Leefomgeving in gevaar

7.5 Leefomgeving in gevaar
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

7.5 Leefomgeving in gevaar

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DEZE LES
Wat weet je nog van vorige les?
Uitleg
Zelfstandig werken
JE GAAT LEREN OVER
  • welke invloed de verbranding van fossiele brandstoffen op de koolstofkringloop heeft.
  • wat het versterkte broeikaseffect is en wat de gevolgen hiervan zijn.
  • voorbeelden van stoffen die door de mens in de leefomgeving worden gebracht en zo milieuverontreiniging veroorzaken.
  • voorbeelden waardoor de leefomgeving en gezondheid in gevaar kunnen komen door schadelijke stoffen.



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van?

Kennistest

Slide 3 - Tekstslide

Er volgen nu vragen om de voorkennis van de leerling te testen.
Producent
Consument
Reducent

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn reducenten?
A
Alle organismen die afval opruimen
B
schimmels en bacteriën die organische stoffen omzetten in anorganische stoffen
C
schimmels en bacteriën die anorganische stoffen omzetten in organische stoffen
D
alle organismen die alle stoffen klein maken

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel verschillende voedselketens bestaat dit voedselweb?
1
2
3
4
5
6
7

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is duurzaamheid?
A
Het is een keurmerk
B
Het zegt iets over de kosten van een product
C
Het zegt iets over hoelang je een product kunt gebruiken.
D
Het zegt iets over de levensduur en het productieproces van een product

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn reducenten?
A
Alle organismen die afval opruimen
B
schimmels en bacteriën die organische stoffen omzetten in anorganische stoffen
C
schimmels en bacteriën die anorganische stoffen omzetten in organische stoffen
D
alle organismen die alle stoffen klein maken

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg
Laptops dicht
Aantekeningen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Je kan de stappen in de koolstofkringloop benoemen en uitleggen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koolstofrkingloop
Producenten
1. Zij kunnen Koolstofdioxide (CO2) opnemen en er voedingsstoffen van maken

2. Planten maken 's nachts ook koolstofdioxide door verbranding. dit geven ze af aan de lucht
1       2

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koolstofrkingloop
Consumenten
3. Zij verbranden voedingsstoffen. Bij verbranding komt CO2 vrij. Dit ademen zij uit.

Reducenten
4. Dode resten van planten en dieren worden afgebroken. Hierbij komt CO2 vrij in de lucht

3          3
4

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kleine koolstofkringloop
Grote koolstofkringloop

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Je kunt uitleggen welke invloed de verbranding van fossiele brandstoffen op de koolstofkringloop heeft.


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Voorbeeld van een milieu probleem, sluit aan bij vorige dia.
Fossiele brandstoffen
Steenkool
Aardolie
Aardgas
Fossiele brandstoffen - voorbeelden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ontstaan fossiele brandstof

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toename CO2
  1. Fossiele brandstoffen liggen diep in de grond en zijn niet langer onderdeel van de koolstofkringloop.
  2. Doordat mensen de fossiele brandstoffen diep uit andere aardlagen halen en verbranden neemt de totale hoeveelheid CO2 toe.
  3. Die CO2 kan niet meer zo snel verdwijnen uit de kringloop

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toename CO2

Slide 19 - Tekstslide

De koolstofkringloop op aarde is niet meer in evenwicht.
Leerdoel

Je kan uitleggen wat het versterkte broeikaseffect is en wat de gevolgen hiervan zijn.
Je kan voorbeelden noemen van stoffen die door de mens in de leefomgeving worden gebracht en zo milieuverontreiniging veroorzaken.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verbranding en het milieu
Versterkt broeikaseffect
Verbrandingsproducten komen vrij in het milieu en kunnen schadelijk zijn.

Koolstofdioxide is een broeikasgas dat bijdraagt aan een versterkt broeikaseffect.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten broeikaseffect

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Balans uitstoot/opname 
broeikasgassen

Nodig voor temperatuur
op aarde
--> zonder: gemiddelde
temp op aarde -18 i.p.v.
+15 oC

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Broeikasgassen in balans

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het versterkte broeikaseffect
  • Door extra uitstoot van broeikasgassen (emissie) --> verstoring balans uitstoot/opname --> extra warmte tegengehouden --> de temperatuur op aarde extra stijgt.
  • Broeikasgassen zijn met name koolstofdioxide (CO2), waterdamp (H2O) en methaan (CH4).
  • Vooral het CO2-gehalte stijgt fors in de atmosfeer

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schadelijke broeikasgassen

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken
  • Energie door verbranding fossiele brandstoffen (industrie, transport en gebouwen)
  • Veeteelt
  • Ontbossing (minder opslag koolstof)

Slide 28 - Tekstslide

Andere oorzaak (maar dit hoeven de leerlingen nog niet te leren):
  • (An)aerobe afbraak organische stoffen bodem --> veroorzaakt door opwarming aarde (toendra) en droogleggen bodem (veengrond)


Afbeelding: https://ourworldindata.org/ghg-emissions-by-sector


Gevolgen
Niet alle gevolgen zijn bekend.

Bijdrage aan klimaatverandering:
  • Temperatuurverhoging --> smelten ijskappen polen --> stijging zeespiegel
  • Extremer weer --> langere droogtes --> landbouw? Extremere buien --> landverschuivingen. Meer orkanen --> economische schade en direct gevaar mensen
  • --> veranderingen in ecosystemen: noordwaarts trekken soorten (tropische ziektes), uitsterven meer soorten.

Enkele gevolgen daarvan als er geen maatregelen worden genomen (zie afbeelding Nederland en stijging zeespiegel) ->

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel

Je kan voorbeelden noemen van stoffen die door de mens in de leefomgeving worden gebracht en zo milieuverontreiniging veroorzaken.


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom we schadelijke stoffen gebruiken?
Productieprocessen versnellen
Grote vraag naar voedsel en producten.

Niemand wil eigenlijk schadelijke stoffen gebruiken, maar toch doen we het wel.

Slide 31 - Tekstslide

Tussen dia om een inleiding te geven in de oorzaken van het gebruik van schadelijke stoffen. 
monocultuur
mineralen/(kunst)mest toevoegen
intensieve veehouderij
bioindustrie en krachtvoer
Hoe produceren boeren veel voedsel?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gewassen beschermen
Tegen ziekten (schimmels/ bacteriën)
Vraat (insecten en andere dieren) -> plaag
Risico's
In een monocultuur staan de planten dicht bij elkaar. Insecten, schimmels en bacterien kunnen zich dan snel vermeerderen. Zo ontstaat een plaag. Ook onkruid kan een plaag worden.

Slide 33 - Tekstslide

Veel voedsel produceren door: gewassen te beschermen.
Vee beschermen
Tegen ziekten (schimmels/ bacteriën) -> antibiotica in het voer

Slide 34 - Tekstslide

Veel voedsel produceren door: het vee te beschermen tegen ziekten. 
Welke schade veroorzaakt akkerbouw?

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ophoping van gifstoffen = accumulatie

Slide 36 - Tekstslide

Vroeger waren bestrijdingsmiddelen niet selectief en niet biologisch afbreekbaar. Hierdoor ontstaat ophoping van gifstoffen in de voedselketen.
En hoe zit dat met veeteelt?

Slide 37 - Tekstslide

<a href='https://www.freepik.com/photos/pig-farm'>Pig farm photo created by aleksandarlittlewolf - www.freepik.com</a>
Vermesting/eutrofiëring
Overschot aan mineralen uit mest in de grond, gaat naar grondwater, komt in natuurgebieden en oppervlaktewater
gevolgen: 

Slide 38 - Tekstslide

in natuurgebieden zal ene plant beter groeien en gaan woekeren, andere verdwijnen want kunnen niet goed tegen mest, daarmee verdwijnen ook diersoorten
plaatje: heide maakt plaats voor hoog gras
in oppervlakte water ontstaat waterbloei: > wordt op de volgende dia's besproken.

Waterbloei
Ook wel algenbloei of eutrofiëring genoemd

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eutrofiëring

Slide 40 - Tekstslide

Gebruik deze afbeelding eventueel ter herhaling.
Leerdoel
Je kan voorbeelden noemen waardoor de leefomgeving en gezondheid in gevaar kunnen komen door schadelijke stoffen.


Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Andere vormen van milieuvervuiling #1
plastics                                                       smog

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere vormen van milieuvervuiling #2
Fijnstof

Slide 44 - Tekstslide

Bron afbeelding: https://www.gezondheidsraad.nl/documenten/adviezen/2021/09/15/risicos-van-ultrafijnstof-in-de-buitenlucht


Begrippen
(versterkt) broeikaseffect
Koolstofdioxide 

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VRAGEN?

Slide 46 - Tekstslide

Wisselmoment: vragen?
Weektaak
7.5 Leefomgeving in gevaar
LEERDOELEN
  • welke invloed de verbranding van fossiele brandstoffen op de koolstofkringloop heeft.
  • wat het versterkte broeikaseffect is en wat de gevolgen hiervan zijn.
  • voorbeelden van stoffen die door de mens in de leefomgeving worden gebracht en zo milieuverontreiniging veroorzaken.
  • voorbeelden waardoor de leefomgeving en gezondheid in gevaar kunnen komen door schadelijke stoffen.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weektaak
5.4 Leefomgeving in gevaar
Opdrachten A t/m C + keuze
Zet deze taak in je agenda

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies