Hofstelsel

Leven op een domein
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leven op een domein

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Bedenk waarom het leven van boeren in de tijd van monniken en ridders zo zwaar was.

Slide 3 - Open vraag

Val Romeinse Rijk: landbouwsamenleving 

Slide 4 - Tekstslide

De horige boeren zochten bescherming op een domein van een landheer

Slide 5 - Tekstslide

Het hofstelsel

Slide 6 - Tekstslide

Welke herendiensten kun je bedenken?

Slide 7 - Woordweb

Hofstelsel 
  • Het domein werd bewerkt volgens het hofstelsel, het domein was in twee stukken verdeeld.
  • Het ene deel van de grond was verpacht (verhuurd) aan horigen voor eigen opbrengst. Zij moesten een deel van opbrengst van het hoeveland als pacht (belasting) betalen.
  • De opbrengst van het andere deel het vroonland was volledig van de heer.
    vanaf het vroonland bestuurde de heer het hele domein.
Boeren die gebonden zijn aan het domein waar hij een akker heeft

Slide 8 - Tekstslide

Het hofstelsel was zelfvoorzienend. Wat is een ander woord voor zelfvoorzienend?

Slide 9 - Open vraag

Leenstelsel
Hofstelsel
Horigen
Domein
Economie
Politiek 
Leenheer
Trouw / macht
Autarkisch

Slide 10 - Sleepvraag

Wat is het verschil tussen het hofstelsel en het feodale stelsel?

Slide 11 - Open vraag

Wat weet je nog? 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een domein?
A
Het eigen stuk land van de horige boer
B
het land van de landheer
C
het gebied dat buiten de bescherming ligt van de landheer

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het hofstelsel?

Slide 14 - Open vraag

Het domein was zelfvoorzienend. Wat betekent dit?

Slide 15 - Open vraag

De drie standen in de middeleeuwen:
Bidders (geestelijken), vechters (adel) en werkers (boeren).
Wie is wie in deze bron?
De drie standen   

Slide 16 - Tekstslide

De Middeleeuwse standensamenleving
- Iedereen heeft zijn eigen plek/taak in de samenleving:

> Drie verschillende standen: geestelijkheid, adel en boeren

> Je geboorte bepaalde in welke stand je terechtkwam

> Iemand die in een boerenfamilie was geboren, kon geen adel worden 


Slide 17 - Tekstslide

Welke taak had de geestelijkheid denk je?

Slide 18 - Open vraag

Welke taak had de adel denk je?

Slide 19 - Open vraag

Welke taak hadden de boeren?

Slide 20 - Open vraag

Opdracht
Het mysterie van het gestolen graan.

Classroom

Slide 21 - Tekstslide