Dinsdag 2-3-21

• dagdeel
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Middelbare school
• vmbo
• Leerroute VB
• Leerroute VK
• Leerroute VG
• Leerroute VT

Goedemorgen!

Regels tijdens online les
met Microsoft Teams

Nederlands

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Instructiefilmpje

Aan de slag!

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Engels

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Theme 6, J+K

Grammar 17

Some, any, every, no and compounds ( samengestelde vormen)

                      Some / any = een aantal, enkele, wat

  Wanneer gebruik je any?

                                                           
1. in de meeste vragen.      Is there any meatpie left ?

2. ontkennende zinnen     There isn't any meatpie left.

Woorden die je met any maakt gebruik je op dezelfde manier:

anybody : iemand

anyone: iemand                          Is there anyone who wants to volunteer ?

anywhere : ergens                     I can't find my shoes anywhere.

anything : iets

Wanneer gebruik je some ?

1. bevestigende zinnen                                     I would like some orange juice, please.

2. vragen waarvan je denkt dat                     Can I have some water, please ?

     het antwoord 'ja'zal zijn. 

3. vragen waarmee je iets aanbiedt.           Would you like some orange juice ?

Woorden die je met some maakt gebruik je op dezelfde manier:

someone          iemand            He talked to someone on the phone.

somebody       iemand

somewhere    ergens

something       iets                      Can I have something to drink ?

any / every

any    =   ieder(e) willekeurige

You can come any day next week. (maakt niet uit welke)

every   =  'letterlijk alle'

I see her every day of the week. (alle dagen)

no + samengestelde vormen

Je gebruikt no en samengestelde vormen om iets met nadruk te zeggen.

no                        geen

nowhere           nergens

nobody             niemand

nothing            niets

I 've heard nothing from Felix. Is he ill ?

Tracy made sure ______ knew about her party by sending invitation cards.

1. someone
2. everyone
3. anyone

There is ______ wrong with Julius. He is just fine.

1. nothing
2. something
3. everything
4. none

We did _______ we could do to make our dreams come true.

1. nothing
2. some
3. everything
4. anything

Can _____ tell me the name of this song? It sounds really cool!

1. someone
2. anyone
3. everyone

________ questions on this test were really difficult, but others were really easy.

1. some
2. any
3. none
4. every

My grandmother gives me the same brithday present ______ year.

1. no
2. some
3. every
4. any

Can ________ teach him a lesson? He always thinks he can get away with everything.

1. anyone
2. someone
3. everyone

We don't have ____ milk left. Could you go to the shop and get some more?

1. every
2. any
3. some
4. no

This animal is only found in New Zealand and _____ else

1. nowhere
2. anywhere
3. somewhere
4. everywhere

When I arrived at her house there was ________ there. The whole house was empty.

1. anyone
2. no one
3. someone
4. some

Aan de slag!

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Pauze

Korte pauze!

Aardrijkskunde

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Herhaling H3 

0

Wat hoort bij de grens van Nederland met België en Duitsland?

1. harde grens
2. natuurlijke grens
3. zachte grens
4. landsgrens

0

Identiteit heeft vooral te maken met

1. mentaliteit
2. cultuur
3. ruimtelijke ordening
4. harde grenzen

0

Welke omschrijvingen horen bij de foto's?

Klik op de hotspots hieronder.

Sleep ze naar de juiste afbeelding.

een natuurlijke grens

territoriale wateren

Melilla: de harde kunstmatige grens met Spanje

Welke omschrijvingen horen bij de foto's?

Klik op de hotspots hieronder.

Sleep ze naar de juiste afbeelding.

open grens

zachte grens

harde grens

gesloten grens

Welke omschrijvingen horen bij de foto's?

Klik op de hotspots hieronder.

Sleep ze naar de juiste omschrijving.

Mensen horen op drie manieren bij een land:

Elk land wordt bestuurd door een regering. Daardoor is een land soeverein: het is een zelfstandig en onafhankelijk land.

De inwoners hebben dezelfde taal, godsdienst en gewoonten.

Mensen verdienen hun geld in eigen land en geven het vooral uit in hun eigen land.

politiek

economisch

sociaal-cultureel

Welke omschrijvingen horen bij de foto's?

Klik op de hotspots hieronder.

Sleep ze naar de juiste omschrijving.

Mensen horen op drie manieren bij een land:

De meeste Afrikanen uit Noord-Afrika zijn moslim en spreken een Arabische taal. Het valt voor hen niet mee om zich ................................... thuis te voelen in Europa.

Veel Afrikanen willen hun armoede ontvluchten en zoeken hun toekomst in Europa. Het zijn dus vaak ................................... vluchtelingen.

Veel Afrikanen proberen via Melilla Spanje binnen te komen. Als ze de Spaanse nationaliteit krijgen horen ze ................................... bij dat land.

politiek

economisch

sociaal-cultureel

Welke omschrijvingen horen bij de foto's?

Sleep de woorden naar de juiste plaats.

Mentaliteit van de Randstad

Provinciale mentaliteit

ieder voor zich

Nederlands

direct

dialect

gemeenschapsgevoel

stad

dorp

Stel je voor dat deze Duitse camper na een WK Voetbal Nederland binnenrijdt. Nederland heeft de finale verloren van Duitsland. Supporters van Oranje bekogelen de camper met rot fruit.

Met welk begrip krijgt de Duitse chauffeur vooral te maken?

1. Met chauvinisme. De Nederlanders tonen een overdreven liefde voor hun eigen land.
2. Met een harde grens. De grens tussen Nederland en Duitsland is ook de grens tussen twee voetballanden.
3. Met gemeenschappen. Er is een groot verschil tussen de Nederlandstalige en de Duitstalige gemeenschap.
4. Met de taalgrens. De grens tussen Nederland en Duitsland is ook de grens tussen twee talen.

Bekijk de voetbalkaart goed.

Waarom past deze kaart beter bij regionalisme dan bij lokalisme?

Deze video is niet meer beschikbaar

Welke video was dit?

Bekijk de samenvattingsvideo van hoofdstuk 3 Grenzen en identiteit, paragraaf 3.1 t/m 3.3.

Noem twee begrippen die je nog lastig vindt.

Aan de slag!

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Biologie

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Netvlies

Staafjes: grijs/zwart als het schemert of donker is.

Kegeltjes: gele vlek -> kleur -> rood, groen en blauw.

Waar de oogzenuw zit is de blinde vlek, daar zitten geen zintuigcellen

https:

Wat kun je zien met de kegeltjes?

1. Kleur
2. Zwart en grijs tinten
3. Licht
4. Kegeltjes doen niks

Zit er in de blinde vlek zenuwcellen?
Ja of nee en waarom?

Benoem de verschillende onderdelen van het netvlies.

uitloper zenuwcel

staafje

kegeltje

zenuwcel

blinde vlek

oogzenuw

gele vlek

Welke cijfer geeft het
netvlies aan?

1. 1
2. 2
3. 4
4. 6

Biologie

- Heb je een vraag steek dan je digitale hand op.

- Iedereen heeft zijn microfoon uit

- Wanneer de tijd afgelopen is sluiten we de les gezamenlijk af

Afsluiting:

Tot morgen!