H2 Les 5 + Les 6 Gewassen beschermen en Teeltplan

H2 Les 5 Gewassen beschermen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GroenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H2 Les 5 Gewassen beschermen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt benoemen wat biologische, chemische en mechanische gewasbescherming is. 
Je kunt voor- en nadelen van verschillende vormen van gewasbescherming benoemen. 
Je kunt gewasbescherming  uitvoeren. 

Slide 2 - Tekstslide

Ziektes en plagen
Planten kunnen ziek worden. Een ziekte ontstaat door schimmels, bacteriën en virussen en zorgt voor aantasting van het gewas. 
Ook plaaginsecten kunnen gewassen aantasten. 
De insecten eten de plant kaal, of eten een deel op of zuigen sappen uit de plant. 
De plant groeit hierdoor slecht of gaat zelfs dood. 
Voorbeeld van dit soort insecten zijn; luis, trips, spint, witte vlieg en rups.  

Slide 3 - Tekstslide

Voorkomen is beter dan genezen
Als de groeifactoren goed zijn krijgen ziektes en planten minder kans. 
Belangrijk te zorgen voor: een goede bodem, juiste temperatuur en bescherming tegen tocht en wind. 
Telers kiezen het liefst voor robuuste (sterke) rassen die minder gevoelig zijn, of zelfs resistent (ongevoelig) voor bepaalde ziektes. 


Slide 4 - Tekstslide

Onkruiden
Onkruid zijn ongewenste planten tussen een gewas. Vaak nemen ze water en voedingsstoffen uit de grond op en licht web bij het gewas. Hierdoor kan een gewas minder goed groeien. 

Meestal kan je onkruid wegkrijgen door te schoffelen. 
Wortelonkruiden kun je niet verwijderen met een schoffel, want de wortel breek af en kan vervolgens weer een nieuw plantje uitgroeien, 

Slide 5 - Tekstslide

Gewassen beschermen
Bescherming van gewassen kan op drie manieren: 
Mechanische gewasbescherming
Chemische gewasbescherming
Biologische gewasbescherming 

Slide 6 - Tekstslide

Mechanise gewasbescherming
Bij deze manier worden gereedschappen of machines gebruikt. Denk aan schoffelen, wegbranden van planten. Insecten en bacteriën kunnen bestreden worden met hete luchtbehandeling. 

Slide 7 - Tekstslide

Chemische gewasbescherming
Op deze manier worden ziektes, plagen of onkruid bestreden met een chemisch middel. 
Dit is een snelle en effectieve oplossing. Nadeel is dat plaag of ziekte ongevoelig wordt voor het bestrijdingsmiddel. Dit heet resistent.

Slide 8 - Tekstslide

Biologische gewasbescherming
Hierbij worden alleen biologische (natuurlijke) middelen ingezet. Plaaginsecten worden bestreden door hun natuurlijke vijanden. Denk aan: larven van lieveheersbeestjes die bladluizen opeten. 
Ook wordt met middelen gespoten die beter zijn voor milieu en de gezondheid. 

Slide 9 - Tekstslide

Geïntegreerde gewasbescherming 
De meeste telers kiezen voor een combinatie van verschillend beschermingsmethodes. Ze zetten vooral mechanische en biologische gewasbescherming in en pas als he echt nodig is de chemische bestrijding. 

Aan de chemische bestrijdingsmethode zitten ook verschillende regels waardoor het ook niet altijd overal toegepast mag worden. 

Slide 10 - Tekstslide

H2 Les 6
Planten ondersteunen en teeltplan maken 

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt verschillende manieren benoemen om planten te ondersteunen, leiden en op te binden. 
Je kunt deze manieren toepassen in de praktijk. 
Je kunt benoemen wat het nut is van een teeltplan en vruchtwisseling. 
Je kunt zelf een teeltplan maken. 

Slide 12 - Tekstslide

Ondersteunen, leiden en opbinden
Bomen groeien van nature niet altijd recht. Dit is in de natuur geen probleem. Maar wel voor boomkwekers en telers die alles graag onder controle willen houden. 

Slide 13 - Tekstslide

Ondersteunen

Slide 14 - Tekstslide

Leiden

Slide 15 - Tekstslide

Opbinden: kan langs een touw of langs een stok. Wordt vast gezet met ringetjes, tape of nietjes

Slide 16 - Tekstslide

Geef ruimte! 
Op de kwekerij worden planten regelmatig gecontroleerd op ontwikkeling, voldoende licht en ruimte. 
Een groeiende plant moet opgepot of verplant worden om voldoende ruimte te houden. 

Voor voldoende licht wordt een plant geplukt. 

En er wordt gesnoeid om ongewenste groei weg te halen. 

Slide 17 - Tekstslide

Vruchtwisseling met verschillende gewasgroepen
De vruchtbaarheid van de grond neemt af door het verbouwen van steeds dezelfde soort in de grond. Afwisseling van gewassen/soorten is dus belangrijk voor de het behoud van een vruchtbare grond. 

Door het uitputten van de grond krijg je bodemmoeheid
Akkerbouwers passen hierom vruchtwisseling toe: er komt steeds weer een ander gewas op de grond. 

Daarbij wisselen de akkerbouwers van de gewasgroep

Door vruchtwisseling krijgen die ziektes en plagen dus minder kans. Je hebt minder mest en gewasbeschermingsmiddelen nodig en behaald hogere gewasopbrengsten. 

Slide 18 - Tekstslide

Teeltplan maken
Telen betekend vooruitkijken. Het is niet alleen belangrijk wat er nu verbouwt wordt maar ook wat er in de toekomst verbouwd wordt. Hiervoor wordt een teeltplan gemaakt. 

De gewassen worden in gedeeld in gewasgroepen en verdeelt deze over de verschillende percelen. 

Slide 19 - Tekstslide

Teeltplan
De gewassen die verdeelt zijn over de percelen schuiven elk jaar op. Bij een vruchtwisseling van 1 op 4 duurt het vier jaar voor hetzelfde gewas weer op hetzelfde perceel staat. 

Biologische kwekers kiezen vaak voor 1 op 7. Een van de gewassen in de vruchtwisseling is vaak een groenbemesters worden niet geoogst. Deze worden omgespit om meer organische stof in de grond te krijgen. 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide