formuleren dat/als, samentrekking, beknopte bijzin, onjuist begrenzen

Terugblik vorige les
Incongruentie opdr. 11, p. 139
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Terugblik vorige les
Incongruentie opdr. 11, p. 139

Slide 1 - Tekstslide

  • Lesdoelen




Je herkent een dat/als-constructie in de zin en kunt deze verbeteren.
Je herkent een foutieve samentrekking in de zin en kunt deze verbeteren.
Je herkent een foutieve beknopte bijzin en kunt deze verbeteren.
Je herkent een zin die onjuist begrensd is en kunt deze verbeteren.

Slide 2 - Tekstslide

dat/als-constructie
We vinden het niet mooi als de woorden 'dat' en 'als/wanneer/indien' naast elkaar staan. Je kunt dit eenvoudig oplossen door de bijzin te verplaatsen. 
1) zoek de 'als-zin' op
2) verplaats deze bijzin naar het einde van de zin

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Hoe kun je deze dat/als-constructie verbeteren?

Slide 8 - Tekstslide

Hoe verbeter je de volgende zin?
Ik durf te wedden dat als de leerlingen alle opgaven maken, ze de stof goed begrijpen.

Slide 9 - Open vraag

Oefen de dat/als-constructie met opdracht 12, p. 141 

timer
10:00

Slide 10 - Tekstslide

Bespreken opdr. 12

Slide 11 - Tekstslide

Foutieve samentrekking

Samentrekking is een manier om niet te hoeven herhalen wat je al eerder hebt geschreven. Je kunt soms woorden, woordgroepen of zinsdelen weglaten. Een bruikbaar middel dus om de vaart in je tekst te houden en nodige herhalingen te voorkomen.



Slide 12 - Tekstslide

Als in een samengestelde zin dezelfde woorden twee keer voorkomen, kun je de woorden meestal de tweede keer weglaten.



Slide 13 - Tekstslide

Wat is een samengestelde zin?

Een samengestelde zin is een zin die...

Slide 14 - Open vraag

 samentrekking
Als je in een zin bepaalde woorden steeds herhaalt, wordt de zin saai. Daarom mag je in sommige gevallen bepaalde woorden weglaten.  Dat noem je 'samentrekking'. 
Je mag dat alleen niet in alle gevallen doen.

Slide 15 - Tekstslide

Goed of fout?

De verslagen ontvingen wij vandaag en zullen direct worden voorgelezen.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quizvraag

fout in grammaticale functie


De verslagen (lv) ontvingen wij vandaag en de verslagen (o) zullen direct worden voorgelezen.

Slide 17 - Tekstslide

Goed of fout?

Ik houd heel erg van dieren, maar mijn zusjes niet.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quizvraag

fout in vorm (getal)


Ik (enkv) houd heel erg van dieren, maar mijn zusjes (mv) houden niet van dieren.


Slide 19 - Tekstslide

Goed of fout?

Hij maakt altijd zijn huiswerk, want graag een goede indruk.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quizvraag

fout in de betekenis


Hij maakt altijd zijn huiswerk, want hij maakt graag een goede indruk.

Slide 21 - Tekstslide

Dus aan welke voorwaarden moet je voldoen aan je delen van een zin samentrekt?

Slide 22 - Open vraag

drie voorwaarden voor een samentreking
1. grammaticale functie moet gelijk blijven
2. vorm van de weggelaten vorm moet gelijk blijven (enkelvoud en meervoud bijvoorbeeld)
3. Betekenis moet gelijk blijven


Slide 23 - Tekstslide

15 min.in break-out rooms
Maak  opdr. 13, p. 143 
Eerder klaar? maak dan ook opdr. 14. 

Slide 24 - Tekstslide

Op welke manier kan ik een foutieve beknopte bijzin en onjuiste begrenzing voorkomen?

Slide 25 - Tekstslide

Hoofdzin of bijzin?
Een zin kan enkelvoudig (één persoonsvorm) of samengesteld (meerdere persoonsvormen) zijn.  Als een zin samengesteld is, kan deze bestaan uit twee hoofdzinnen of een hoofdzin en een bijzin.


Slide 26 - Tekstslide

Hoe herken je een hoofdzin? De pv en het ow staan naast elkaar.

Hoe herken je een bijzin? Je kunt nog iets tussen het ow en de pv zetten.

Voorbeeld: Als ik nieuwe schoenen koop (bz), wil ik ze meteen aan (hz).

Slide 27 - Tekstslide

(Foutieve) beknopte bijzin
Bij een beknopte bijzin ontbreken de persoonsvorm en het onderwerp. Er is wel een verzwegen onderwerp. Dat is eigenlijk een onderwerp dat niet genoemd wordt. Het verzwegen onderwerp moet hetzelfde zijn als het onderwerp van de hoofdzin, anders klopt de zin niet.


Slide 28 - Tekstslide

1. Wachtend op de bus, hielden ze elkaars hand vast. GOED

2. Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder. FOUT


Als een beknopte bijzin niet klopt (omdat het ow in de hoofd- en bijzin niet hetzelfde zijn), is er sprake van een foutieve beknopte bijzin.

Slide 29 - Tekstslide

3 soorten
1.   Met een voltooid deelwoord:
Eindelijk in Bethlehem gearriveerd, bleken alle herbergen vol te zijn

Eindelijk in bethlehem gearriveerd, zagen de reizigers dat alle herbergen vol waren.
 

Slide 30 - Tekstslide

2.   Met een onvoltooid deelwoord

Werkend aan de lastige opgaven, ging de saaie wiskundeles snel voorbij.

Werkend aan de lastige opgaven, vond Ellen de saaie wiskundeles snel voorbij gaan.

Slide 31 - Tekstslide

3. Met te + hele werkwoord

Het licht viel zomaar uit, na met het nieuwe koffiezetapparaat drie kopjes te hebben gezet.

Na met het nieuwe koffiezetapparaat drie kopjes koffie te hebben gezet, merkte ik dat het licht zomaar uitviel.

Slide 32 - Tekstslide

Goed of fout?
1. Op onze vakantiebestemming aangekomen, vielen de mussen van het dak.
A
goed
B
fout

Slide 33 - Quizvraag

Goed of fout?
2. Liggend in zijn hangmat, las Johan het dagblad.
A
goed
B
fout

Slide 34 - Quizvraag

Goed of fout?
3. Na het licht te hebben uitgedaan, was het pikdonker.
A
goed
B
fout

Slide 35 - Quizvraag

Maak opdracht 15, p. 145 
timer
6:00

Slide 36 - Tekstslide

Antwoorden 15
1 A Backpackend door Australië zocht Tim naar ‘de stad’ waarvan hij gedroomd had.
2 B Door deze platen van travertijn helemaal glad te schuren maakt de steenhouwer ze geschikt voor vensterbanken en gevelbekleding.
3 B Na als acteur vele successen gevierd te hebben bleek Jeroen Krabbé ook als schilder veel belangstelling te wekken.
4 A Hard werkend aan haar scriptie had Denara niet in de gaten dat het al na laat  was.
5 B Eindelijk eerste geworden mocht de marathonloper zijn naam op de zilveren beker onder die van zijn voorgangers laten graveren.

Slide 37 - Tekstslide

Onjuiste begrenzing
Het begrenzen van zinnen kan op twee manieren verkeerd gaan:

1.   Soms staat een zinsdeel los dat eigenlijk deel uitmaakt van een grotere, samengestelde zin

 2.   Soms worden twee zelfstandige zinnen ten onrechte aan elkaar geplakt

Slide 38 - Tekstslide

Voorbeelden
Ik sta in de file. Waardoor ik waarschijnlijk niet op tijd kom.

Nederlandse studenten kunnen steeds gemakkelijker geld lenen bij DUO en particuliere banken, daardoor raken ze echter steeds vaker diep in de schulden, dat kan in hun latere leven tot problemen leiden.

Slide 39 - Tekstslide

Huiswerk
- Opdracht 17 en 18 maken (blz. 145 en 147)

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide