Lektion 2

Lektion 2
je kent de onvoltooid verleden tijd van de werkwoorden haben, sein, werden
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lektion 2
je kent de onvoltooid verleden tijd van de werkwoorden haben, sein, werden

Slide 1 - Tekstslide

Ergänze die richtige Form von haben oder sein und das Partizip 

Wähle aus: ärgern - besichtigen - bleiben - fallen - fahren - helfen - kennenlernen - klettern - liegen - machen - sein - zelten

Slide 2 - Tekstslide

Übersetze die fettgedruckten Wörter. 

Wähle aus: bevestigen - boeken - bovendien - folder - contract - kortgeleden - nauwelijks - raam - spullen - sturen - vergeten - verhuren 

Slide 3 - Tekstslide

Text: Ferienwohnung 

Slide 4 - Tekstslide

Wer vermietet die Ferienwohnung?

Slide 5 - Open vraag

Warum kann Herr Fröhlich nicht in einer anderen Woche kommen?

Slide 6 - Open vraag

Was ist das Problem der ersten Wohnung?

Slide 7 - Open vraag

Wie findet Herr Fröhlich die zweite Wohnung?

Slide 8 - Open vraag

Mit wem fährt Herr Fröhlich in den Urlaub?

Slide 9 - Open vraag

Wo wohnt Frau Schumann?

Slide 10 - Open vraag

Welche Wohnung bucht Herr Fröhlich?

Slide 11 - Open vraag

Wann zeigt Frau Schuman Herrn Fröhlich alles?

Slide 12 - Open vraag

Was soll Herr Fröhlich Frau Schumann noch schicken?

Slide 13 - Open vraag

Songtext: Hallo Rügen 

Slide 14 - Tekstslide

Was finden die Tonabnehmer unangenehm in der Stadt?

Slide 15 - Open vraag

Was finden die Tonabnehmer schön an Rügen?

Slide 16 - Open vraag

Vertaal de vetgedrukte zinsdelen uit de songtekst.

Ich brauche meine Insel, die Kreide und den Wind, den Strand, wo alle Sorgen vergessen sind. 

Lass uns mal wieder sehen. 

Ich komme noch heute vorbei. 

Slide 17 - Tekstslide

Noteer in één zin waarover de song volgens jou gaat.

Slide 18 - Open vraag

Grammatik
De onvoltooid verleden tijd van haben, sein en werden (Das Präteritum von haben, sein und werden)

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Übersetze die Formen 

Slide 21 - Tekstslide

Ergänze die richtigen Formen im Präsens. Setze danach die Sätze ins Perfekt und ins Präteritum.

Slide 22 - Tekstslide