitre 6

oefentoets over chapitre 6
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

oefentoets over chapitre 6

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de juiste vertaling van :
zoals je wilt
A
comme tu veut
B
comme te veux
C
comme tu peux
D
comme tu veux

Slide 2 - Quizvraag

Vertaal :
het nadeel

Slide 3 - Open vraag

Waar of niet waar ?
nom betekent voornaam
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Wat is :
de zwembroeken
A
le maillots de bain
B
les maillot de bain
C
le maillot de bains
D
les maillots de bain

Slide 5 - Quizvraag

Geef zo veel mogelijk woorden die met de weg vragen van doen hebben

Slide 6 - Woordweb

Iemand vraagt de weg en je legt uit dat het de eerste straat links is

Slide 7 - Open vraag

[...] était le choix de Pierre
wat moet hier staan

Slide 8 - Open vraag

Wat moet hier komen te staan :
... chansons sont françaises ?

Slide 9 - Open vraag

en hier ?
[...] ont été les langues romanes?

Slide 10 - Open vraag

quelle boulangerie vend des croissants au chocolat ?
A
wat
B
welke

Slide 11 - Quizvraag

quelle a été la procédure judiciaire ?
A
wat
B
welke

Slide 12 - Quizvraag

quels vols as-tu fait ?
A
wat
B
welke

Slide 13 - Quizvraag

wij nemen
A
nous prendons
B
nous prennons
C
nous prenons
D
on prends

Slide 14 - Quizvraag

zij heeft genomen
A
ell'a pris
B
elle a pris
C
elle ont pris
D
elle a prit

Slide 15 - Quizvraag

Tegen Pierre : Neem !
A
prends !
B
prenons !
C
prenez !

Slide 16 - Quizvraag

wat zijn de kenmerken van de impératif ?

Slide 17 - Woordweb

wat is de regel voor de imparfait

Slide 18 - Woordweb

vertaal : u nam

Slide 19 - Open vraag

Vertaal : ik nam

Slide 20 - Open vraag

Vertaal : zij hadden genomen (m)

Slide 21 - Open vraag

hoe heet : zij hadden genomen in het Frans ?
A
passé composé
B
imparfait composé
C
plus-que-passé
D
plus-que-parfait

Slide 22 - Quizvraag

met welke persoonlijk voornaamwoord spreek je iemand aan als je de weg vraagt (in het Frans)

Slide 23 - Open vraag

Geef de digitale kloktijd:
il est onze heures moins vingt-trois

Slide 24 - Open vraag

Vertaal :
het is 12:30 uur

Slide 25 - Open vraag

Geef de digitale kloktijd :
il est treize heures et quart

Slide 26 - Open vraag

vertaal :
om 23:45 uur

Slide 27 - Open vraag

Hoe spreek je de H uit in het Frans ?
A
as
B
asj
C
zjie
D
zjee

Slide 28 - Quizvraag

Spel :
jaloux
A

Slide 29 - Quizvraag

Spel :
grenouille
A
zjie-er-uh-en-oo-uu-ie-el-el-uh
B
zjee-er-ee-en-oo-uu-ie-el-el-ee
C
zjee-er-è-en-oo-uu-ie-el-el-è
D
zjee-er-uh-en-oo-uu-ie-el-el-uh

Slide 30 - Quizvraag

waar moet je nog aandacht aan besteden voor de toets ?

Slide 31 - Woordweb

Was dit leerzaam ?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll