Toets thema 3

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
sovaMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Bij interactie is er sprake van één zender en één ontvanger
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quizvraag

De verbale en non-verbale signalen die iemand afgeeft, kunnen elkaar tegenspreken
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Als verzorgende maak je regelmatig inbreuk op de intieme zone van de zorgvrager
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Een zender is zich bewust van de boodschappen die hij uitzendt
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

De sociale zone is de ideale afstand als je begrip en steun wilt geven
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Je gedachten onder woorden brengen wordt decoderen genoemd
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Bij alles wat je zegt speelt de toon waarop iets gezegd wordt een grote rol
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Bij ruis heb je altijd te maken met storende invloeden van buitenaf
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Codeerproblemen ontstaan aan de kant van de zender
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Communicatieproblemen kunnen gemakkelijk ontstaan door verschillen in referentiekader
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Praten over koetjes en kalfjes heeft eigenlijk geen functie in een gesprek
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Veel mensen uiten hun emoties aan het begin van een persoonlijk gesprek
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Korte uitingen, zowel verbaal als non-verbaal, stimuleren de ander meer te vertellen
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

ANNA staat voor Altijd Navragen Nooit Adviseren
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Een beetje ontspannen achterover leunen is een goede luisterhouding
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Het is goed feedback zo te formuleren dat je je eigen gevoelens en gedachten weergeeft
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Collega’s mogen van elkaar eisen dat de ander iets doet met de feedback die hij krijgt
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Luisteren doe je met de oren en met lichaamstaal
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quizvraag

De 4 G’s bij feedback staan voor: gedrag, gevoel, gevolg en geen commentaar
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Feedback is een kans om te leren en geen persoonlijke aanval
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Dit examen is een makkie!
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag

De feedback ontvanger mag verduidelijking vragen over wat hij niet begrijpt
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Nederland heeft een vrouwelijke cultuur
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Als verzorgende hoef je de levensbeschouwing van de zorgvrager niet te respecteren
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

De vier gespreksfasen zijn; aanloopfase, themafase, slotfase en afsprakenfase
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

De vier communicatieniveaus zijn inhoud, relatie, proces en waardering
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Nivea staat voor Niet Invullen Van Eigen Aannames
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quizvraag

De stemmingen bij een slechtnieuwsgesprek zijn mededeling, ontkenning, boosheid, onderhandelen, depressie en acceptatie
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Vind je communicatie een leuk vak?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide