Communicatievormen en lichaamstaal

Communiceren in het werkveld
1 / 157
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch HandelenSecundair onderwijs

In deze les zitten 157 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Communiceren in het werkveld

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communicatie...aan wat denk je?
timer
0:30
COMMUNICATIEVORMEN

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Programma:
  • Communicatiemodel? zender - boodschap - ontvanger
  • Verbale - non-verbale - paraverbale communicatie?
  • Actief luisteren: LSD - SOFTEN?
  • Assertief - subassertief - agressie gedrag?
  • Feedback krijgen - feedback geven?
  • De ik - boodschap?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarvoor dient een goede communicatie?


  • een betere zorg
  • hoog welbevinden bij zorgvragers en familie
  • meer wederzijds begrip
  • een fijnere samenwerking met collega’s
  • meer werkplezier en jobfierheid

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een diagram over communicatie.
Wat is het grootste deel van onze communicatie:
stem, lichaamstaal, woorden of brieven?
A
B
C
D

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ken je een bekend persoon die heel veel gebaren gebruikt?
Je kan hem zien in het  filmpje op de volgende slide

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

verbale communicatie
non-verbale communicatie

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichaamstaal en de eerste indruk

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:33
Is jouw eerste indruk positief of negatief?
Wat gaat goed?
Wat gaat minder goed?
Wat denkt de baas?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:02
Is jouw eerste indruk positief of negatief?
Wat gaat goed?
Wat gaat minder goed?
Wat denkt de baas?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:30
Is jouw eerste indruk positief of negatief?
Wat gaat goed?
Wat gaat minder goed?
Wat denkt de baas?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

02:06
Is jouw eerste indruk positief of negatief?
Wat gaat goed?
Wat gaat minder goed?
Wat denkt de baas?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwaaien is een vorm van .......
timer
0:08
A
Non-verbale communicatie
B
Verbale communicatie

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

non-verbale communicatie
timer
0:07
A
Geen communicatie
B
Communicatie zonder woorden.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


timer
0:06
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Blozen is
een voorbeeld van
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

We zien hier een voorbeeld van....
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zien je hier?
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een duimpje omhoog is....
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je middelvinger opsteken is....
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


timer
0:05
A
verbale communicatie
B
non-verbale communicatie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een duimpje omlaag is....
timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



timer
0:05
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


timer
0:05
A
verbale communicatie
B
non-verbale communicatie

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Basisregels van communicatie
Verbale communicatie:
  1. Duidelijkheid
  2. Luisteren
  3. Toon en intonatie
  4. Emathie
  5. Kernboodschap

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Non-verbale communicatie:
  1. Lichaamstaal
  2. Oogcontact
  3. Gelaatsuitdrukkingen
  4. Afstand
  5. Tijd
  6. Kleding & uiterlijk

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communiceren in de zorg en welzijnssector
STRUCTUUR VAN EEN GESPREK
1. Begroeting
Een groet is een ritueel gebaar dat sociaal contact op gang brengt. Hoe je iemand begroet, hangt ook af van de cultuur.
2. Kennismaking
Als het de eerste keer is dat je iemand ontmoet,                             stel je jezelf voor.



Hallo, ik ben .... en ik kom hier stage doen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Structuur van een gesprek
  1. Begroeting
  2. Kennismaking
  3. Het gesprek
  4. Afscheid nemen 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Actief luisteren

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie
Pak een stukje papier (A4) en hou het voor je. Doe nu je ogen dicht en volg de instructies exact. 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na het scheuren...
Vraag aan iedereen om zijn ogen open te doen en het papier uit te vouwen tot een heel blad.
Kijk samen wat het resultaat is. Als ik goed gecommuniceerd heb en jullie hebben goed geluisterd zouden we allemaal hetzelfde moeten hebben....

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is dat nu mogelijk?

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan dit?

Slide 41 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Geef LSD
Dit is het belangrijkste ezelsbruggetje!

Luisteren
Samenvatten
Doorvragen


Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Laat oma thuis
Het is belangrijk dat je onbevooroordeeld luistert, dus laat gerust OMA thuis:


Oordelen
Meningen
Adviezen

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOFTEN
  • S...mile / glimlachen
  • O...pen posture / open houding
  • F...orward lean / naarvoor leunen
  • T...ouch / aanraken
  • E...ye contact / oogcontact
  • N...od / knikken

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

S
O
F
T
E
N
hoort er niet bij
Smile
Open houding
Forward
Touch
Eye
Nod
Knikken (nod)
Naar voren leunen
Aanraken (als gepast)
Oogcontact
Armen gekruist
Achterover leunen

Slide 47 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

5. Luisterfouten 

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slecht luisteren, hoe doe je dat?

Slide 49 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slecht luisteren
  • Enthousiast over eigen ervaringen beginnen
  • Verteller onderbreken
  • Relativeren
  • Laten zien dat je geen of weinig tijd hebt
  • Niet reageren 
  • Naast elkaar praten 



Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening: goed of fout? 

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 62 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we allemaal geleerd?

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we geleerd? 
  1. Actief luisteren is luisteren én begrijpen
  2. Belangrijk in- en buiten schoolcontext
  3. Respect, acceptatie en tolerantie als basisvoorwaarden
  4. Luistertechnieken: LSD (verbaal) / SOFTEN (non-verbaal)
  5. Ongeïnteresseerd en onderbroken luisteren is not done 

Slide 68 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 69 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jullie bijgebleven? 

Slide 70 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goed luisteren
Is belangrijk omdat 

Slide 71 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Geef aandacht
Focus op het verhaal en spreker
Wat is de boodschap
Geen afleiding ( gsm uit)
Oogcontact

Slide 72 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Laat zien dat je luistert
Zeg zelf enkel wat nodig is om de spreker aan te moedigen
Bijvoorbeeld hummen
Laat je gezicht spreken (spoken)
Ontspannen houding
Smile

Slide 73 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Geef feeback
Word je emotie geraakt? Zeg het en vraag om meer informatie
LSD: luisteren, samenvatten en doorvragen
Wat bedoel je met
Wat ik hoor

Slide 74 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Stel je mening of oordeel uit
Laat de ander uitpraten 
Niet onderbreken
Spreker centraal stellen 

Slide 75 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Reageer gepast
Respect 
Acceptatie
Tolerantie
Zoals je zelf zou wilen worden behandeld

Slide 76 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Checklist
  1. Geef aandacht
  2. Laat zien dat je luistert (SOFTEN)
  3. Geef feedback  (LSD)
  4. Stel je mening of oordeel uit
  5. Reageer gepast (basisvw)

Slide 77 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 78 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 79 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 80 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 81 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 82 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

communiceren met kinderen

Slide 83 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communiceren met kinderen

Slide 84 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Taalontwikkeling
Praten met kinderen doe je natuurlijk door in te spelen op hun taalontwikkeling.
Hoe zat dat ook alweer?

Slide 85 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 86 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke interactievaardigheden spot jij?

Slide 87 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 88 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke interactievaardigheid zag jij terug?

Slide 89 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 90 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke interactievaardigheid zag je hier terug?

Slide 91 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slecht nieuws gesprek

Slide 92 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht:
- Wat zijn de doelen van een slecht nieuws gesprek?
- Uit welke fasen bestaat een slechtnieuws gesprek?
- Voorbeelden van een slecht nieuws gesprek
- Casus(sen)
- Evaluatie

Slide 93 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan
bij een slechtnieuwsgesprek?

Slide 94 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 95 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 96 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 97 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vind je het lastig om in je privéleven iemand teleur te stellen?
Ik stel dat zo lang mogelijk uit
Als ik er niet over praat, waait het wel over
Ik vertel het maar meteen, dan ben ik er vanaf
Nee hoor, teleurstellingen horen bij het leven.

Slide 98 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 99 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 100 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een slecht nieuws gesprek?
A
Je zorgt dat je heel zakelijk blijft zodat je duidelijk kan zijn wanneer je slecht nieuws brengt.
B
Iemand deels informeren met slecht nieuws en deels met goed nieuws.
C
Een bericht overbrengen zodat een patiënt gelijk kan accepteren wat er aan de hand is.
D
Je brengt op een duidelijke manier een negatief bericht en geeft daarin steun en informatie.

Slide 101 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Grootste valkuilen

  • Voorbijgaan aan de gevoelens van de patiënt.
  • Dooddoeners gebruiken (bv. “U mag zo niet denken” of “Zo is het leven”).
  • Discussiëren (bv. “Hoe komt u daar nu bij?!”).
  • Raad en advies geven (bv. “Als ik u was …”).
  • Kleiner maken

Slide 102 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie heeft er al eens slecht nieuws medegedeeld aan iemand?

Slide 103 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het voeren van een slecht nieuws gesprek?

Slide 104 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding
Bereid je goed voor op het gesprek en bedenk wat je precies gaat vertellen. Zorg dat je de feiten op een rijtje hebt en bedenk alvast hoe je gaat reageren op mogelijke reacties van de ander.

Slide 105 - Tekstslide

Vraag aan de studenten wat zij belangrijk vinden bij de voorbereiding van een slecht nieuws gesprek.
De boodschap brengen
Breng de boodschap rustig en duidelijk over. Geef de ander de tijd om te reageren en vraag hoe hij/zij zich voelt.

Slide 106 - Tekstslide

Bespreek met de studenten hoe zij de boodschap zouden brengen en hoe zij zouden reageren op emoties van de ander.
Empathie tonen
Toon begrip en empathie voor de emoties van de ander. Laat zien dat je zijn/haar gevoelens serieus neemt.

Slide 107 - Tekstslide

Vraag aan de studenten hoe zij empathie zouden tonen in een slecht nieuws gesprek.
Oefenen
Lees de casus die je van de leerkracht en oefen per 2 het slecht nieuws gesprek

Check de opdracht: slecht nieuws gesprek in Google Classroom

Slide 108 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communiceren binnen een team

Slide 109 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  1. Vergaderen
  2. Assertief zijn
  3. Feedback krijgen
  4. Feedback geven
  5. Coachen 

Slide 110 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je over vergaderen?

Slide 111 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is vergaderen belangrijk?

Slide 112 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn goede redenen om te vergaderen?

Slide 113 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is vergaderen?

  • = een bijeenkomst van mensen
  • om samen van gedachten te wisselen over bepaalde onderwerpen
  • of een eventueel probleem proberen op te lossen 

Slide 114 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergaderen, hoe doe je dat?
  1. Het aantal deelnemers?
  2. Uitnodiging + agendapunten
  3. Vergaderrollen 
  4. Besluitvorming

Slide 115 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rollen in een vergadering
  1. Voorzitter
  2. Deelnemers
  3. Verslaggever 

Slide 116 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergaderrollen
  1. Voorzitter
  • leidt alles in goede banen;
  • afgesproken tijd wordt gerespecteerd;
  • iedereen kan zijn zegje doen; er wordt niet door elkaar heen gepraat;
  • niemand haakt af;
  • je werkt toe tot een besluit.

Slide 117 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergaderrollen
2. Deelnemers
  • nemen actief deel aan de vergadering
  • luisteren naar elkaar
  • delen mening & ideeën op een respectvolle manier

Slide 118 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergaderrollen
3. Verslaggever (secretaris)
  • noteert de aanwezigheden en afwezigheden; 
  • neemt notulen tijdens de vergadering: afspraken, feedback, actiepunten per lid;
  • stelt het verslag op na iedere vergadering;
  • stuurt het verslag naar de groepsleden;
  • zo weet iedereen wat te doen tegen de volgende vergadering. 

Slide 119 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke rol zou jij het liefst opnemen?

Slide 120 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel?
Soorten vergaderingen:
  • informeren - informatie meedelen
  • probleemoplossend - we gaan voor-en nadelen bekijken van het probleem dat zich stelt en proberen een oplossing te vinden.
  • brainstorm - zoveel mogelijk ideeën op tafel.

Slide 121 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten vergaderingen
  • besluitvormend - we gaan een beslissing nemen en soms moet er gestemd worden met voor of tegen.
  • Werkoverleg - uitwisselen van informatie en taken verdelen  

Slide 122 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pedro is 17 en gaat de laatste keer met zijn ouders mee op reis. Sinds enkele maanden lopen de vijf gezinsleden met allerlei plannen rond, maar elk wil naar een andere vakantiebestemming en op een ander tijdstip. Zaterdagavond gaan ze rond de tafel zitten. Wat zou het worden...?

Is deze bijeenkomst...
A
Informatief
B
besluitvormend
C
Probleemoplossend
D
geen van alle antwoorden

Slide 123 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Samir is leider van de Giro, het aantal leden van de groepen blijft jaar na jaar toenemen. Daardoor is het lokaal waarin gewerkt maar ook gespeeld wordt veel te klein geworden waardoor het niet meer zo aangenaam is om er bezig te zijn. Je beslist om een vergadering bijeen te roepen met de andere leiders en de ouders samen.
Is deze bijeenkomst...
A
Besluitvormend
B
Informatief
C
Probleemoplossend
D
geen van alle antwoorden

Slide 124 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij het begin van het schooljaar wordt de leerlingenraad samengeroepen. Ze krijgen dan uitleg van de directeur over de schoolkalender, de organisatie van de klasindeling, ...
Is deze bijeenkomst...
A
Probleemoplossend
B
informatief
C
Besluitvormend
D
geen van alle antwoorden

Slide 125 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer vergader je NIET?
A
Een belangrijke beslissing
B
Ideeën verzamelen
C
Informatie meedelen
D
Problemen oplossen

Slide 126 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke rol neemt de voorzitter niet op?
A
Modereren
B
Verslag maken
C
Agenda maken
D
Vergadering leiden

Slide 127 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat komt er aan bod bij het openen van de vergadering?

Slide 128 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat staat er in een agenda voor een vergadering?

Slide 129 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 130 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij van vergaderen zonder gsm?
A
Nuttig
B
Niet nuttig

Slide 131 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manieren kan je tot een beslissing komen in groep?

Slide 132 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Beslissingen/besluit
  • unanieme beslissing
  • consensus
  • stemming
  • autoriteit 

Slide 133 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Unanimiteit / uniformiteit
= beslissing wordt alleen genomen wanneer alle deelnemers erachter staan. 

Voordelen?
  • Eenheid in groep;
  • Gezamelijke basis;
  • Iedereen is betrokken.

Slide 134 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Unanimiteit / uniformiteit
Nadelen?
  • Kost veel tijd en moeite;
  • Soms verregaande compromissen;
  • Druk vanuit de groep is sterk;
  • Slechts in sommige situaties toepasbaar.

Slide 135 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Consensus
  • = overeenkomst
  • iedereen moet zich aanpassen
  • een resultaat waarbij iedereen tevreden is 

Slide 136 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 137 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3. Stemming 
= Telling: voorstel van de meeste stemmen wint

Slide 138 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Autoriteit
= degene met de meeste macht, neemt de beslissingen.
Voordelen?
  • Snelle beslissingen
  • Gecentraliseerd
Nadelen?
  • Betrokkenheid van groepsleden is klein
  • Machtsconflicten in de groep

Slide 139 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Assertief reageren t.o.v. sub- assertief en agressief.

Slide 140 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weten jullie nog over assertief, sub-assertief & agressief gedrag?

Slide 141 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Assertief zijn is...

- opkomen voor jezelf

- rekening houden met jezelf       én met de ander

- je mening durven geven

- 'nee' durven zeggen

- je grenzen aangeven

- niet over je heen laten lopen 




Slide 142 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Subassertief zijn is...

- je grenzen niet aangeven

- over je heen laten lopen

- niet zeggen wat je wilt of vindt

- doen wat anderen willen

- geremd en stil zijn

- bang zijn voor ruzie


Slide 143 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agressief zijn is...

- voor jezelf opkomen, ten koste van de ander

- tot een conflict komen

- ikke ikke ikke en de rest kan stikken (eigen belang)

- niet naar de ander luisteren

- de ander de schuld geven





Slide 144 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus

Je loopt ruim een maand stage in een WZC. Iedere dag na de lunch moet jij de afwas doen. Het is een flinke stapel en niemand helpt je...



Wat doe je hiermee als je....

  •  subassertief bent
  •  assertief bent
  •  agressief bent


-> klassikaal gesprek





Slide 145 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OVERZICHT













POSITIEVE SFEER


Gedrag
Gedachte
Resultaat
Subassertief
GEEN REACTIE
DURFT NIETS TE
ZEGGEN
ANDEREN ZULLEN ME BRUTAAL
VINDEN
ONTEVREDEN OVER JEZELF
Agressief
JE VLIEGT UIT
IK HEB GELIJK
MISSCHIEN
CONFLICT
Assertief
JE LEGT VRIENDELIJK UIT WAT HET
PROBLEEM IS

IK HEB HET RECHT OM MIJN MENING TE ZEGGEN
PROBLEMEN
KUNNEN OPGELOST WORDEN IN POSITIEVE SFEER

Slide 146 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback krijgen & geven

Slide 147 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedenk een situatie waarin jij feedback kreeg

Slide 148 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stappen bij feedback krijgen
  1. neem een open houding aan
  2. slik de verdediging in
  3. laat merken dat je de boodschap hebt begrepen
  4. accepteer de feedback
  5. maak afspraken
  6. waardeer de ander 

Slide 149 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback geven
  1. Maak tijd voor een gesprek
  2. Geef feedback op het gedrag en niet op de persoon
  3. Leg de feedback uit
  4. Wees specifiek
  5. Geef de feedback zo snel mogelijk
  6. Gebruik de ik-boodschap 

Slide 150 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reageren op grensoverschrijdend gedrag

Slide 151 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is voor jou grensoverschrijdend gedrag?

Slide 152 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Soorten grensoverschrijdend gedrag
  • seksueel overschrijdend gedrag
  • Racisme
  • Discriminatie
  • Holebifobie
  • Transfobie 

Slide 153 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe reageren als slachtoffer?
  1. Geef een onmiddellijk reactie (boze blik, benoem je reactie)
  2. Met de ik-boodschap en op een later moment confronteer je de ander 

Slide 154 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan je reageren als omstaander?
Maak gebruik van de 5 A's:
  1. anderen betrekken
  2. afleiding
  3. afzonderen
  4. aanspreken
  5. aanwezig blijven

Slide 155 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 156 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk (zie Smartschool)
  • Inoefenen luisterhouding thuis
  • Video opladen via Classroom (Flipgrid): maximum 5 min.
  • Ronde 1: feedback op elkaar
  • Ronde 2: definitieve video op punten
  • Keuze uit aantal scenario's of eigen voorbeeld

Slide 157 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies