Hoofdstuk 3.1 t/m 3.3

Hoofdstuk 3.1 t/m 3.3
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3.1 t/m 3.3

Slide 1 - Tekstslide

Wie horen bij de overheid?
A
Nederlanders die mogen stemmen.
B
Politici en ambtenaren
C
Politici

Slide 2 - Quizvraag

Wat kan de overheid doen om meer geld te krijgen?
A
Meer werken
B
Belastingen verhogen en geld lenen
C
Belastingen verlagen en geld lenen
D
Meer geld uitgeven

Slide 3 - Quizvraag

Wat valt onder de overheid?
A
Een reisbureau
B
Een uitzendbureau
C
Een stadhuis
D
Een bank

Slide 4 - Quizvraag

Welk beroep werkt bij de overheid?
A
Boekverkoper
B
Loodgieter
C
Advocaat
D
Rechter

Slide 5 - Quizvraag

Bij passief kiesrecht :
A
Mag je stemmen
B
Wordt er op je gestemd

Slide 6 - Quizvraag

De belangrijkste persoon van een politieke partij is..
A
Premier
B
Lijsttrekker
C
Minister
D
Voorzitter

Slide 7 - Quizvraag

Wat willen linkse partijen?
A
Lagere uitkeringen voor mensen zonder werk
B
Actieve overheid

Slide 8 - Quizvraag

Rechtse partijen willen..
A
Een overheid die streng optreedt tegen criminaliteit.
B
extra hulp geven aan mensen die het moeilijk hebben.

Slide 9 - Quizvraag

Een linkse partij wil zoveel mogelijk de ... helpen
A
rijke mensen
B
middenpartijen
C
kwetsbare mensen

Slide 10 - Quizvraag

Een rechtse partij wil zoveel mogelijk .. voor de burgers
A
verantwoordelijkheid
B
regels
C
uitkeringen
D
actieve overheid

Slide 11 - Quizvraag

Wie hard werkt, mag ook veel verdienen
Van welke partij is dit een uitspraak?
A
Links
B
Rechts
C
Midden

Slide 12 - Quizvraag

Welke partij is rechts?
A
CDA
B
PvdA
C
VVD

Slide 13 - Quizvraag

Welke partij is links?
A
CDA
B
SP
C
PVV
D
FvD

Slide 14 - Quizvraag

Welke partij behoort tot het midden?
A
Pvv
B
PvdA
C
CDA
D
GroenLinks

Slide 15 - Quizvraag

Bij een compromis...
A
komen ze niet tot een oplossing
B
geef je allebei een beetje toe

Slide 16 - Quizvraag

Welke partij is liberaal?
A
CDA
B
CU
C
VVD
D
Groenlinks

Slide 17 - Quizvraag

Welke partij is sociaaldemocratisch?
A
CDA
B
PVDA
C
PVV
D
VVD

Slide 18 - Quizvraag

Welke partij is christen-democratisch?
A
CU
B
D66
C
50+
D
VVD

Slide 19 - Quizvraag

Middenpartijen hebben het ... als uitgangspunt
A
Geloof
B
Bijbel
C
Koran

Slide 20 - Quizvraag

Sommige partijen behoren niet tot één stroming. Een voorbeeld i s:
A
SP
B
VVD
C
PVV
D
PvdA

Slide 21 - Quizvraag