13.3 Economische groei

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

13.3 Economische groei 

Leerdoelen:

•  op grond van een aantal gegevens de toename van het reëel bbp per capita berekenen.

• uitleggen dat economische groei op lange termijn met 'ups and downs' gepaard gaat.

• uitleggen dat de toename van de arbeidsproductiviteit voor een groot deel veroorzaakt  wordt door de toename van de kwaliteit van de factor arbeid.

• uitleggen dat niet alleen de kwantiteit, maar ook de kwaliteit van de factor kapitaal  belangrijk is geweest voor de economische groei.

• uitleggen op welke manier de multifactorproductiviteit economische groei bevordert

• met voorbeelden uitleggen op welke manier instituties van belang zijn in het proces van  economische groei.

• met een eenvoudig groeimodel van het type Y* = A (K, L) beredeneren welke effecten  een toename van de hoeveelheden arbeid (afnemende meeropbrengsten) of kapitaal  (schaaleffecten) hebben.

• uitleggen hoe de overheid economische groei kan bevorderen uitgaande van bovengenoemde productiefunctie

§13.3 De groei van het bbp

Wat is economische groei?

Kernwoorden:

- Nominale groei

- Reële groei

- RIC = NIC / PIC x 100

Voorbeeld 1

Van een land zijn de volgende gegevens m.b.t. het BBP bekend:

Hoeveel is het nominale 

economische groei in 2020 

geweest? 

.................................................................................................

Voorbeeld 1

Van een land zijn de volgende gegevens m.b.t. het BBP bekend:

Hoeveel is het nominale economische groei in 2020 geweest? (520 – 500) / 500 x 100% = 4%

Reëel vs nominaal

De economische groei wordt daarom (meestal) gemeten door het reële BBP: het BBP gecorrigeerd voor de inflatie. Het reële BBP kun je berekenen met de formule:

reëel indexcijfer = nominaal indexcijfer / prijsindexcijfers x 100

ric = nic / pic x 100

Productiefactoren

Arbeid --> arbeidsproductiviteit

Kapitaal

Natuur

Totale factorproductiviteit

Instituties