Soorten ziekenhuizen en afdelingen

Soorten ziekenhuizen 
en afdelingen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Soorten ziekenhuizen 
en afdelingen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Welke soorten ziekenhuizen kun je beschrijven?

Slide 3 - Open vraag

Antwoord:
- Universitair Medische Centra (UMC). UMC’s zijn academische ziekenhuizen
- categoraal ziekenhuis: het ziekenhuis biedt alleen zorg aan mensen met kanker (AVL)
- Een topklinisch ziekenhuis voert naast basiszorg ook complexe zorg uit waarvoor gespecialiseerde voorzieningen nodig zijn
- Algemene ziekenhuizen zijn regionale ziekenhuizen die basiszorg bieden.
- expertisecentra , meestal zijn dit UMC's. Zij bieden zeer gespecialiseerde medische zorg en hebben een taak in wetenschappelijk onderzoek, kennisontwikkeling en innovatie
- Specialistisch ziekenhuis, specifieke zorg verleend aan mensen met een bepaalde aandoening

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een academisch en algemeen ziekenhuis?

Slide 5 - Open vraag

Antwoord
Academisch ziekenhuis wordt ook onderzoek gedaan naar nieuwe/andere behandelingen (experimentele behandelingen).

Slide 6 - Tekstslide

Wat is/zijn een andere benaming(en) voor een algemeen ziekenhuis?
A
Specifiek ziekenhuis
B
Perifeer ziekenhuis
C
Plaatselijk ziekenhuis
D
Streekziekenhuis

Slide 7 - Quizvraag

De zorg in een algemeen ziekenhuis heeft dezelfde specialismen als een academisch ziekenhuis
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Bij het specialisme Obstetrie kun je terecht voor een knieprothese
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Voorbeelden van
specialistische ziekenhuizen zijn:

Slide 10 - Woordweb

Antwoord
- Kindergeneeskunde
- Oogheelkunde
- oncologie
- Brandwondencentrum

Slide 11 - Tekstslide

Binnen een algemeen ziekenhuis kan er een splitsing gemaakt worden tussen:
A
(niet-)operationele specialismen
B
(niet-)vatbare specialismen
C
(niet-)snijdende specialismen
D
(niet-)specifieke specialismen

Slide 12 - Quizvraag

In een academisch ziekenhuis zijn meerdere chirurgische afdelingen, welke?

Slide 13 - Open vraag

Antwoord
Traumachirurgie: chirurgie na een ongeval, zoals botbreuken en (brand)wonden
Oncologische chirurgie: chirurgie bij patiënten met kanker
Vaatchirurgie: chirurgie aan de bloedvaten
Gastro-intestinale chirurgie: chirurgie van buikorganen en spijsverteringsorganen
Colorectale chirurgie: chirurgie aan dikke en dunne darm
Proctologische chirurgie: chirurgie aan de anus
Endocriene chirurgie: chirurgie aan schildklier of bijschildklier
Bariatrische chirurgie: chirurgie aan het maagdarmstelsel om gewicht te verminderen
Longchirurgie: chirurgie aan de borstkas of in of aan de longen

Slide 14 - Tekstslide

Waar staan de letters IC voor?

Slide 15 - Open vraag

Wanneer kom je op de IC terecht?

Slide 16 - Open vraag

Antwoord
Behandelen van patiënten in een levensbedreigende situatie. 
Artsen en verpleegkundigen gebruiken apparatuur om lichaamsfuncties bewaken en overnemen. 
De zorg verschilt per patiënt:
Op de Intensive Care Volwassenen/Hartbewaking concentreren zij zich op patiënten met acute hartproblemen of na operaties aan hart/longen.
Op de algemene Intensive Care Volwassenen verzorgen we patiënten met andere ziektebeelden.
Sommige patiënten weten vooraf dat zij op de Intensieve Care worden opgenomen. Voor andere patiënten, en hun naasten, komt dit onverwachts. 

Slide 17 - Tekstslide

Hoe heet het zoeken naar de oorzaak van klachten?
A
Observerende fase
B
Diagnostische fase
C
Onderzoekende fase
D
Behandel fase

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video