3.6 De parlementaire democratie

Wat gaan we doen vandaag?

  • Introductie
  • Leerdoelen bespreken
  • Uitleg p. 3.6
  • Afsluiting

Tijd over? Aan het werk
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen vandaag?

  • Introductie
  • Leerdoelen bespreken
  • Uitleg p. 3.6
  • Afsluiting

Tijd over? Aan het werk

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat de grondwet is . 

Ik kan uitleggen wat de scheiding van machten, de trias politica, is. 

Ik kan uitleggen dat Nederland een parlementaire democratie en rechtsstaat is. 

Ik kan uit uitleggen hoe mensen de politiek kunnen beïnvloeden. 

Slide 2 - Tekstslide

Er komen 5 herhalingsvragen aan... 
Over vorige les.... 

Slide 3 - Tekstslide

Welke hoofdtaken heeft het parlement (2)?
A
Maken van wetgeving
B
Advies geven aan de koning
C
Rechtspraak doen
D
Controleren van het kabinet

Slide 4 - Quizvraag

Het recht van het amendement...
A
is het recht om wetsvoorstellen te maken
B
is het recht om wetsvoorstellen goed te keuren
C
is het recht om wetsvoorstellen te veranderen
D
is het recht om wetsvoorstellen te controleren

Slide 5 - Quizvraag

Het vragenrecht is ...
A
het recht om vragen te stellen aan ministers
B
het recht om een groot onderzoek uit te voeren
C
het recht om een minister af te zetten
D
het recht om een mening over iets te geven

Slide 6 - Quizvraag

Het parlement is onze volksvertegenwoordiging. Hoe wordt het parlement gekozen?
A
Door de burgemeester.
B
Door de Koning.
C
Door de burgers.
D
Door de minister-president.

Slide 7 - Quizvraag

Zet de stappen van het wetsvoorstel in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
6

Slide 8 - Sleepvraag

Maak aantekeningen
Maak aantekeningen

Slide 9 - Tekstslide

Kenmerken democratie
  • Grondwet: belangrijkste rechten en plichten
  • Scheiding van machten
  • Gekozen parlement heeft hoogste macht.

Slide 10 - Tekstslide

De grondwet
Grondwet: hierin staan de belangrijkste rechten en plichten van burgers én de overheid.

De rechten van de grondwet bestaat uit grondrechten of mensenrechten. 

In de grondwet staat ook beschreven hoe het bestuur in Nederland geregeld is: wie neemt het besluit en hoe werkt dit. 

Slide 11 - Tekstslide

Rechten
Plichten
Belasting betalen
Vrijheid van meningsuiting

School

De politie mag je niet zomaar oppakken.


Slide 12 - Sleepvraag

Trias politica
Om te voorkomen dat een groep te veel macht krijgt, is de macht gescheiden in drie onderdelen:
  • Het parlement beslist over wetsvoorstellen (wetgevende)
  • De ministers voeren de wetten uit (uitvoerend)
  • De rechters beoordelen of overheid en burgers zich aan de wet houden (rechterlijke macht)

Slide 13 - Tekstslide

Wetgevende macht
Uitvoerende macht
Rechterlijke macht
Voert wetten uit
Maakt wetten
Rechtspraak
Eerste en tweede kamer

OM en rechter

Ambtenaren

Slide 14 - Sleepvraag

Macht van het parlement
  • Volksvertegenwoordigers hebben de meeste macht: belangrijke maatregelen moeten door hen worden goedgekeurd.
  • Nederland is een parlementaire democratie, de macht ligt bij het parlement. 

Een combinatie van een parlementaire democratie, een grondwet en de triaspolitica maakt Nederland een eenheidsstaat: een land waarin de rechten en plichten van de burgers én van de overheid in de grondwet zijn vastgelegd en ook worden nageleefd. 

Slide 15 - Tekstslide

Politici moeten rekening houden met de mening van de burgers:

  • Politici moeten ervoor zorgen dat ze de wensen van de burgers kennen om gekozen te worden.
  • Ze spreken met burgers die hun zorgen uiten.
  • Er zijn pressiegroepen als het LAKS, Greenpeace en Farmers Defence Force die invloed kunnen uitoefenen door te lobbyen.

Slide 16 - Tekstslide

Er komen 5 herhalingsvragen aan... 
Ter afsluiting.... 

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de bedoeling van een rechtsstaat?
A
Macht verdelen
B
Machtsmisbruik tegengaan.
C
Macht aan 1 persoon geven.

Slide 18 - Quizvraag

In welke wet staan de grondrechten omschreven?
A
De hoofdwet
B
De grondwet
C
Strafwet
D
Rechtenwet

Slide 19 - Quizvraag

Welke drie machten worden er gescheiden bij de trias politica?
A
Wetgevende, wetmakende en rechtsprekende macht
B
Wetgevende, plichtgevende en uitvoerende macht
C
Wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht.

Slide 20 - Quizvraag

Moet de regering zich aan de wet houden?
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Aan het werk
Ga verder met de PO, vrijdag is de deadline.

Stel vragen! 

Slide 22 - Tekstslide