§5.1 - Planten bekijken

Hoofdstuk 5 - Planten
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5 - Planten

Slide 1 - Tekstslide

H5 Planten


Bekijken - Uit welke onderdelen een plant bestaat

Hoe planten groeien
Hoe planten zich voeden
Hoe planten zich voortplanten

Slide 2 - Tekstslide

§5.1 Planten bekijken
  1. Je kunt benoemen uit welke organen een plant bestaat.
  2. Je kunt de functies van de onderdelen uitleggen.
  3. Je kunt de plant beschrijven op de organisatieniveaus
    organisme - orgaan - weefsel - cellen
  4. Je kunt een plantencel herkennen en de onderdelen van de cel benoemen.
  5. Je kunt de taken van de celonderdelen benoemen

Slide 3 - Tekstslide

Uit welke organen bestaat een plant?
  1. wortels:
    water & mineralen
  2. stengel:
    stevigheid & trasport
  3. bladeren:
    nerven & bladmoes
  4. bloemen: voortplanting

Slide 4 - Tekstslide

Sleep de woorden naar de juiste plek
bloem
wortels
blad
stengel

Slide 5 - Sleepvraag

Sleep de taken naar de juiste plek
1. Dit orgaan is voor de voortplanting. Hier ontstaan zaden, waaruit nieuwe planten groeien.
2. Water met mineralen opzuigen en verankering in de grond
3. Hierin lopen de nerven die zorgen voor vervoer van water en stoffen. Tussen de nerven zit bladmoes, daar maakt de plant zijn eigen voedingsstoffen.
4. Dit houdt de plant overeind. Hierin lopen dunne 'buisjes' die water en stoffen naar de bladeren en bloemen vervoeren.

Slide 6 - Sleepvraag

Aan de slag!
  • lz: TB p.109
    Uit welke delen bestaat een plant?
  • mk: WB opdr. 3 t/m 5

  • lz: TB p.111
    Waaruit bestaat een plantencel?
  • opdr. 6 t/m 10
timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

organisme - orgaan - weefsel - cel

Slide 8 - Tekstslide

dierlijke cel       vs        plantencel

Slide 9 - Tekstslide

Plantencel
1. Celwand - stevige laag om de cel

2. Cytoplasma - stroperig vloeistof met celkern en bladgroenkorrels erin

3. Vacuole - blaasje in cel, 'volgepompt' met water


Slide 10 - Tekstslide

Plantencel
4. Bladgroenkorrel - groene bolletjes in cytoplasma, maken voedingsstoffen voor de plant 

5. Celmembraam - vlies om cytoplasma, regelt welke stoffen de cel in en uit gaan.

6. Celkern - bolletje met DNA, regelt wat er in de cel gebeurt

Slide 11 - Tekstslide

bladgroenkorrel
celmembraan
celkern
vacuole
cytoplasma
celwand

Slide 12 - Sleepvraag

Aan de slag!
  • lz: TB p.109
    Uit welke delen bestaat een plant?
  • mk: WB opdr. 3 t/m 5

  • lz: TB p.111
    Waaruit bestaat een plantencel?
  • opdr. 6 t/m 10
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Je kunt benoemen uit welke organen een plant bestaat.

Je kunt de functies van de onderdelen uitleggen.

Je kunt de plant beschrijven op de organisatieniveaus
organisme - orgaan - weefsel - cellen

Je kunt een plantencel herkennen en de onderdelen van de cel benoemen.

Je kunt de taken van de celonderdelen benoemen
5.1 Leerdoelen

Slide 14 - Sleepvraag

§5.1 Planten bekijken
  1. Je kunt benoemen uit welke organen een plant bestaat.
  2. Je kunt de functies van de onderdelen uitleggen.
  3. Je kunt de plant beschrijven op de organisatieniveaus
    organisme - orgaan - weefsel - cellen
  4. Je kunt een plantencel herkennen en de onderdelen van de cel benoemen.
  5. Je kunt de taken van de celonderdelen benoemen

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk



  • Maken - Opdracht 3 t/m 10

Slide 16 - Tekstslide

Wat zie je op de foto?
A
organisme
B
orgaan
C
weefsel
D
cel

Slide 17 - Quizvraag

Wat zie je op de foto?
A
organisme
B
orgaan
C
weefsel
D
cel

Slide 18 - Quizvraag

Wat zie je op de foto?
A
organisme
B
orgaan
C
weefsel
D
cel

Slide 19 - Quizvraag

Wat zie je op de foto?
A
organisme
B
orgaan
C
weefsel
D
cel

Slide 20 - Quizvraag