Les 2 Burgerschap Politieke dimensie

Les 2
 Burgerschap Politieke dimensie
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
OmgangskundeMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 2
 Burgerschap Politieke dimensie

Slide 1 - Tekstslide

Democratie
Demos = volk
Cratein = besturen
Volksheerschappij = burgers besturen zichzelf

Slide 2 - Tekstslide

Verschillende systemen
Aristocratie = een regeringsvorm waarbij de heerschappij in handen is van een kleine groep, de zogenaamde aristocraten.
Oligarchie = regeringsvormen van weinigen of enkele families
Dictatuur = regeringsvorm waarin alle macht bij één persoon of een kleine groep berust

Slide 3 - Tekstslide

SLEEPVRAAG: Welke situatie of kenmerk hoort bij een democratie, bij een dictatuur of bij allebei?
Sleep het kenmerk/situatie naar 'democratie', naar 'dictatuur' of naar 'allebei'
Democratie
Dictatuur
Allebei
1. Burgers moeten zich aan de wet houden.
2. De regering verbiedt een nieuwe politiek partij.
3. De overheid heeft het geweldsmonopolie.
4. Er wordt gefraudeerd bij de verkiezingen.
5. Op tv mag je grappen maken over het staatshoofd.
6. Ministers worden niet door het volk gekozen.
7. Rechters zijn niet onafhankelijk.
8. Politici komen hun belofte niet altijd na.

Slide 4 - Sleepvraag

Wat is het verschil tussen een democratie en een dictatuur?

Slide 5 - Open vraag

Conclusie sleepvraag
democratie
volk kan door middel van vertegenwoordigers meebeslissen
Je moet altijd rekening houden met de minderheid

dictatuur
1 persoon of groep is aan de macht
tegenstanders van de dictator vaak onderdrukt

Slide 6 - Tekstslide

Indirecte democratie
Besluitvorming
Besluitvorming
Direct democratie:
Door middel van verkiezingen:

Slide 7 - Tekstslide

Het begint met verkiezingen...
Nederland heeft een indirecte democratie; wij stemmen niet zelf over nieuwe wetten. Waarom niet?
  • Wij kiezen volksvertegenwoordigers; zij stemmen, namens ons (het volk) op nieuwe wetten. 

  • Na verkiezingen worden de zetels in de Tweede Kamer verdeeld 

Slide 8 - Tekstslide

Wie willen er met elkaar samenwerken?
Formatie; Welke partijen willen én kunnen met elkaar samenwerken? 
Vormen van een coalitie
  • Dezelfde ideeën over Nederland
  • Samen de meerderheid in de Tweede Kamer; 76 zetels
  • Daarna: Wie worden de ministers? 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Waar of niet waar?
De Provinciale Staten beslissen over de inrichting van een woonwijk?
Waar
Niet waar

Slide 12 - Poll

Maken
Opdracht 1 lessenserie Politiek-Juridische dimensie individueel
Opdracht 2 lessenserie Politiek-Juridische dimensie in groepjes bespreken

Slide 13 - Tekstslide