Voortplanting

Factoren die de ontwikkeling van de embryo en foetus kunnen beïnvloeden 
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Factoren die de ontwikkeling van de embryo en foetus kunnen beïnvloeden 

Slide 1 - Tekstslide


Hoe voel je je vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Leerdoelen
  1. Ik geef voorbeelden van gezondheidsgedrag dat de embryonale ontwikkeling positief of negatief kan beïnvloeden.
  2. Ik toon met voorbeelden aan dat schadelijke factoren in leefmilieu de embryonale ontwikkeling beïnvloeden.
  3. Ik geef voorbeelden van ziekteverwekkers die een negatieve invloed kunnen hebben op de embryonale ontwikkeling.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Hoe noemen we nummer 2
A
placenta
B
vruchtwater
C
navelstreng
D
baarmoeder

Slide 5 - Quizvraag

De plaats van bevruchting:
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 6 - Quizvraag

Welk deel zorgt voor de uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen?
A
Baarmoeder
B
Embryo
C
Eierstokken
D
Placenta

Slide 7 - Quizvraag

Tom zegt: "de placenta bestaat uit weefsel van het embryo en weefsel van de moeder"

Klopt het wat Tom zegt?
A
ja
B
nee
C
dat verschilt per zwangerschap

Slide 8 - Quizvraag

Het bloed van de moeder gaat via de placenta door het kind.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Hoe komt een baby van afvalstoffen af
A
Via de mond
B
Via het vruchtwater
C
Via de baarmoeder
D
Via de placenta

Slide 10 - Quizvraag

wat is nummer 1
A
navelstreng
B
placenta
C
baarmoeder
D
embryo

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Listeriose wordt veroorzaakt door een ... .
A
schimmel
B
parasiet
C
bacterie
D
virus

Slide 16 - Quizvraag

Waar tref je de listeriabacterie aan?
A
rauwe voedingsmiddelen
B
gekookte voedingsmiddelen
C
in uitwerpselen van katten
D
in lichaamsvocht

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Hoe kan je NIET besmet geraken met de parasiet die toxoplasmose veroorzaakt?
A
lichaamsvocht
B
vervuilde grond
C
in uitwerpselen van katten
D
vervuilde groenten/fruit

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Rubella wordt veroorzaakt door een ... .
A
virus
B
bacterie
C
schimmel
D
vitamine

Slide 26 - Quizvraag

Virus aanwezig in snot, speeksel, urine en bloed.
Veroorzaakt rode huiduitslag.
Vaccinatie.
Bloedanalyse en vruchtwateronderzoek om ziekte aan te tonen.
Virus aanwezig in druppels uit de mond, keel en neus.
cytomegalovirus
rubella

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Tekstslide

miskraam of vroeggeboorte
neurologische- en oogafwijkingen
hart-, oog- en gehoorafwijkingen 
aantasting hersenen/ogen/gehoorzenuw
spoedkeizersnede
leven kindje opofferen voor leven moeder
listeria
COVID-19
CMV
rubella
toxoplasmose

Slide 29 - Sleepvraag

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Wat is GEEN zwaar metaal?
A
waterstof
B
lood
C
koper
D
kwik

Slide 33 - Quizvraag

Hoe kan je zware metalen binnenkrijgen?

Slide 34 - Open vraag

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Welk begrip hoort bij onderstaande definitie?
Het gebruik van pesticiden zoveel mogelijk beperken door te kiezen voor gezonde gewassen en de bodem gezond te houden.
A
geolandbouw
B
biolandbouw
C
pesticibouw
D
anti-pesticide

Slide 38 - Quizvraag

Slide 39 - Tekstslide

Hoe kan je stress tijdens een zwangerschap verlagen?
A
Veel energiedrank drinken.
B
Lange dagen werken.
C
Voldoende pauzes inbouwen.
D
Sushi eten.

Slide 40 - Quizvraag

Welk hormoon werkt stress verhogend?
A
testosteron
B
cortisol
C
melatonine
D
vitaminen

Slide 41 - Quizvraag

stress
pesticiden
microplastics
zware metalen
bloedarmoede, verminderde groei, zenuw- en hersenaandoeningen
gevolgen nog niet duidelijk
vroeggeboorte, laag geboortegewicht, lager IQ
ADHD, prikkelbaarheid

Slide 42 - Sleepvraag

Leerdoelen
  1. Ik geef voorbeelden van gezondheidsgedrag dat de embryonale ontwikkeling positief of negatief kan beïnvloeden.
  2. Ik toon met voorbeelden aan dat schadelijke factoren in leefmilieu de embryonale ontwikkeling beïnvloeden.
  3. Ik geef voorbeelden van ziekteverwekkers die een negatieve invloed kunnen hebben op de embryonale ontwikkeling.

Slide 43 - Tekstslide

Leerdoel 1: Ik geef voorbeelden van gezondheidsgedrag dat de embryonale ontwikkeling positief of negatief kan beïnvloeden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Poll

Leerdoel 2: Ik toon met voorbeelden aan dat schadelijke factoren in leefmilieu de embryonale ontwikkeling beïnvloeden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll

Leerdoel 3: Ik geef voorbeelden van ziekteverwekkers die een negatieve invloed kunnen hebben op de embryonale ontwikkeling.
😒🙁😐🙂😃

Slide 46 - Poll