B1: Wat is ecologie? B2: voedselrelaties

Thema 6: Ecologie
B1: Wat is ecologie?
Leerdoelen: Je kunt de invloeden van het milieu indelen in biotische en abiotische factoren
Je kunt de niveaus van de ecologie beschrijven
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 6: Ecologie
B1: Wat is ecologie?
Leerdoelen: Je kunt de invloeden van het milieu indelen in biotische en abiotische factoren
Je kunt de niveaus van de ecologie beschrijven

Slide 1 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?

Milieu: leefomgeving
Het milieu heeft invloed op organismen

Ecologie: onderzoekt de relaties tussen organismen en hun milieu

Slide 2 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?
Invloeden van het milieu delen we in in 2 groepen
  • Abiotisch factoren: levenloze natuur
  • Biotisch factoren: levende natuur

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?
  • Biotoop: alle abiotische factoren

  • Ecosysteem: alle biotische en abiotische factoren in een gebied


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?
Ecologen kunnen op verschillende niveaus onderzoek doen

  • Individu: een organisme

Slide 8 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?
  • Populatie: groep individuen van dezelfde soort

  • Levensgemeenschap: alle populaties van alle soorten

Slide 9 - Tekstslide

Een ecoloog onderzoekt de invloed van de hoeveelheid gras op de hoeveelheid konijnen in een gebied. Op welk niveau is dit?
A
Individu
B
Populatie
C
Levensgemeenschap
D
Ecosysteem

Slide 10 - Quizvraag

Een ecoloog onderzoekt de invloed van water op de groei van een koolmees. Op welk niveau is dit?
A
Individu
B
Populatie
C
Levensgemeenschap
D
Ecosysteem

Slide 11 - Quizvraag

Alle abiotische factoren bij elkaar noemen we...
A
Biotoop
B
Abiotoop
C
Bioom
D
Ecosysteem

Slide 12 - Quizvraag

Merels en mussen die leven in het zelfde bos behoren tot dezelfde populatie
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Vossen en konijnen die in hetzelfde bos leven behoren tot dezelfde levensgemeenschap
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Wat zijn de vier niveau's van de ecologie van klein naar groot?
A
individu, populatie, levensgemeenschap, ecosystemen
B
levensgemeenschap, individu, populatie, ecosystemen

Slide 15 - Quizvraag

B2: Voedselrelaties
Leerdoelen
Je kunt in een ecosysteem de voedselrelaties aangeven

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

B2: Voedselrelaties
Voedselketen: 
  • reeks soorten, waarbij elke soort voedselbron is voor de volgende soort
  • eerste schakel is altijd een plantensoort
  • pijl gaat altijd naar de volgende soort

Slide 18 - Tekstslide

B2: Voedselrelaties

Slide 19 - Tekstslide

B2: Voedselrelaties
De werkelijkheid is altijd ingewikkelder dan een voedselketen
  • meerdere voedselketens lopen door elkaar

Al deze voedselketen bij elkaar noem je een voedselweb

Slide 20 - Tekstslide

B2: Voedselrelaties
Producent
Consument 1e orde
Consument 2e orde
Consument 3e orde

Slide 21 - Tekstslide

B2: Voedselrelaties
Voedselweb

Slide 22 - Tekstslide

B2: Voedselrelaties
In een voedselweb komen verschillende soorten voor
  • Planten: het begin van een voedselketen of voedselweb
  • Planteneters: eten planten
  • Vleeseters: eten vlees
  • Alleseters: eten alles

Slide 23 - Tekstslide

Voedselketen = elke soort is voedsel voor een andere soort

Slide 24 - Tekstslide

Voedselketen
  • Pijltje = Wordt gegeten door
  • dus: alg wordt gegeten door watervlo
  • watervlo wordt gegeten door baars
  • baars wordt gegeten door reiger
  • (de voedingsstoffen gaan van het ene organisme in het andere organisme ( pijl)

Slide 25 - Tekstslide

Voedselweb= meerdere voedselketens door elkaar

Slide 26 - Tekstslide

Let op: een voedselketen of voedselweb begint altijd met een plant!

Slide 27 - Tekstslide

Producenten= planten
produceren voedsel voor mens en dier

Slide 28 - Tekstslide


Fotosynthese

Slide 29 - Tekstslide

consumenten 1ste orde= planteneters

Slide 30 - Tekstslide

Consumenten 2e orde= vleeseters

Slide 31 - Tekstslide

Afvaleters= eten poep en dode resten van planten en dieren

Slide 32 - Tekstslide

Reducenten = bacterien
schimmels

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Producent
Consument

Slide 35 - Sleepvraag

Noem 3 dingen die je deze les hebt geleerd!

Slide 36 - Open vraag

Leerdoelen
B1: Je kunt de invloeden van het milieu indelen in biotische en abiotische factoren
Je kunt de niveaus van de ecologie beschrijven
B2: Je kunt in een ecosysteem de voedselrelaties aangeven

Slide 37 - Tekstslide

B1: Wat is ecologie?
Maak de opdrachten 

Slide 38 - Tekstslide