2.4 EDI kommagetallen afronden

Kommagetallen
Afronden
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Kommagetallen
Afronden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag:
-Decimalen/kommagetallen
- Afronden
-Breuken op de rekenmachine

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer wordt er afgerond?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Afronden van decimalen
Tot en met 4 rond je af naar beneden.
dus als de vraag is af te ronden op 1 decimaal wordt:
5,43 ------ 5,4
Vanaf de 5 rond je af naar boven:
dus als de vraag is af te ronden op 1 decimaal wordt:
en 
5,45 ------5,5

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel decimalen ook alweer?
123,456
1,234
12,345
1234,5678

Afronden op 1 decimaal
Afronden op 2 decimaal

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Niet doen:
Twee keer afronden:
Als 5,546 afgerond moet worden op 1 decimaal kijk
je alleen naar de 4 en wordt het dus 5,5.

en dus niet eerst 5,55 van maken en dan 5,6.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rond 6,4568 af op 2 decimalen
A
6,45
B
6,40
C
6,57
D
6,46

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou je 5,776 afronden op twee decimalen? Schrijf ook op waarom.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Rond af op één decimaal

1,33742168
A
1,34
B
1,33
C
1,3
D
1

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afronden van geld.
Bij geld zijn er andere regels.
€5,33 wordt bijvoorbeeld €5,35
en 
€10,47 wordt €10,45

Waar wordt 9,98 op afgerond?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitzonderingen met afronden
Je hebt 380 euro, hoeveel nieuwe Playstation 5 games van 65 euro kan je kopen?
380 : 65 = 5,846...

Kan je dan 5 of 6 spellen kopen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Logisch afronden
Bij sommige vragen gaat het net even anders:
Studenten gaan naar Walibi.
Er gaan 318 studenten mee in bussen. Hoeveel bussen moeten er worden geregeld? 


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Breuken op de rekenmachine.


Van breuk naar decimaal getal is teller gedeeld door noemer,
in dit geval: 2 gedeeld door 5 = 0,4


Meer breuken? H10 gaan we hier dieper op in!
52

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf als decimaal getal
41
A
0,4
B
0,25
C
0,2
D
0,50

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf als decimaal getal
1002
A
0,20
B
0,02
C
0,05
D
0,025

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf als decimaal getal
83
A
0,375
B
0,24
C
0,3
D
0,25

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

13 vrienden gaan op vakantie. Ze kunnen per 4 in een auto. Hoeveel auto's hebben ze nodig? + Berekening!

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afronden tot 1 decimaal achter de komma
Rond je het getal af naar onder of naar boven?
ONDER
BOVEN
1,11
1,22
4,34
3,43
7,45
6,46
3,67
5,78
0,98

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jouw leven afgerond
Pak een wisbordje/papier en schrijf de volgende aspecten/cijfers op. 
1. Iets wat je afrondt naar een heel getal
2. Iets wat je afrondt naar 1 decimaal
3. Iets wat je afrondt naar 2 decimaal

Ben je aan de beurt, benoem 1 van jouw cijfers!

Slide 19 - Tekstslide

1. Bijvoorbeeld leeftijd, graden celcius
2. Bijvoorbeeld behaalde cijfers/gewicht van boodschappen
3. Uurloon/lengte
Tijd voor het werkblad!
Wat heb je nodig:
Pen, potlood, gum
Wat heb je niet nodig:
Rekenmachine, telefoon

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk doen:
Kommagetallen toets niveau 2
Bij score toets niveau 3 

Volgende les paragrafen niveau waar je bent geëindigd. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik begrijp kommagetallen
(afronden)
0100

Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies