Formatieve toets hfst 8

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

beheers je de lesdoelen?

Wat verstaan we onder de Europese Unie?

Ander woord voor export is ...

1. import.
2. uitvoer.
3. transport.
4. handel.

Wat staat er op de betalingsbalans?

1. De importquote en de exportquote.
2. De importquote en de uitvoerwaarde.
3. De invoerwaarde en de exportquote.
4. De invoerwaarde en de uitvoerwaarde.

Invoerrechten zijn ...

1. een belasting.
2. een subsidie.

Import of export?
'Action' koopt producten uit China.

1. import
2. export

Welke verklaring kun je geven voor het feit dat een klein land als Nederland een veel opener economie heeft dan een groot land als de Verenigde Staten.

1. Grote landen hebben een grote interne markt, kleine landen hebben dat niet en zoeken die markt in het buitenland.
2. Het buitenland doet liever zaken met kleine landen. Dat is makkelijker dan met een groot land te moeten onderhandelen.
3. Het buitenland is meer geïnteresseerd in producten uit kleine landen dan producten van grote landen.
4. Kleine landen willen ervoor zorgen dat ze op handelsgebied evenveel bereiken als de grote landen.

Noem een kenmerk van een ontwikkelingsland.

Wat is vrijhandel?

Wat staat er op de betalingsbalans van ons land?

Het nationaal inkomen van een land is € 785 miljard. De importwaarde is € 456 miljard. Bereken de importquote. Schrijf je berekening op.

In een land is de waarde van de totale uitvoer € 150 miljard. Het nationaal inkomen is € 405 miljard. Bereken de exportquote. Schrijf je berekening op.

Nederland heeft een ...

1. open economie.
2. gesloten economie.

Een interne markt is ...

1. een markt in je woonhuis.
2. een markt in Europa. Er zijn geen grenzen meer.
3. een markt in je bedrijf.
4. een markt binnen een land.

Wat hoort bij vrijhandel?

1. Contingentering
2. Exportsubsidie
3. Importheffing
4. Geen belemmeringen

Binnen de Europese Unie (EU) is er vrijhandel.
Kies welke invloed vrijhandel heeft op de concurrentie binnen de EU.

1. De concurrentie verandert niet door vrijhandel.
2. Er ontstaat meer concurrentie door vrijhandel.
3. Er ontstaat minder concurrentie door vrijhandel.
4. Deze heeft geen invloed.

Waar staat de EMU voor?

1. Europese Moderne Unie
2. Europese Monetaire Unie
3. Europese Metaal Unie
4. Europa Voor Moeders Unie

Wie is of zijn verantwoordelijk voor de omloop van geld in de EU en Nederland?

1. Europese centrale bank
2. De Nederlandse bank
3. De Europese bank
4. De eurobank

Als de wisselkoers van de euro stijgt ...

1. verbetert onze concurrentiepositie.
2. verslechtert onze concurrentiepositie.

Hoe kan een land zijn internationale concurrentiepositie versterken?

Wat is het doel van protectiemaatregelen?

1. beschermen van de burgers
2. beschermen van de overheid
3. beschermen van de het buitenland
4. beschermen van het bedrijfsleven

Contigentering betekent ...

1. beperking van de export van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
2. vergroting van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.
3. beperking van de import van een product tot een bepaalde hoeveelheid.

Wat gebeurt er met de prijs van een product als de producent exportsubsidie krijgt?

1. De prijs wordt hoger.
2. De prijs wordt lager.

Bereken het inkomen per hoofd van de bevolking in Nederland. Het nationaal inkomen is € 725,4 miljard, het aantal inwoners is € 17,08 miljoen.

Waarom is het inkomen per hoofd een slechte welvaartsvergelijker?

Noem eens een aantal kenmerken van ontwikkelingslanden? Noem er minstens 3.

Hoe kunnen microkredieten er voor zorgen dat de vicieuze cirkel doorbroken wordt?

Wanneer een land hulp biedt aan een ontwikkelingsland en voorwaarden stelt aan die hulp, noem je ook wel?

1. gebonden hulp
2. bilaterale hulp
3. noodhulp
4. structurele hulp

Welk van de onderstaande is geen voorbeeld van Ontwikkelingssamenwerking?

1. Leveren van voedsel, kennis en materiaal.
2. Kwijtschelden van leningen.
3. Lage rente bij leningen van de wereldbank.
4. Invoerheffing verhogen.