T2 EN P2 W48 - Adjectives + Listening

T2 EN P2 W48:
Adjectives + Listening

instruction
exercises
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

T2 EN P2 W48:
Adjectives + Listening

instruction
exercises

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide



Een woord dat extra informatie geeft over een plek, persoon, of een ding; die het beschrijft.

Russia is a large country.
They have a pretty brother.
Those are black air pods. 


Belangrijk!
Bij koppelwerkwoorden kan er ook een adjective achter een werkwoord staan:

You look great! New haircut?
I am hungry, I need food. 
Adjectives

Slide 3 - Tekstslide


Kies de correcte zin
A
She famous is a film star.
B
She is a famous film star.
C
She film star is famous.
D
She famous star is a film

Slide 4 - Quizvraag


Kies de correcte zin.
A
I am so thirsty!
B
I am thirsty so!
C
I so am thirsty!
D
I so thirsty am!

Slide 5 - Quizvraag

his
every 
wears
Sam
to bed
lucky 
pajamas
night

Slide 6 - Sleepvraag



adjectives:
beschrijvende woorden, verbonden aan een plek/persoon/ding of aan een koppelwerkwoord.

I look great with my cool hat


word order:
wie - doet - wat - waar - wanneer? 

I - teach - English - at school - every day. 


Remember:

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Listening 1
Vooraf:
- lees de vraag
- lees de antwoorden
- vertaal bekende woorden

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Listening 2
Tijdens:
- blijf stil
- luister aandachtig
- noteer wat er gezegd wordt

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Listening 3
Na afloop:
- streep de foute onderdelen weg
- kies het juiste antwoord

Let op! De foute antwoorden hebben vaak wel stukjes die goed zijn, het goede antwoord is helemaal goed.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Time to practise! 
Pak pen/papier of je laptop om aantekeningen te maken.

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 1 
Wat zorgt ervoor dat je een vol gevoel krijgt wanneer voedsel je maag raakt?                                                                                      (0:00-1:04)
A. prikkels in je hart
B. uitrekken 
C. boeren
D. Hoofdpijn

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 2
Welk hormoon wordt door je lichaam vrij gegeven wanneer voedingsstoffen in je bloed komen?                                     (1:04-2:30)
A. cholecystokinine
B. leptine
C. inuline
D. ghreline

Slide 17 - Tekstslide

Vraag 3
Wat voor soort voedsel geeft het meest een vol gevoel?                                                                                                                                 (2:30-eind)
A. appelflappen
B. croissantjes
C. gekookte aardappelen
D. hotdogs

Slide 18 - Tekstslide

Antwoorden
1. B, uitrekken
2. A, cholecystokinine
3. C, gekookte aardappels

Slide 19 - Tekstslide



- practise listening on woots.nl (Engels 2016 vmbo kb)
  > maak bij elke vraag notities! Vertaal vooraf woorden, schrijf de woorden die je hoort op, streep dingen weg die je niet hoort, enzovoort.


- practise the grammar,
ex.30, 31, 32, p.149-150 (workbook A)

- study Vocab G, p.171 (workbook A) + Theme Words, p.48 (workbook B)


Tasks Week 48

Slide 20 - Tekstslide