MM h2 cursus 2

2.2 Het leven van de eerste mensen
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

2.2 Het leven van de eerste mensen

Slide 1 - Tekstslide

Wat hebben hunebedden met de ijstijd te maken?
A
In de ijstijd maakten mensen Hunebedden
B
Hunebedden hebben niets met de ijstijd te maken
C
De jager en boeren schuilden onder de stenen
D
De zwerfstenen zijn meegekomen met het ijs uit scandinavië

Slide 2 - Quizvraag

Waren hunebedbouwers
jagers en verzamelaars of boeren?
A
Jagers en verzamelaars
B
Boeren

Slide 3 - Quizvraag

Waren hunebedbouwers jagers en verzamelaars of boeren?
A
Jagers en verzamelaars
B
Boeren

Slide 4 - Quizvraag

Het eerste tijdvak is de tijd van
A
Jagers en boeren
B
Jagers-verzamelaars
C
Jagers en dieren
D
Jagers en landbouwers

Slide 5 - Quizvraag

Jagers en verzamelaars hadden geen vaste woonplaats.
A
Goed
B
Fout

Slide 6 - Quizvraag

In welke samenleving was er meer ongelijkheid? Jagers en verzamelaars of de boeren?
A
Jagers en verzamelaars
B
Boeren

Slide 7 - Quizvraag

Jagers en verzamelaars wonen
A
Op dezelfde plek
B
Verhuizen regelmatig

Slide 8 - Quizvraag

Wat hoort NIET bij jagers en verzamelaars
A
Vissen vangen
B
Paddenstoelen plukken
C
Eieren zoeken
D
Geiten houden

Slide 9 - Quizvraag

Waarvan maakten de jagers/verzamelaars bijlen en pijlpunten?
A
ijzer
B
klei
C
hout
D
vuursteen

Slide 10 - Quizvraag

Het eerste 'soort' samenleving ..
A
Prehistorie
B
Samenleving van jagers en verzamelaars
C
Landbouwsamenleving
D
Oudheid

Slide 11 - Quizvraag

Waarvan maakten de jagers/verzamelaars bijlen en pijlpunten?
A
ijzer
B
klei
C
hout
D
vuursteen

Slide 12 - Quizvraag

Grote voedselvoorraden zie je alleen terug bij Jagers en Verzamelaars
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Mensen die geen vaste woonplaats hebben en van plek naar plek gaan, noemen we... ?
A
Hunebedbouwers
B
Jagers - Verzamelaars
C
Nomaden

Slide 14 - Quizvraag

Welk wapen werd niet door de jagers-verzamelaars gebruikt?
A
speer
B
pijl-en-boog
C
zwaard
D
stenen mes

Slide 15 - Quizvraag

Wat is geen overblijfsel van jagers-verzamelaars?
A
Een vuistbijl van vuursteen
B
Een werpspeer
C
Een aardewerken pot
D
Pijl en boog

Slide 16 - Quizvraag

In de tijd van de jagers en verzamelaars:

Op vuur kun je koken.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Wat is géén overblijfsel van jagers-verzamelaars?
A
Een vuistbijl van vuursteen
B
Een werpspeer
C
Glaswerk
D
Pijl en boog

Slide 18 - Quizvraag

In de tijd van jagers/verzamelaars was er bijna geen verschil tussen arm en rijk
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

In de tijd van de jagers en verzamelaars:

Met vuur kun je vuursteen maken.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Hoe wordt de periode van
jagers en verzamelaars ook wel genoemd?
A
Middeleeuwen
B
Moderne Tijd
C
Oudheid
D
Prehistorie

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de naam van het tijdvak?
A
Tijd van jagers en verzamelaars
B
Prehistorie
C
Tijd van jagers en boeren
D
Tijd van de eerste mensen

Slide 22 - Quizvraag

Rondtrekken met tenten of eenvoudige hutten hoort bij.....
A
Samenleving van jagers-verzamelaars
B
Landbouwsamenleving
C
Landbouw-stedelijke samenleving
D
Samenleving van jagers en landbouwers

Slide 23 - Quizvraag

Jagers en verzamelaars bleven vaak op één plek wonen. Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

In de tijd van de jagers en verzamelaars:

Vuur houdt wilde dieren op afstand.
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quizvraag

In de tijd van de jagers en verzamelaars:

Vuur geeft licht in het donker.
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Wat vonden jagers/verzamelaars in de natuur?
A
Noten, vruchten en honing.
B
Zout en peper.
C
Snoep en drop.
D
Graan en meel.

Slide 27 - Quizvraag

Wat was de taak van de mannen in de tijd van de jagers en verzamelaars?
A
voor de kinderen zorgen
B
brood bakken
C
vergaderen
D
jagen

Slide 28 - Quizvraag

Bij de jagers en verzamelaars:
A
gingen de vrouwen op jacht
B
gebruikten ze alles van het dier
C
hadden ze een duidelijke taakverdeling
D
konden ze schrijven

Slide 29 - Quizvraag

Waarom waren Jagers-Verzamelaars nomaden?
A
Ze moeten iedere keer op zoek naar nieuw gebied voor de jacht en vruchten
B
Ze raken verveeld op sommige plekken en trekken daardoor verder.
C
Ze moeten vluchten voor andere stammen
D
Vanwege de seizoenen.

Slide 30 - Quizvraag

Waarom noemen wij het de prehistorie?
A
De tijd voor de geschreven bronnen
B
De tijd voor de landbouwrevolutie
C
De tijd voor de jagers en verzamelaars
D
De tijd voor de Egyptenaren en Mesopotamiërs

Slide 31 - Quizvraag

Waarom bleven jagers/verzamelaars niet als grote groep bij elkaar?
A
Dan zouden ze te vaak ruzie krijgen.
B
Dan maken ze veel lawaai en jagen ze de dieren weg.
C
Er was dan niet genoeg voedsel voor de hele groep.
D
Het begon saai te worden.

Slide 32 - Quizvraag

Wat is de juiste volgorde?
A
prehistorie middeleeuwen oudheid
B
prehistorie oudheid middeleeuwen
C
prehistorie oudheid Grieken en Romeinen

Slide 33 - Quizvraag

Welke periode?
A
Prehistorie
B
Oudheid
C
Middeleeuwen
D
Moderne Tijd

Slide 34 - Quizvraag

Goed of fout?
In de prehistorie werd jagen waarschijnlijk door mannen gedaan.
A
Goed
B
Fout

Slide 35 - Quizvraag

Hoe wordt het tijdvak Jagers en boeren ook wel genoemd?
A
Oudheid
B
Middeleeuwen
C
Prehistorie
D
Moderne geschiedenis

Slide 36 - Quizvraag

In de prehistorie was het ...
A
heel warm
B
hetzelfde als nu
C
heel koud

Slide 37 - Quizvraag

Het eerste 'soort' samenleving ..
A
Prehistorie
B
Samenleving van jagers en verzamelaars
C
Landbouwsamenleving
D
Oudheid

Slide 38 - Quizvraag

Waar of niet waar...
De prehistorie eindigt overal
op een ander moment.
timer
0:30
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quizvraag

In de prehistorie konden de mensen
A
schrijven
B
niet schrijven
C
een beetje schrijven
D
appen

Slide 40 - Quizvraag

Bronnen uit de prehistorie zijn alleen ongeschreven bronnen
A
waar
B
niet waar

Slide 41 - Quizvraag

Hoe noem je de muurschilderingen die in de prehistorie dansende mensen weergaf?
A
Presi's
B
Shifa's
C
Fresco's
D
Dimenso's

Slide 42 - Quizvraag

Hoe heet de tijd van 3000 v.C. tot 500 n.C.
A
Middeleeuwen
B
Prehistorie
C
Oudheid
D
Geen van deze antwoorden is goed

Slide 43 - Quizvraag


Het jaar 200 n.chr. hoort bij welke periode? 
A
De Middeleeuwen
B
De Oudheid
C
De Prehistorie
D
De Moderne Tijd

Slide 44 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Met de komst van de Romeinen eindigt de prehistorie in Nederland
A
Waar
B
Niet waar

Slide 45 - Quizvraag

Hoe wordt de periode van
jagers en verzamelaars ook wel genoemd?
A
Middeleeuwen
B
Moderne Tijd
C
Oudheid
D
Prehistorie

Slide 46 - Quizvraag

Over welke periode zal dit tijdvak gaan?
A
prehistorie - 50 v.Chr.
B
1800-1900
C
3000 v. Chr - 500 na Chr.
D
1950-nu

Slide 47 - Quizvraag

Hoe zag Nederland eruit in de prehistorie?
A
er lag veel ijs , andere plekken was mos en lage struiken
B
strand
C
hetzelfde als nu
D
mos en lage struiken

Slide 48 - Quizvraag