Les 6.4 Vruchten en zaden

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, t, mavo
• Leerjaar 1

Vruchten en zaden

Wat gaan we doen vandaag?

Huiswerk nakijken 6.3

Quiz

Uitleg basisstof 6.4

Maken huiswerk 6.4

Evaluatie

Wat is bevruchting?

1. versmelten kernen eicel en stuifmeelkorrel
2. groeien van de stuifmeelbuis
3. stuifmeelkorrel komt op de stempel
4. bloemen maken nectar

Wat gebeurt er na de bevruchting met de zaadbeginsels waarvan de eicel bevrucht is?

1. groeien uit tot een vrucht
2. groeien uit tot een zaad
3. vallen af
4. verschrompelen

Welk nummer is de stuifmeelbuis?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Is er 1 stuifmeelbuis of zijn er ...... stuifmeelbuizen 'actief' geweest?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Drie gebeurtenissen zijn:
1 De top van een stuifmeelbuis barst open.
2 Er vindt bestuiving plaats.
3 Er groeit een stuifmeelbuis uit een stuifmeelkorrel.
Wat is de juiste volgorde van deze gebeurtenissen?

1. 1-2-3
2. 2-1-3
3. 2-3-1
4. 3-1-2

Leerdoelen

 Je kunt de veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven.

Een vrucht

Het vruchtbeginsel wordt groter. Het groeit uit tot een vrucht. De zaden bevinden zich in de vrucht. 

De vrucht van een bonenplant heet een peulvrucht. 

Een sperzieboon

• Bloem zit op een bloemsteel
• Sperzieboon hangt aan het steeltje door zijn gewicht
• Kroonbladeren en meeldraden vallen af
• Restant van bloemkelk zit bij het steeltje
• Restant van stijl zit aan de andere kant van de boon

Vruchten en zaden

Appels, kersen, tomaten en peulen zijn vruchten.

Bonen, erwten, pitjes in appels, kersen en tomaten zijn zaden.

Vruchtvlees

Sommige vruchten bevatten vruchtvlees: het zachte, soms eetbare gedeelte van de vrucht. 

Vruchtvlees kan ontstaan uit het vruchtbeginsel of uit de bloembodem. 

De ontwikkeling van bloem tot vrucht bij een sinaasappel en een banaan.

Eetbare zaden.

Aan het werk

Maak van basisstof 6.4

Opdracht 1 t/m 8

Opdracht  4 hoeft niet

Kan je nu?

De veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven?