Oefenen blok 3 en 4
1 / 23
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waarom was de Nijl zo belangrijk voor de Egyptische boeren?
A
De Nijl leverde water.
B
De Nijl leverde vruchtbare modder.
C
Beide antwoorden zijn JUIST.
D
De Nijl was niet belangrijk
Slide 2 - Quizvraag
Wat zie je op deze afbeelding?
A
Het irrigatiesysteem
B
Slaven die op het land werken
C
De overstroming van de Nijl
D
Jager-verzamelaars die graan plukken
Slide 3 - Quizvraag
Waarom gingen mensen langs de Nijl wonen? 1 antwoord is goed.
A
Omdat daar alle andere mensen woonden
B
Omdat rest van het land woestijn was
C
Omdat de mensen daar naartoe zijn verdreven
D
Vruchtbare land
Slide 4 - Quizvraag
Hoe heet de vruchtbare grond die achterblijft door de overstroming van de Nijl?
A
Modder
B
Vruchtbare grond
C
Slib
D
Mest
Slide 5 - Quizvraag
Een piramide was:
A
Een tempel voor een god.
B
Het paleis van de farao.
C
Het graf van de farao.
D
Een kunstwerk.
Slide 6 - Quizvraag
Hoe betaalde de Farao de mensen die voor hem werkten
A
Zilver
B
Geld
C
Graan
D
Goud
Slide 7 - Quizvraag
Veel voedsel wordt bewerkt in de fabriek. Wat doen conserveermiddelen?
A
Verlengen de houdbaarheid
B
Maken het eten lekkerder
C
Maken het eten mooier en aantrekkelijker
D
Zorgen voor een sterke smaak
Slide 8 - Quizvraag
Wat deden de boeren met het voedsel overschot?
A
Opeten
B
Weggooien
C
Bewaren in de graanschuur
D
Verkopen op de markt
Slide 9 - Quizvraag
4. Welk voedsel kenden ze in de Middeleeuwen nog niet?
A
Aardappelen
B
Tarwe
C
Eieren
D
Bananen
Slide 10 - Quizvraag
6. Waarom heeft Egypte tegenwoordig steeds meer voedsel nodig?
A
Voor de uitvoer naar andere landen.
B
Door mislukte oogsten gaat veel voedsel verloren.
C
Vanwege de klimaatverandering.
D
Omdat de bevolking snel groeit.
Slide 11 - Quizvraag
Hoe heette het schrift van de Egyptenaren?
Slide 12 - Open vraag
Hoe noemen we de tijd voor de uitvinding van het schrift?
Slide 13 - Open vraag
Vanaf de jaren 1950 veranderde het eetpatroon van de Nederlanders. Wat was hiervoor geen reden?
A
Nederland gaat steeds meer andere soorten voedsel produceren
B
Er kwamen mensen uit andere landen hier naartoe
C
Het vervoer van voedsel wordt steeds sneller
D
Koelvrachtauto's zorgen ervoor dat eten vers blijft
Slide 14 - Quizvraag
De supermarkt gebruikt verschillende trucjes zodat jij meer gaat kopen. Welke zijn dit?
Slide 15 - Woordweb
Wat voegen fabrieken niet toe aan voedselproducten?
A
Calorieën
B
Conserveermiddelen
C
Smaakstoffen
D
Kleurstoffen
Slide 16 - Quizvraag
Waar staat welke stoffen een voedselproduct bevat? Op het ...
Slide 17 - Open vraag
Hoe worden de stoffen genoemd die worden toegevoegd aan voedsel om het lekkerder te maken?
A
Conserveermiddelen
B
Kleurstoffen
C
Smaakstoffen
Slide 18 - Quizvraag
Hoe noemen we de verdeling van taken in het huishouden?
A
herverdeling
B
rolverdeling
C
schoontaakverdeling
D
huisverdeling
Slide 19 - Quizvraag
Op welk product vind je dit keurmerk?
A
Vis
B
Eieren
C
Koffie
D
Vlees
Slide 20 - Quizvraag
Behalve op vlees vind je dit keurmerk ook op?
Slide 21 - Open vraag
Wat staat er altijd op een verpakking?
A
Kcal, eiwitten
B
Eiwitten, Kcal en koolhydraten
C
Koolhydraten, eiwitten, vetten
D
Alles wat genoemd is
Slide 22 - Quizvraag
Wat werd er uit een farao gehaald als hij of zij dood was?
