Pietendiscussie

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Waarover? 

Slide 2 - Tekstslide

Nederland vs. Vlaanderen? 

Slide 3 - Tekstslide

Vlaanderen loopt op een manier net voor op Nederland. Dankzij Hugo Matthysen is de figuur van Zwarte Piet hier al sinds 1993 grondig aangepast. Piet is de slimme helper van een verstrooide Sint. Hij heeft geen gebrekkig accent, hij doet niet ‘dom’, hij is niet angstaanjagend. 

Slide 4 - Tekstslide

Sinterklaas is geen feest voor iedereen als er een zwarte piet bijloopt.
A
Akkoord
B
Niet akkoord

Slide 5 - Quizvraag

Tradities zijn belangrijk. Ze zorgen voor eigenheid, identiteit, een gedeelde cultuur.
A
Akkoord
B
Niet akkoord

Slide 6 - Quizvraag

Het is niet de oorsprong van het feest die telt, maar wel hoe mensen het nu ervaren.
A
Akkoord
B
Niet akkoord

Slide 7 - Quizvraag

Enkele meningen uit het debat

Slide 8 - Tekstslide

Net zoals talen kunnen tradities alleen maar blijven bestaan doordat ze zich aanpassen.

Slide 9 - Tekstslide

Wel een pietenverbod, maar een verbod op onverdoofd slachten kan niet (red: in België is er een absoluut verbod op onverdoofd slachten sinds 2019). Ik weet het, het is misschien appelen met peren vergelijken, maar het ondersteunt mijn voortschrijdend inzicht dat we meer en meer in een land leven waar bepaalde minderheden de dagelijkse gang van zaken beginnen bepalen.  

Slide 10 - Tekstslide

Waar vorige generaties “allochtone” Vlamingen zich kennelijk niet genoeg vereenzelvigden met de Sinterklaastraditie om zich erin op te boeien, zich niet voldoende sterk in de cultuur geworteld voelden om zich erover te durven uitspreken, doen we dat nu wel. Op deze manier smeden ‘wij’ mee ‘onze’ Vlaamse cultuur. Hoeveel beter geïntegreerd kun je zijn?

Slide 11 - Tekstslide

Het gaat er niet per se om of jij Zwarte Piet ooit als racistisch hebt ervaren. Het gaat erom dat zwarte mensen en kinderen aangeven dat deze tijd voor hen er een van extra pesterijen is. Dat na ‘vuile neger’ ‘zwarte piet’ het scheldwoord is dat ze het vaakst horen. Dat er kinderen zijn die daardoor het zwart van hun huid willen schrobben. Niet ‘nu opeens’, maar al decennialang. 

Slide 12 - Tekstslide

Je kunt zo’n traditie niet meteen ombuigen, geef ons daar even de tijd voor. Als je het zo bruusk doet, riskeer je polarisatie, en dan zijn we heel ver van huis. Laat het een leuk feest blijven.

Slide 13 - Tekstslide

Als je zegt dat je achter Zwarte Piet staat, ben je meteen een racist. Ik sta achter de Black Lives Matter-beweging, maar ik vind dat je dit daarvan moet loskoppelen. 

Slide 14 - Tekstslide

Mijn kinderen denken dat blackface zwarte pieten eigenlijk ‘nepperds’ zijn die in plaats van écht hard te werken en door de schoorstenen te kruipen, zichzelf zwart schminken. Ze snappen dan ook dat mensen die luiwammesen niet leuk vinden. Die verkleden zich namelijk, en zien er helemaal niet uit alsof ze door de schoorsteen kwamen. Voor hen zijn de roetpieten ‘de echte helpers’.

Slide 15 - Tekstslide

We vertellen kinderen al decennialang dat Piet zwart is door de schoorsteen. Er zijn nauwelijks nog huizen met een schoorsteen, maar kinderen krijg je gemakkelijk mee in fantastische verhalen. Als ze je herkennen terwijl je piet speelt, kun je hen lekker samenzweerderig toevertrouwen wat je grote geheim is: de rest van het jaar ben je misschien leider van de Chiro, klusjesman of nonkel Geert, maar in de weken dat de Sint in het land is, heb jij een bijzondere taak. Dan mag je hem helpen. ‘Niet doorvertellen, hé.’

Slide 16 - Tekstslide

Ga je voor ...
A
zwarte piet?
B
roetpiet?

Slide 17 - Quizvraag

Is je mening op bepaalde punten veranderd tijdens deze les?
A
Ja
B
Nee
C
Ik ben aan het twijfelen gebracht

Slide 18 - Quizvraag