Textiel en kleding verzorgen
1 / 20
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Noem 2 voorbeelden van textiel
Slide 2 - Open vraag
Wel textiel
Geen textiel
Wel of geen textiel?
Slide 3 - Sleepvraag
Maak een foto van een samenstellingsetiket.
Slide 4 - Open vraag
Maak een foto van een behandelingsetiket.
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Link
Dit wassymbool betekent
A
Bleken
B
Drogen
C
Wassen
D
Stomen
Slide 7 - Quizvraag
Dit wassymbool betekent
A
30 graden normale was
B
Fijne was 40 graden
C
Fijne was 30 graden
D
Handwas
Slide 8 - Quizvraag
Dit wassymbool betekent
A
Niet drogen
B
Niet strijken
C
Niet bleken
D
Niet wassen
Slide 9 - Quizvraag
Dit wassymbool betekent
A
Lauw strijken
B
Niet strijken
C
Warm strijken
D
Heet strijken
Slide 10 - Quizvraag
Dit wassymbool betekent
A
Niet met je handen wassen
B
Wolwas programma
C
Alleen handwas
D
Niet wassen
Slide 11 - Quizvraag
Hoe moet je deze was behandelen?
A
Niet met je handen wassen
B
Wolwas programma
C
Alleen snelle handwas
D
Niet wassen
Slide 12 - Quizvraag
Hoe moet je deze was behandelen?
Slide 13 - Open vraag
Wat is de eerste stap van het wassen van de was
A
Was voorbereiden
B
Was in de wasmachine doen
C
Was sorteren
D
Het juiste wasmiddel kiezen
Slide 14 - Quizvraag
Witte was
Bonte was
Fijne was
Slide 15 - Sleepvraag
Welk wasmiddel gebruik je?
Slide 16 - Sleepvraag
Hoe moet deze sjaal
gewassen worden?
gewassen worden?
A
In de wasmachine met antikreukprogramma.
B
In de wasmachine op 30 graden
C
In de wasmachine op eco-stand
D
Met een handwas
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de juiste
dosering bij een
hoge waterhardheid
en een normale
bevuilingsgraad?
dosering bij een
hoge waterhardheid
en een normale
bevuilingsgraad?
A
100 ml.
B
155 ml.
C
170 ml.
D
240 ml
Slide 18 - Quizvraag
Witte was
Bonte was licht
Fijne was
Bonte was donker
