K5 Rekenopgaven

Bespreken rekenopgaven 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bespreken rekenopgaven 

Slide 1 - Tekstslide

Betalingsbalans
Overschot betalingsbalans China 245 miljard 
Overschot betalingsbalans het volgende jaar 276 miljard

(verschil : oud x 100)
276 - 245 = 31 
31 : 245 x 100 = 12,65% groei 
Bron: blz. 140

Slide 2 - Tekstslide

Wisselkoers
1 juli was één euro 1,05 Zwitserse frank
1 december was één euro 1,12 Zwitserse frank 

Op 1 juli werd er voor 125.000 Zwitserse frank besteld

125.000 : 1,05 = 119.047,62 euro 
Bron: blz. 141

Slide 3 - Tekstslide

Wisselkoers
1 juli was één euro 1,05 Zwitserse frank
1 december was één euro 1,12 Zwitserse frank 

Wat zou er op 1 december betaald worden

125.000 : 1,12 = 111.607,14 euro 

Slide 4 - Tekstslide

Protectiemaatregelen/blz. 146
Chinese schoenen 4,50 per paar exclusief 16,5% importheffing
Vietnamese schoenen 5,00 inclusief 10% importheffing

Chinese schoenen exclusief importheffing = 4,50
Vietnamese schoenen exclusief importheffing = 4,55
5,00                          0,0454                          4,55
110%                          1%                                   100%

Slide 5 - Tekstslide

Import- en exportquote
Import 396 miljard 
Export 440 miljard
Nationaal inkomen 603 miljard

Import : export x 100 
396 : 440 x 100 = 90%
de import is 90% van de export, dus de import is 10% kleiner

Slide 6 - Tekstslide

Consumentenprijs
Inez bestelt online een sporthorloge uit India voor 165,00 euro
daarboven komt 4,5% aan invoerrechten bij
DAARBOVEN komt nog 21% BTW
er komt dus niet 4,5% + 21% = 25,5% 
maar 4,5% en daarna 21%
165 : 100 X 104,5 = 172,43
172,43 : 100 X 121 = 208,63

Slide 7 - Tekstslide

EU-vereisten
Wil je toetreden tot de EU dan: moet de staatsschuld onder de 60% van het nationaal inkomen zijn.
Het begrotingstekort onder de 3% van het nationaal inkomen zijn. 
Staatsschuld : nationaal inkomen X 100
675 : 1065 X 100 = 63,38%


Slide 8 - Tekstslide

EU-norm wel/niet
Wil je toetreden tot de EU dan: moet de staatsschuld onder de 60% van het nationaal inkomen zijn.
Het begrotingstekort onder de 3% van het nationaal inkomen zijn. 
Begrotingstekort : nationaal inkomen X 100
31,3 : 1065 X 100 = 2,94 % 
Voldoet Spanje aan de EU norm?

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk

Slide 10 - Tekstslide