Par 5.2 Sociaal gedrag

Par 5.2 sociaal gedrag
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Par 5.2 sociaal gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- na de les kan je uitleggen welke soorten sociaal gedrag er zijn
- na de les kan je uitleggen hoe dieren in een groep leven

Slide 2 - Tekstslide

Een supranormale prikkel is een prikkel die een sterkere respons veroorzaakt dan een sleutelprikkel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Een prikkel die steeds weer hetzelfde gedrag oproept het een ... ?
A
Inprenting
B
Sleutelprikkel
C
Supranormale prikkel
D
Inwendige prikkel

Slide 4 - Quizvraag

De lange benen van een barbiepop zijn...
A
een sleutelprikkel
B
een supranormale prikkel
C
motivatie prikkel

Slide 5 - Quizvraag

0

Slide 6 - Video

In de video zag je twee kangoeroes vechten. Is hier sprake van sociaal gedrag?
A
Ja, omgaan met soortgenoten is sociaal
B
nee, vechten is asociaal gedrag
C
Geen idee, maar wel leuk om naar te kijken
D
Maakt niet uit, dit is toch nep.

Slide 7 - Quizvraag

5.2 Sociaal Gedrag
Omgaan met soortgenoten is Sociaal gedrag. Of het nou gaat om paren, vechten of elkaar voedsel brengen.

Er zijn grofweg 3 soorten sociaal gedrag:
  • Territorium gedrag
  • Voortplantingsgedrag
  • Groepsgedrag

Slide 8 - Tekstslide

Sociaal gedrag
- Territoriumgedrag: het verdedigen en afbakenen van het eigen gebied
- Voortplantingsgedrag: het vinden van een soortgenoot, de paring en het verzorgen van jongen.
- Groepsgedrag: taakverdeling binnen groepen dieren en het vaststellen van de rangorde

Slide 9 - Tekstslide

Territorium
  • Iedereen wil graag een eigen plek, dieren ook. Zo'n eigen plek noemen we een territorium.

  • In een territorium brengen dieren hun jongen groot, of zoeken ze naar voedsel.

  • Dieren laten zien wat de grenzen van hun territorium zijn. Dit noem je afbakenen.

Afbakenen gebeurt meestal door mannetjes en kan doormiddel van:
1. Geluiden, zoals bij zangvogels
2. Geurvlaggen, zoals bij zoogdieren.

Slide 10 - Tekstslide

Territorium gedrag

Gedrag met als functie het afbakenen van een gebied (territorium) en het verdedigen ervan tegen binnendringende soortgenoten. Afbakenen met geur of geluid.

Het territorium moet zo groot zijn dat het de groep kan voeden.

Slide 11 - Tekstslide

Afbakenen door geluid

Slide 12 - Tekstslide

Afbakenen door geurvlaggen

Slide 13 - Tekstslide

Gedrag in het territorium
  • Dieren verdedigen hun territorium tegen soortgenoten.

  • Als er een indringer is, wordt de 'eigenaar' van het territorium agressief. Hij vertoont dan aanvalsgedrag.
  • De indringer vertoont dan meestal vluchtgedrag.
  • Op de grens van het territorium zie je vaak dreiggedrag.

Slide 14 - Tekstslide

territorium gedrag
Aanvalsgedrag: Ter verdediging van eigen territorium

Vluchtgedrag: Vaak vlucht de uitdager, of de verliezer van het gevecht
Dreiggedrag: gedrag dat vaak wordt laten zien bij de grens van een territorium

Slide 15 - Tekstslide

Hoe bakenen deze diersoorten hun territorium af?
Geluid
Geuren
Boos worden als iemand op je plek gaat zitten

Slide 16 - Sleepvraag

Overspronggedrag
Soms is de motivatie voor vluchten en aanvallen even sterk. Een dier kan dan gedrag vertonen dat niet bij de situatie past.

Bijv. een kat die zich gaat wassen of een mens die zich gaat krabben

Slide 17 - Tekstslide

Het territorium
Wat is NIET waar?

A
verdedigen door te dreigen
B
verdedigen door te vechten
C
groot genoeg voor het grootbrengen van de jongen
D
Bij elke diersoort is het territorium even groot

Slide 18 - Quizvraag

5.2 les 1 
Maken opdr 1 t/m 10 

Slide 19 - Tekstslide

5.2 Les 2 

Slide 20 - Tekstslide

Voortplantingsgedrag
Voortplantingsgedrag is gedrag dat te maken heeft met voortplanting.Bijvoorbeeld:
  • baltsgedrag
  • broedzorg
  • de paring

Slide 21 - Tekstslide

Gedrag bij voortplanting

  • Het gedrag waarmee een mannetje en vrouwtje elkaar lokken, heet baltsgedrag.

  • Honden besnuffelen elkaar en sommige vogels voeren samen een 'dans' uit.

  • Door de balts laten dieren elkaar weten dat ze geschikte partners zijn. Het baltsgedrag vergroot de bereidheid tot paren.

Slide 22 - Tekstslide

0

Slide 23 - Video

In het filmpje zag je een voorbeeld van baltsgedrag. Wat is volgens jou het doel van baltsgedrag?

Slide 24 - Open vraag

Broedzorg
Na de paringsdans (balts) komt
het paren. Na het paren, komen
er jongen. Het uitbroeden van of
grootbrengen van de jongen, heet 
broedzorg.

Slide 25 - Tekstslide

Groepsgedrag
Bij groepsdieren is veel sprake van sociaal gedrag. Ze werken vaak samen en hebben een taakverdeling.

Slide 26 - Tekstslide

Hoe leven dieren in groepen?
  • Bij kippen wordt de rangorde uitgevochten door elkaar te pikken. Daarom spreek je bij kippen ook van een pikorde.

  • De hen die het hoogste in de rangorde staat pikt alle andere hennen, maar wordt zelf nooit gepikt.

  • De hen die bovenaan in de rangorde staat, mag bijvoorbeeld als eerste eten.

Slide 27 - Tekstslide

Twee katers die hevig naar elkaar dreigen, gaan plotseling beide hun vacht schoonlikken.

Hoe heet het gedrag dat de katten dan vertonen?

A
imponeergedrag
B
overspronggedrag
C
verzoeningsgedrag
D
sociaal gedrag

Slide 28 - Quizvraag

Dit is een voorbeeld van
A
dreiggedrag
B
overspronggedrag
C
baltsgedrag
D
sociaal gedrag

Slide 29 - Quizvraag

5.2 deel 2 
-lezen pagina 145 t/m 148
-maken opdracht 11 t/m 19, pagina 82 t/m 87

Slide 30 - Tekstslide