H5 Nederlands samenvatten (eindexamen)

§1 Een tekst reduceren tot hoofduitspraken

Voorbeeldvraag: 
1. Wat is de hoofdgedachte van tekstdeel x?
Theorie:
Zoek de hoofdgedachte op de voorkeursplaatsen (eerste, tweede of laatste zin van het tekstgedeelte)
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

§1 Een tekst reduceren tot hoofduitspraken

Voorbeeldvraag: 
1. Wat is de hoofdgedachte van tekstdeel x?
Theorie:
Zoek de hoofdgedachte op de voorkeursplaatsen (eerste, tweede of laatste zin van het tekstgedeelte)

Slide 1 - Tekstslide

Tekst 1 Zelfkastijding op vier wielen
Wat is de hoofdgedachte van alinea 4?

Lees de tekst op blz 421

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht 1
Wat is de hoofdgedachte van alinea 4?

Slide 3 - Open vraag

Voorbeeldvraag 2
Vat het standpunt samen dat de auteur inneemt in alinea x tot en met y.
Theorie: Zoek signaalwoorden als 'ik vind' of 'volgens mij', of zinnen die duidelijk geen feit zijn, maar een mening.

Slide 4 - Tekstslide

Tekst 2 Flexwerkers
In alinea 3 tot en met 6 geeft Andries de Grip zijn beargumenteerde standpunt inzake de verantwoordelijkheid van de werkgevers voor de kennisontwikkeling van flexwerkers. Vat zijn standpunt en de argumentatie samen in maximaal 50 woorden. 

Lees tekst 2, blz 422

Slide 5 - Tekstslide

Flexwerkers, welke woorden moeten er sowieso in je samenvatting voorkomen?

Slide 6 - Woordweb

Het goede antwoord:
Flexwerkers scholen zich (volgens de auteur) te weinig en onvoldoende specifiek om geschikt te blijven voor de arbeidsmarkt, wat ook voor bedrijven een nadeel is. Daarom zouden werkgevers (volgens hem) in arbeidscontracten moeten vastleggen op welke manier ze de flexwerkers gelegenheid geven om hun arbeidscompetenties op peil te houden.

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 3
Wat is de hoofdgedachte van tekst x?
Theorie:
Kijk voor de hoofdgedachte altijd naar het slot van de tekst. 
Is de tekst informerend, dan is de hoofdgedachte een constatering.
Is de tekst overtuigend, dan is de hoofdgedachte een mening. 

Slide 8 - Tekstslide

Uitwerking van voorbeeldvraag 3
2019-I, vraag 33   Hieronder staan zes zinnen die gebaseerd zijn op de tekst.

Welke drie zinnen moet je in ieder geval opnemen in een korte samenvatting van de tekst?

A Opleidingsniveau is geen leefstijl die je kunt kiezen 
B Niet iedereen heeft de capaciteiten om een hoge opleiding te volgen 
C Mensen betalen ook een verschillende prijs voor opwaartse mobiliteit 
D Een hoge opleiding voor kansarmen bleek in de VS tot een veroudering in het DNA te leiden 
E Je hebt minder invloed op het tegengaan van dementie dan uit het nieuws blijkt 
F Daarnaast is ook niet elke ziekte te voorkomen. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 4
Wat is de hoofdvraag waarop tekst x een antwoord probeert te geven?
Theorie: 
Soms wordt de vraag letterlijk in de inleiding gesteld.
Niet letterlijk? De vraag is dan impliciet, dit is de vraag waarop de tekst antwoord geeft, maar die niet gesteld wordt. Je moet hem zelf formuleren

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeldvraag 5
Maak een samenvatting van alinea x.
Theorie:
Zoek eerst de kernzin, zoek daarna de belangrijkste zinnen die de kernzin ondersteunen of verduidelijken. 
Let op het maximaal aantal woorden dat je mag gebruiken, herhaling van de vraag telt niet mee. 

Slide 12 - Tekstslide

Tekst 3 Tevredenen of legen
Geef een samenvatting van alinea 4 in maximaal 30 woorden.

Lees de tekst op bladzijde 423
timer
4:00

Slide 13 - Tekstslide

Geef een samenvatting van alinea 4 in maximaal 30 woorden
A
De mens wil de natuur beschermen en behouden
B
De mens wil de natuur beschermen
C
al het geklets daarbij illustreert juist dat er in Nederland geen echte natuur meer is
D
Antwoord A en C bij elkaar

Slide 14 - Quizvraag

Voorbeeldvraag 6
Maak een samenvatting van de tekst (of tekstgedeelte) in maximaal x woorden, waarin duidelijk wordt
* wat de directe aanleiding is voor het schrijven van de teks
* welke zorg wordt uitgesproken
* welke conclusie wordt getrokken
Theorie: 
Zoek de kernwoorden uit de vragen op in de tekst (letterlijk of synoniem/omschrijvingen). In de buurt van die kernwoorden vind je de informatie die je nodig hebt voor je samenvatting. 

Slide 15 - Tekstslide

Tekst 5 Maak de burger niet rijker, maar gelukkiger
Lees alinea 2 t/m 4
Noteer synoniemen voor politici en overheid die je in de tekst tegenkomt

Slide 16 - Tekstslide

politici/overheid

Slide 17 - Woordweb

foutieve aanname

Slide 18 - Woordweb

Slide 19 - Tekstslide