Chapitre 2 2021-2022 wk 2-3

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bienvenue au cours de français!

janvier 2022

lessonup.app

Les objectifs 

Aan het einde van deze les...

* Kan je het bijvoeglijk naamwoord maken op je eigen niveau.

* Weet je wat je kunt formuleren met het geleerde vocabulaire. (REGARDER)

Le programme d'aujourd'hui

1. Film 5'

2. Het bijvoeglijk naamwoord 15'

3. Travailler 55'

4. La fin 5' 

Toetsinhoud

PW Hoofdstuk 2: 

Vocabulaire + Phrases-clés: A, B, (C), E (NF/FN) + F (alleen FN). Grammatica: onderdeel D (bijvoeglijk naamwoord)

 

Het bijvoeglijk naamwoord

Zet de bijvoeglijk naamwoorden in de juiste volgorde:
____ fille ____ (français - beau)

Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?

1. Elle porte une robe bleue.
2. Elle porte une robe bleus.
3. Elle porte une robe bleu.
4. Elle porte une robe bleues.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. Les filles sont petit.
2. Les filles sont petite.
3. Les filles sont petits.
4. Les filles sont petites.

Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?

1. Il porte un jeans noire.
2. Il porte un jeans noir.
3. Il porte un jeans noirs.
4. Il porte un jeans noires.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La plage est beau.
2. La plage est beaux.
3. La plage est belle.
4. La plage est belles.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La fleur est vert.
2. La fleur est verte.

-

Exercices 16 et 17

et exercice 11 (p. 145)

+

Exercice 18

et décris la photo:

Les consignes 

Qui?           La classe  

Quoi?         Faites exercices 20, 21 et 22

Comment?        Individuellement

Aide?          Votre livre

Temps?            30 minutes     

Résultat?        Je kunt een filmpje bekijken en begrijpen.

Fini?        Apprendre: le vocabulaire (H2)