HvH les 3

Bonjour tout le monde !
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour tout le monde !

Slide 1 - Tekstslide

Mercredi 14 avril : le programme
1/ voorkennis activeren:
- de mannelijke en vrouwelijke vormen van de lidwoorden;
- de mannelijke en vrouwelijke vormen van de bijvoeglijk naamwoorden.
2/ les mots de la classe
3/ jeu
4/ les devoirs

Slide 2 - Tekstslide

voorkennis activeren
- de mannelijke en vrouwelijke vormen van de lidwoorden;
- de mannelijke en vrouwelijke vormen van de bijvoeglijk naamwoorden.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat is de mannelijke vorm van "de" of "het"?

Slide 5 - Open vraag

Wat is de vrouwelijke vorm van "de" of "het"?

Slide 6 - Open vraag

"de" of "het" gomme
A
le
B
la
C
un
D
une

Slide 7 - Quizvraag

La table est petite; ... est petite
A
il
B
c'
C
elle
D
une

Slide 8 - Quizvraag

Le stylo est petit; .... est petit
A
il
B
elle
C
c'
D
un

Slide 9 - Quizvraag

Lidwoord
Le stylo est petit. IL est petit.
La gomme est petite. ELLE est petite.

Slide 10 - Tekstslide

La trousse est :
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites

Slide 11 - Quizvraag

Het bijvoeglijk naamwoord
 Het bijvoeglijk naamwoord past zich aan op het zelfstandig naamwoord. 
Enk
Mv
Man
-
s
vrouw
e
es

Slide 12 - Tekstslide

(een) fille est petite
A
la
B
le
C
une
D
un

Slide 13 - Quizvraag

"een" vertaal je door:

Slide 14 - Open vraag

de lidwoorden
"de" of "het" = le (m), la (v) of l'(m of  v)
"een" = un (m) of une (v)

Slide 15 - Tekstslide

de lidwoorden
Le garçon = un garçon (mannelijk)
La fille = une fille (vrouwelijk)

Slide 16 - Tekstslide

("de" of "het") océan
A
la
B
le
C
un
D
l'

Slide 17 - Quizvraag

Attention !!!

Slide 18 - Tekstslide

Klinkerbotsing
le hôtel 
le océan

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Klinkerbotsing
le hôtel = l'hôtel
le océan = l'océan

Slide 21 - Tekstslide

"douze", c'est :
A
17
B
2
C
18
D
12

Slide 22 - Quizvraag

Le vocabulaire de la classe

Slide 23 - Tekstslide

Les mots de la classe que tu connais / de woorden over de school/ klas dat je kent

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Tekstslide

Cherche et trouve !!
Un cartable - un sac / une trousse / une colle / une gomme
un livre / des ciseaux / une règle / un stylo

Slide 26 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 27 - Woordweb