In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Herhaling H6
Lesplanning:
Klassikale herhaling H6 - deel 2
Schakeling tekenen
Oefentoets afronden - drietallen
Bespreken opgaven oefentoets.
Toets: §6.1 t/m §6.5
Slide 1 - Tekstslide
Wat kan je vertellen over kortsluiting?
Slide 2 - Open vraag
Slide 3 - Video
Elektrische huisinstallatie
overbelasting
kortsluiting
lekstroom
Zekeringen
De zekering schakelt de stroom uit wanneer deze te hoog wordt door overbelasting of kortsluiting.
kWh-meter
De energiemeter of kWh-meter meet het energieverbruik.
Groep
Een aantal stopcontacten en lichtpunten zit samen op één groep. Vanuit de meterkast loopt een aparte leiding voor elke groep.
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar schakelt de stroom uit bij lekstroom.
Hoofdkabel
Slide 4 - Tekstslide
Kortsluiting of overbelasting?
A
Kortsluiting
B
Overbelasting
Slide 5 - Quizvraag
Brandt het lampje?
A
Ja, want het lampje zit in een gesloten stroomkring.
B
Ja, want het lampje is parallel geschakeld.
C
Nee, want het lampje is kort gesloten.
D
Nee, want het lampje is niet in serie aangesloten.
Slide 6 - Quizvraag
In huis zijn een oven (13,0 A) een vaatwasser (8,4 A) en een koelkast (1,0 A) aangesloten op één groep. Kan je alle apparaten tegelijkertijd aanzetten? Licht je antwoord toe.
Slide 7 - Open vraag
De elektriciteitsdraden die naar een brandende lamp lopen, worden een beetje warm.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Een zekering beschermt tegen
A
Brand
B
Kortsluiting
C
Overbelasting
D
Overbelasting en kortsluiting
Slide 9 - Quizvraag
Energie en vermogen
E=P⋅t
Slide 10 - Tekstslide
Een JBL-box met een vermogen van 120 W staat 10 minuten op maximaal volume aan. Hoeveel energie heeft de box verbruikt?
A
0,02 kWh
B
1,2
C
20 kWh
D
1200 kWh
Slide 11 - Quizvraag
Een lamp heeft in 3 uur en 12 minuten tijd 0,1 kWh aan energie verbruikt. Bereken het vermogen van de lamp.
A
0,031 kW
B
0,032 kW
C
3,1 kW
D
3,2 kW
Slide 12 - Quizvraag
Schakelingen tekenen
Teken een schakeling met:
twee batterijen van 1,5V in serie geschakeld;
twee lampjes (3,0 V) die branden op een spanning van 3,0 V;
een ampèremeter die de stroom door één van de lampjes meet;
een voltmeter die de spanning over één van de lampjes meet;
een schakelaar waarmee je beide lampjes tegelijkertijd aan en uit kan zetten.
timer
4:00
Slide 13 - Tekstslide
Vragen?!
Slide 14 - Tekstslide
Oefentoets afronden
Bespreek de oefentoets in drie- of viertallen. Kom samen tot de juiste antwoorden. Noteer een ? bij de opgaven die je nog niet begrijpt.
Klaar: zelfstandig voorbereiden toets Oefentoets boek of opgaven §2, §3 en §4 van wetenschapsschool