H3L93 - 1HVD - Vrijdag - 4.9 Spelling - voltooid deelwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom 1HVD : )

Planning van dit uur

• Stillezen (leesboek + lesboek + schrift controleren, leg op je tafel)
• Huiswerk bespreken: opdracht 1 t/m 11 van 4.8 
• Uitleg voltooid deelwoord
• Zelfstandig werken: maak opdracht 1 + 3 + 5 en 6 van 4.9 Spelling 

Aan het einde van deze les

• weet je (weer) wat een voltooid deelwoord is;
• weet je hoe je een voltooid deelwoord spelt. 

Nederlands

Aankomende toetsen en opdrachten:

• Dia-toetsen (tekst, woord en spelling)
• Fictie-opdracht 4 (elkaar interviewen)
• Repetitie hoofdstuk 4 en 5 (toetsweek)

Voltooid deelwoord

• is nooit het enige werkwoord in de zin
• staat meestal samen met een vorm van hebben, zijn of worden 
• begint vaak met ge-, be-, ver-, ont-, er- of her-

(heeft) bedankt, (heeft) gefietst, (heeft) verhuurd, (heeft) geslapen, (heeft) gezwommen, (heeft) verteld

Voltooid deelwoord: regel

Ik heb gefietst. 

Ik heb gedanst.

Ik heb dat gedurfd.

Ik heb dat gegooid.

Ik ben gewond. 

Ik ben verhuisd.

Ik heb ontbeten.

Ik ben bevreesd.

     ge          +   ik-vorm    +      d / t 

Voltooid deelwoord: regel

TKFSCHPX

infinitief	ik-vorm	stam	verleden tijd	voltooid deelwoord
dansen	dans	dan s	danste	gedanst
verhuizen	verhuis	verhui z	verhuisde	verhuisd
bakken	bak	bak k	bakte	gebakken
pakken	pak	pak k	pakte	gepakt
verven	verf	ver v	verfde	geverfd
krijgen	krijg	krij g	kreeg	gekregen