Lowan thema 2 Het lichaam werkwoorden

het lichaam
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

het lichaam

Slide 1 - Tekstslide

Luister goed en zeg het woord na.

Slide 2 - Tekstslide

pakken
Ik pak
Jij pakt
Hij / zij pakt
----------------------------------
Wij pakken
Jullie pakken
Zij pakken

Slide 3 - Tekstslide

horen
Ik hoor
Jij hoort
Hij / zij hoort
----------------------------------
Wij horen
Jullie horen
Zij horen

Slide 4 - Tekstslide

wijzen 
Ik wijs
Jij wijst
Hij / zij wijst
----------------------------------
Wij wijzen
Jullie wijzen
Zij wijzen

Slide 5 - Tekstslide

staan
Ik sta
Jij staat
Hij / zij staat
----------------------------------
Wij staan
Jullie staan
Zij staan

Slide 6 - Tekstslide

zitten
Ik zit
Jij zit
Hij / zij zit
----------------------------------
Wij zitten
Jullie zitten
Zij zitten

Slide 7 - Tekstslide

zijn
Ik ben
Jij bent
Hij / zij is
----------------------------------
Wij zijn
Jullie zijn
Zij zijn

Slide 8 - Tekstslide

hebben
Ik heb
Jij hebt
Hij / zij heeft
----------------------------------
Wij hebben
Jullie hebben
Zij hebben

Slide 9 - Tekstslide

leren
Ik leer
Jij leert
Hij / zij leert
----------------------------------
Wij leren
Jullie leren
Zij leren

Slide 10 - Tekstslide

kijken
Ik kijk
Jij kijkt
Hij / zij kijkt
----------------------------------
Wij kijken
Jullie kijken
Zij kijken

Slide 11 - Tekstslide

Pak je werkblad en je pen.

Slide 12 - Tekstslide

pakken
Ik pak
Jij pakt
Hij / zij pakt
----------------------------------
Wij pakken
Jullie pakken
Zij pakken

Slide 13 - Tekstslide

horen
Ik hoor
Jij hoort
Hij / zij hoort
----------------------------------
Wij horen
Jullie horen
Zij horen

Slide 14 - Tekstslide

wijzen 
Ik wijs
Jij wijst
Hij / zij wijst
----------------------------------
Wij wijzen
Jullie wijzen
Zij wijzen

Slide 15 - Tekstslide

staan
Ik sta
Jij staat
Hij / zij staat
----------------------------------
Wij staan
Jullie staan
Zij staan

Slide 16 - Tekstslide

zitten
Ik zit
Jij zit
Hij / zij zit
----------------------------------
Wij zitten
Jullie zitten
Zij zitten

Slide 17 - Tekstslide

zijn
Ik ben
Jij bent
Hij / zij is
----------------------------------
Wij zijn
Jullie zijn
Zij zijn

Slide 18 - Tekstslide

hebben
Ik heb
Jij hebt
Hij / zij heeft
----------------------------------
Wij hebben
Jullie hebben
Zij hebben

Slide 19 - Tekstslide

leren
Ik leer
Jij leert
Hij / zij leert
----------------------------------
Wij leren
Jullie leren
Zij leren

Slide 20 - Tekstslide

kijken
Ik kijk
Jij kijkt
Hij / zij kijkt
----------------------------------
Wij kijken
Jullie kijken
Zij kijken

Slide 21 - Tekstslide

Pak je laptop.

Slide 22 - Tekstslide

Hij zijn
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quizvraag

Ik heeft
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quizvraag

Pak je schrift en je pen.

Slide 25 - Tekstslide

Schrijf op:
  1. Ik … (pakken)
  2. Jij … (horen)
  3. Hij … (wijzen)
  4. Wat is goed?: Jij ben/ Jij bent
  5. Welk werkwoord zie je op de foto?

Slide 26 - Tekstslide

Ik weet wat een werkwoord is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Klaar?
Oefenen met Quizlet.

Slide 28 - Tekstslide