Voorbereiding toetsweek MH1
1 / 17
Lesduur is: 40 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Typ de onderstaande zin over en verdeel de zin in zinsdelen door middel van /.
Lisa gaat met haar vriendinnen shoppen in Zwolle.
Slide 2 - Open vraag
Hoe vinden we de persoonsvorm in een zin? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Wie of wat?
B
De zin in de verleden tijd zetten
C
De zin vragend maken
D
Het gezegde zoeken
Slide 3 - Quizvraag
Welke vraag stel je om het onderwerp in een zin te vinden?
A
Een vraagzin maken
B
De tijd veranderen
C
Wie of wat + gezegde
D
Wat?
Slide 4 - Quizvraag
Welke vraag stellen we als we het lijdend voorwerp in een zin willen vinden?
Slide 5 - Open vraag
Mijn vader
leest
de krant.
Onderwerp
Persoonsvorm
Lijdend Voorwerp
Slide 6 - Sleepvraag
De voetballer
heeft
de ballen
uit het materialenhok
gehaald
WWG
LV
OND
PV
Slide 7 - Sleepvraag
Oma
kocht
lekkere taartjes
bij de bakker
WWG
LV
OND
PV
Slide 8 - Sleepvraag
Zij heeft aan hem verkering gevraagd.
Het persoonlijk voornaamwoord is /
de persoonlijke voornaamwoorden zijn...
Het persoonlijk voornaamwoord is /
de persoonlijke voornaamwoorden zijn...
A
Zij
B
Zij, aan
C
Hem
D
Zij, hem
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het bezittelijk voornaamwoord?
Mijn broer woont in Amsterdam.
Mijn broer woont in Amsterdam.
A
woont
B
is
C
Amsterdam
D
mijn
Slide 10 - Quizvraag
Sleep alle werkwoorden naar "hulpwerkwoord" en "zelfstandig werkwoord" of "koppelwerkwoord".
hulp-
werkwoord
werkwoord
zelfstandig
werkwoord
werkwoord
is
altijd
Isabel
aardig
voor ons
geweest.
Slide 11 - Sleepvraag
Vul de ik-vorm (verleden tijd) in van het woord:
Fietsen
Fietsen
Slide 12 - Open vraag
Vul de ik-vorm (verleden tijd) in van het woord:
Geven
Geven
Slide 13 - Open vraag
Vul de ik-vorm (verleden tijd) in van het woord:
Niezen
Niezen
Slide 14 - Open vraag
wel een voorzetsel
geen voorzetsel
op
met
tussen
over
tijdens
donder
werk
onder
zijn
Slide 15 - Sleepvraag
Maak een samenstelling:
zon+straal
zon+straal
Slide 16 - Open vraag
Maak een samenstelling:
dorp+straat
dorp+straat
