Circe en Odysseus

Circe en Odysseus
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Circe en Odysseus

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doen machtige heksen?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

01:35
Waarin worden de kinderen veranderd?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Personages
      Circe                                      Odysseus                        Eurylochus

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefentoets naamvallen
1. Circe audax et pulchra malefica est. 
                                                     heks
2. Circe Odysseum et amicos magna voce
invitat: "
Intrate!"
3. Circe vinum et cibum hospitibus dat. 
 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nominatief
accusatief
datief
ablatief
Circe
Odysseum
 et amicos
audax et pulchra malefica 
hospitibus
magna voce

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefentoets naamvallen
1. Circe audax et pulchra malefica est. NOM: NWD.
                                                   heks
2. Circe Odysseum et amicos magna voce
invitat: "Intrate!"       acc: LV     abl.: BWB middel
3. Circe vinum et cibum hospitibus dat. 
      nom: O.                            dat: mv.
 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R1-3
Subitō pulchra Circa Graecōs cōnspicit. Venēfica rīdet et: ‘Intrāte, hospitēs,’ inquit, ‘intrāte! Nōnne ēsurītis (= honger hebben)?’ Tum omnēs praeter Eurylochum rēgiam intrant; Eurylochus enim cautus (= voorzichtig) ante portam amicōs exspectat. 

Slide 9 - Tekstslide

LK leest vooraan met nadruk. LK beeldt enkele handelingen uit: 
- conspicere (denk aan spieken)
- esuritis: over buik wrijven/honger hebben
- intrant: binnengaan/naar de deur gaan en terug binnenkomen
- exspectat: wachten aan de deur
R1 Subitō pulchra Circa Graecōs cōnspicit.
Wie ziet de heks Circa (=Circe)?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R1 Hospites: wie zijn dit?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R1-2 Hoe ontvangt Circe haar gasten?
Noteer het antwoord ook in je boek op p. 187.
A
Ze lacht en nodigt hen uit om te eten.
B
Ze lacht hen uit, als de gasten zeggen dat ze honger hebben.
C
Ze lacht hen uit en doet de deur van haar paleis dicht voor hun ogen.
D
Ze lacht en legt hen te slapen.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R2 Vertaal: Tum omnes praeter Eurylochum regiam intrant.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R2-3 Wat doet Eurylochus?
Noteer het correcte antwoord bij vraag 2 p. 187.

A
Eurylochus wacht in de tuin van het paleis.
B
Eurylochus gaat als eerste het paleis binnen.
C
Eurylochus vertrouwt Circe niet en wacht voor de poort.
D
Eurylochus vertrouwt Circe niet en doet voorzichtig, met getrokken zwaard, de deur open.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R3-5
Circae servī citō (=gauw) cibum vīnumque appōnunt (= opdienen); vīnum autem venēnātum (=vergiftigd) est
et ecce, miserī hospitēs subitō porcī (=varkens) fiunt (=worden). Eurylochus ad Ulixem properat et eī crūdēlem amīcōrum fortūnam narrat.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


R3-4 Circae servī citō cibum vīnumque appōnunt.
Wat biedt Circe haar gasten aan? (vraag 4 p. 187)

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is er speciaal aan de wijn?
Wat is het gevolg daarvan, denk je?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

R4 Waarin veranderen de Grieken bij het drinken van de wijn?
Noteer het antwoord bij vraag 5 p. 187.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


R5 Eurylochus ad Ulixem properat et eī crūdēlem amīcōrum fortūnam narrat. Hoe reageert Eurylochus op de metamorfose?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R3-5
R3 Circae servī citō cibum vīnumque appōnunt;
R4 vīnum autem venēnātum est et ecce, miserī hospitēs subitō porcī fiunt.
R5 Eurylochus ad Ulixem properat et eī crūdēlem amīcōrum fortūnam narrat.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

nom. = o. 
datief = MV
BWB van richting = acc. 
Eurylochus
ad Ulixem
ei
crucelem amicorum fortunam

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De onverschrokken leider ...
R6 Cēterī comitēs trīstēs sunt et flent, sed Ulixēs statim: ‘Amīcōs nostrōs līberāre dēbeō,’ inquit, ‘magicās artēs venēficae nōn timeō.’
In itinere Ulixēs deum Mercurium  ōrat:
R8 ‘Mercurī, Iovis fīlī, tū semper mē adiuvās, etiam nunc mē
                                                                                                             adiuvā.’

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Placemat R6-8
1. Verdeel in groepen en neem plaats bij een placemat.
Groep 1: Maria, Hadya, Tugra
Groep 2: Eve, Azizullah, Gabriella
Groep 3: Ilias, Yuzlem, Walaa

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Placemat R6-8 '15

2. Lees in stilte (!), zonder te overleggen, R6-8.
3.1 Duid aan op jouw persoonlijke tekst: verdeel in woordgroepen, noteer naamvallen en functies, ...
3.2 Noteer vervolgens de inhoud van de regels in kernwoorden (geen vertaling!) in jouw tekstvak van de placemat. (15 min.). 
Bekijk zeker ook vraag 7 en 8 op p. 188 in je werkboek. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Placemat draaien ... '5
4. Draai de placemat een kwartslag, zodat je andermans notities ziet.
- In een ander kleur zet je een vinkje bij hetgeen waarmee je het eens bent.
- In een ander kleur verbeter je waar nodig, of, voeg je zaken toe.
5 en 6. Herneem het draaien tot je je eigen notities hebt.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het midden van de placemat ...
7. Nu overleg je in groep. Waarover ben je het eens?
Schrijf dit in het midden.
8. Klassikaal overleggen we waarover het oneens zijn.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De onverschrokken leider ...
R6 Cēterī comitēs trīstēs sunt et flent, sed Ulixēs statim: ‘Amīcōs nostrōs līberāre dēbeō,’ inquit, ‘magicās artēs venēficae nōn timeō.’
In itinere Ulixēs deum Mercurium  ōrat:
R8 ‘Mercurī, Iovis fīlī, tū semper mē adiuvās, etiam nunc mē
                                                                                                           adiuvā.’

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikale bespreking p.188
Vraag 7
1. Hoe voelen de vrienden van Odysseus, die nog bij de boot zijn, zich? 
2. Wat beslist Odysseus? 
3. Hoe spoort hij zich vrienden aan? 
Vraag 8
Waarom helpt de god Mercurius Odysseus? 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R8-10
Mercurius audācem ducem audit et herbam sacram mōnstrat. Ante rēgiam Ulixēs Circam vocat exclāmatque: ‘Līberā amīcōs meōs.’

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R9 Audit (audire): Welke vertaling past het best?
A
horen
B
aanhoren; luisteren naar

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R9 Mercurius audācem ducem audit et herbam sacram mōnstrat. Wat krijgt Odysseus cadeau van Mercurius? (vraag 9 p. 188)

Slide 32 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

R 10 Welke wijs heeft 'libera'?
A
indicatief
B
infinitief
C
imperatief

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

R8-10
Mercurius audācem ducem audit et herbam sacram mōnstrat. Ante rēgiam Ulixēs Circam vocat exclāmatque: ‘Līberā amīcōs meōs.’
- Hoe trekt Odysseus de aandacht van Circe? (vraag 10 p. 188)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

R8-10
Mercurius audācem ducem audit et herbam sacram mōnstrat. Ante rēgiam Ulixēs Circam vocat exclāmatque: ‘Līberā amīcōs meōs.’
- Hoe trekt Odysseus de aandacht van Circe? (vraag 10 p. 188)
Hij gaat voor het paleis staan en eist dat Circe zijn vrienden bevrijdt (=libera). 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarin verandert Circe de metgezellen van Odysseus?
A
planten
B
varkens
C
leeuwen
D
monsters

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt Odysseus deze metamorfose te weten?

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat krijgt Odysseus van Mercurius cadeau? Wat gaat er volgens jou nog gebeuren?

Slide 39 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies